Hoe werkt het? Het zenuwstelsel maakt verbinden tussen de blaas en het brein. Bij een volle
blaas krijgen de hersenen een seintje dat de blaas vol is. De hersenen bepalen of het ook
daadwerkelijk de plek is om te plassen of niet
Baby’s en peuters (0-2 jaar) urineren reflexmatig. Ze hebben geen controle over mictie-
impuls. Ze voelen het impuls wel maar kunnen het niet herkennen.
Vanaf de leeftijd 2-5 jaar komen kinderen in de bewustwordingsfase. Ze herkennen het
aandranggevoel en brengen dit in verband met plassen/poepen. Ze gaan in de
beheersingsfase. Ze houden het eerst kort op en bepalen later zelf wanneer.
Wat moet een kind beheersen om zindelijk te kunnen zijn?
1. Signaleren
2. Sociale consequenties begrijpen
3. Motivatie om te voldoen aan de wens van de opvoeders
4. Communicatie
5. Motorische vaardigheden als wc-houding, knoopjes losmaken, toiletpapier
gebruiken.
Zindelijkheid heeft culturele verschillen. West-Europa is relatief laat zindelijk. Dit komt onder
anderen door de afstand van de ouder tot het kind i.v.m. werk. Ouders zitten er minder
boven op zoals vroeger of bij andere culturen. Daarnaast is er vaker geld voor luiers en de
kwaliteit ervan beter.
Enuresis= onwillekeurige urinelozing (dus op ongewenste plekken, op ongepaste
momenten). Hierbij is een medische/anatomische oorzaak uitgesloten.
Classificati3e volgens DSM 5
- Herhaalde urinelozing in bed of kleding
- Minimaal 2 keer per week gedurende 3 maanden oftewel significante beperking in
het functioneren
- Ten minste 5 jaar oud (of mentale leeftijd van minimaal 5 jaar)
- Niet het gevolg van een lichamelijke aandoening of middelengebruik
Multifactoriële benadering gewenst: biologische factoren, psychologische factoren en
sociale factoren
,ADHD en enuresis komt vaak samen voor: kinderen die het moeilijk vinden zich te focussen
op de wereld om hun heen, hebben ook moeite met het focussen op hun lichaam signalen.
Andere zintuigelijke verwerking; minder sterke aandacht voor lichaamsprikkels (Nijokitjien,
2000)
Enuresis komt ook vaak voor bij kinderen met een ontwikkelingsachterstand
(communicatieproblemen)
Primaire enuresis: onzindelijkheid wordt niet veroorzaakt door psychologische klachten,
maar spelen wel een rol in het ontstaan en het in stand houding van de klachten
Secundaire enuresis: meer aandacht voor psychologische factoren nodig: terugval terwijl de
basisvoorwaarden er zijn (geweest)
Voorbeeld in stand houdende factoren: plas ongelukje schaamte stress aandrang
voor plassen plas ongelukje
Angst/spanning verhoogt de aanmaak van diuretisch hormoon
Bio: ontwikkelingsachterstand, ADHD, genetische belasting, herhaaldelijke urineweginfecties
en pijn
Psycho: angst voor wc/smetvrees, spanningsvolle gebeurtenissen
Sociaal: schaamte voor ongelukjes, laconieke houding ouders
Komt vaker voor bij jongens dan bij meisjes en vaker bij allochtonen dan bij autochonen
Behandeling is vaak gedragstherapeutisch
Psycho-educatie
- Uitleg werking blaas en bekkenbodem
- Motiveren voor behandeling
- Wegnemen schuldvraag
Motivationele technieken
- Belang van positieve verwachtingen ouders!
- Plasschema
- Blaastraining: sluitspier/bekkenbodemoefeningen
- Vaststellen realistische doelen
- Beloningsprincipe
gebaseerd op klassieke conditionering
Encopresis= onzindelijkheid voor ontlasting bij kinderen na het vierde jaar.
Classificatie DSM 5:
- Herhaald defeceren op daartoe niet bestemde plaatsen (onvrijwillig of vrijwillig)
- Tenminste eenmaal per maand gedurende drie maanden
- Tenminste 4 jaar oud (of mentale leeftijd van 4)
- Gedrag niet het gevolg van een lichamelijk probleem
,Onderscheid tussen:
- met obstipatie en overloopcontinentie (retentieve encopresis)
- zonder obstipatie en overloopcontinentie (niet-retentieve encopresis)
Normale ontwikkeling:
Baby’s en peuters (tot 18 maanden) ontlasten reflexmatig. Ze hebben geen controle over
rectum-impuls. Kind gaat daarna de bewustwordingsfase in. Kind voelt het maar soms te
laat.
Vanaf 2-3 jaar cognitief gevoelige leeftijd zindelijkheid. Ze hebben onbewuste controle over
de sluitspier. Ze beheersen bekkenbodemspieren. Bewuste controle over sfincter-impuls en
hebben sociaal bewust zijn.
Bij encopesis is de normale ontwikkeling niet goed op gang gekomen of heeft een
achteruitgang laten zien.
Enuresis komt veel vaker voor dan encopresis. Komt vaker voor bij ongens dan bij meisjes.
Vaker bij obstipatie en bij een ontwikkelingsachterstand.
Toegenomen ten opzichte van 1963. Geen duidelijke verklaring. Misschien door betere luiers
waardoor kinderen minder discomfort ervaren.
Minder vaak bij Marokkaanse en Turkse gemeenschap
- Meer onderrapportage?
- Minder toegang tot zorg, dus minder vaak behandeld?
Biologische factoren: Aanleg voor obstipatie. Dit kan komen door een te kort aan vezels en
lichaamsbeweging.
Psychologische en sociale factoren: uitstelgedrag door ophouden door angst voor pijn. Of
door aandachtsproblemen of schaamte
vooral veel psychologische risicofactoren bij encopresis en minder bij enuresis
Van der Wal 2005:
Kinderen met encopresis hebben vaker:
- Gedragsproblemen
- Emotionele problemen
- Leerstoornissen
Deze kinderen worden vaker misbruikt en leven vaker in een ongunstige opvoedsituatie
Grofweg bij 25-50% van de kinderen met encopresis is sprake van comorbide
psychopathologie
= naast elkaar voorkomen van verschillende stoornissen tegelijkertijd
Diagnostiek:
- Als medische oorzaak is uitgesloten
- Uitsluiten eventuele psychopathologie
, - Uitsluiten misbruik/mishandeling/ andere belangrijke problemen in de opvoedsfeer
Gedragstherapeutische behandeling
- Exploratie probleem, nulmeting
- Gevolgen voor het kind in kaart brengen
- Ouderlijke attitude in kaart brengen ( ouderbegeleiding)
Bij (herhaaldelijke) pijn doen we soms EMDR. Dit is traumabehandeling. Als een nare
herinnering in het lichaam is opgeslagen kan EMDR uitkomst bieden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliadekloet. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.05. You're not tied to anything after your purchase.