In deze uitgebreide samenvatting van 61 pagina's staat alle literatuur als naslagwerk uitgetypt. Daarnaast zijn per week de leerdoelen overzichtelijk weergegeven. De stof van de hoorcollege's komt ook terug in de samenvatting.
Week A1
Verbetercyclus (PDCA-cyclus)
Plan
Do
Check
Act
Artikel 3 Arbowet
De werkgever zorgt voor de veiligheid en de gezondheid van de werknemers, in alle aspecten
die met het werk te maken hebben.
De werkgever is na een ongeval op de werkplek bijna altijd verantwoordelijk voor de schade
en vergoeding. Volgens de rechter is er bijna nooit sprake van eigen schuld van de
werknemer. Er moet dan sprake zijn van opzet of bewuste roekeloosheid. Werknemer moet
zich wel aan de regels houden.
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
PESTEL-analyse (= zelfde als DESTE(M)P)
PESTEL is de internationale versie van de DESTEP (demografisch, economisch, sociaal-
cultureel, technologisch, ecologisch en politiek-juridisch). Indirect belanghebbenden.
Direct belanghebbende werknemers, werkgever, aandeelhouders
Indirect klanten, concurrenten
Daarna komt de grotere omgeving en daar gebruik je de PESTEL analyse voor.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Leerdoelen week A1
Leg het verschil uit tussen een arbeidsongeval en een beroepsziekte.
Bij een bedrijfsongeval zijn verwondingen opgelopen tijdens het werk. Bij een beroepsziekte is
de ziekte veroorzaakt door werk of de arbeidsomstandigheden.
Een arbeidsongeval veronderstelt een:
- Plotselinge gebeurtenis
- Een of meerdere uitwendige oorzaken
- Het bestaan van letsel
Noem de aandachtspunten die centraal staan in het arbeidsomstandighedenbeleid
(visgraatmodel).
In de Arbowet staan regels voor werkgevers en werknemers om de gezondheid en veiligheid
van werknemers te bevorderen. Een belangrijk kenmerk van de Arbowet is dat het een
kaderwet is. Dat betekent dat er geen regels in staan over concrete risico’s, maar algemene
bepalingen over het arbobeleid in bedrijven. De wetgeving omtrent arbeidsomstandigheden
is ingedeeld in 3 niveaus: de Arbowet, het Arbo besluit en de Arbo regeling.
- Arbowet: de Arbowet vormt de basis van de Arbowetgeving
- Arbobesluit: het Arbobesluit is een uitwerking van de Arbowet
- Arboregeling: de Arboregeling is weer een verdere uitwerking van het Arbobesluit
Visgraatmodel:
, Leg uit, uit welke sub-aandachtspunten het visgraatmodel bestaat.
Zie de afbeelding hierboven.
Leg uit wat de rol van de IV-kundige is, in het kader van arbeidsveiligheid.
Een veiligheidskundige kan advies uitbrengen over de situatie op de werkvloer. Er kunnen
bijvoorbeeld protocollen gemaakt worden waar werkgever en werknemer zich aan moeten
houden. Indien dit niet gebeurd, is de IVK’er niet verantwoordelijk voor het leed dat ontstaat.
Noem de (veiligheidsmanagement)taken van de preventiemedewerker binnen een
organisatie en je kan de meeste gebruikte interventies hierbij toelichten aan de hand van het
ui-model.
Elk bedrijf is verplicht ten minste 1 werknemer aan te wijzen als preventiemedewerker. Dit
mag niet iemand zijn van buiten het bedrijf. Als het bedrijf maximaal 25 werknemers in dienst
heeft, mag de werkgever ook zelf de preventiemedewerker zijn. De 3 belangrijke taken van
een preventiemedewerker zijn:
- Het ondersteunen van de werkgever om optimale arbeidsomstandigheden te realiseren. Dit
gebeurt via de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E).
- Het adviseren en nauw samenwerken met de Arbo deskundigen en de ondernemingsraad/
personeelsvertegenwoordiging over de te nemen maatregelen voor een goed
arbeidsomstandighedenbeleid.
- Het (mede)uitvoeren van Arbo-maatregelen.
Het ui-model van Hofstede
Benoem de onderlinge verhoudingen binnen een organisatie in het kader van macht en
invloed.
Er zijn 6 verschillende machtsbronnen die iemand in staat stellen anderen te beïnvloeden:
- Legitieme macht: deze vorm van macht is gebaseerd op de formele positie die men inneemt
in een organisatie.
- Beloningsmacht: dit is de macht die een leidinggevende bezit omdat hij medewerkers extra
kan belonen.
- Sanctionele macht: dit is het tegenovergestelde van beloningsmacht. Hierbij draait het erom
dat men invloed kan aanwenden omdat men in de positie is anderen op een of andere wijze
te straffen.
- Informationele macht: dit betreft de macht die men bezit op basis van de informatie die
men uit hoofde van zijn functie krijgt.
- Referentiemacht: dit betreft de macht waarbij ondergeschikten tegen de leidinggevende
opkijken omdat hij een zekere aantrekkingskracht op hen uitoefent.
, - Deskundigheidsmacht: deze vorm van macht slaat op de invloed die een deskundige op
mensen kan uitoefenen omdat zij zijn expertise accepteren, of macht die ontstaat omdat de
expert over informatie kan beschikken die anderen niet hebben.
Leg de PDCA-cirkel uit met betrekking tot arbeidsveiligheidsvraagstukken.
PDCA staat voor plan, do, check, act. Het is belangrijk dat deze stappen van de cyclus
doorlopen worden om een zo goed mogelijk antwoord te vinden op veiligheidsvraagstukken.
Het is ook mogelijk om te reflecteren op praktijken uit het verleden en om fouten in de
toekomst te voorkomen.
Noem de meest voorkomende beïnvloedingsstrategieën en leg deze in het kader van het
bereiken van een goed werkend veiligheidsmanagement uit.
De 7 beïnvloedingsstrategieën van Cialdini:
- Wederkerigheid: voor wat, hoort wat.
- Consistentie: mensen maken keuzes die voor hen logisch lijken. Wanneer de eerste stap
eenmaal is gezet, volgt de tweede al snel.
- Consensus (sociale bewijskracht): als een persoon zich oncomfortabel voelt in een bepaalde
situatie, is deze al snel geneigd naar anderen te kijken en beslissingen en acties hierop af te
stemmen.
- Sympathie: mensen die we aardig vinden, geloven we sneller en gunnen we meer.
- Eenheid
- Autoriteit
- Schaarste
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tentamenstof Week A2
Motieven voor arbobeleid
1. Arbobeleid is een verplichting.
2. Arbobeleid heeft baten voor bedrijf, werknemers en maatschappij (=minder kosten).
a. Minder ziekteverzuim, ongevallen en gezondheidsschade.
b. Soepeler werkproces (minder storingen en fouten).
c. Stijging van de arbeidsproductiviteit.
3. Onderdeel van kwaliteit en continue verbetering.
a. Deel van het managementsysteem.
b. Eisen van klanten en leveranciers.
4. Een belangrijke pijler van duurzame inzetbaarheid.
5. Hoort bij Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO).
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Rol van de veiligheidskundige
- Manager
- Adviseur
- Regisseur
Verschillen tussen de actoren
- Verschillend perspectief op arbeidsveiligheid.
- Verschillend handelingskader.
Verschillende niveaus van plannen en uitvoeren
- Strategisch
- Tactisch
- Operationeel
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Samenvatting Hoofdstuk 11: kosten en baten van criminaliteit en criminaliteitsbestrijding
, 11.1 Criminaliteit: een kunstmatig concept
Waarom is criminaliteit een kunstmatig concept?
Het wetboek van Strafrecht bepaalt wat crimineel is; criminaliteit is daarom maatschappij- en
tijdsafhankelijk.
- Normen en waarden over criminaliteit kunnen derhalve per tijdseenheid, per land, maar ook per
persoon verschillen.
11.2 Rationele keuzes
Wat is economie?
De studie die zich bezighoudt met de herverdeling van schaarse middelen. Een economische theorie
stelt dat de prijs van goederen wordt bepaald in een markt van vraag en aanbod.
Wat is de rationele keuze theorie?
In deze theorie wordt verondersteld dat de dader een rationeel handelend wezen is dat op basis van
een kosten-batenanalyse overgaat tot het plegen van een delict. Een misdaad is dan een gebeurtenis
die plaatsvindt wanneer een dader besluit de wet te overtreden, nadat hij een afweging heeft
gemaakt.
Wat stelt Cohen?
Hij stelt dat criminaliteit daalt in tijden van hoogconjunctuur met veel vraag naar beleid en hoge
lonen, omdat potentiële daders eerder voor legale dan voor illegale inkomsten zullen kiezen.
De opbrengst uit de criminele handelingen verandert niet ten tijde van hoogconjunctuur, maar
omdat lonen in deze periode relatief hoog zijn, bieden de inkomsten uit legale arbeid een beter
alternatief dan de inkomsten uit illegale activiteiten.
Wat veronderstelt de gelegenheidstheorie?
Dat de dader een kosten-batenanalyse maakt wanneer zich de gelegenheid tot het plegen van een
delict voordoet, om vervolgens al dan niet over te gaan tot het plegen van een delict.
11.3 Kosten van criminaliteit
Welk onderscheidt in kosten is er te maken?
- Vaste en variabele kosten
- Directe en indirecte kosten
- Individuele en maatschappelijke kosten
- Materiële en immateriële kosten
11.4 Vaste en variabele kosten
Vanuit het perspectief van de overheid bezien zijn de vaste kosten binnen een bepaald tijdbestek
onveranderlijk. Denk daarbij aan onderhoud van gerechtsgebouwen, de kosten van de rechterlijke
macht en de kosten van de politie.
Wat zijn variabelen kosten?
Kosten die worden gemaakt indien een delict wordt gepleegd.
Een toe-of afname van criminaliteit zal op korte termijn vooral leiden tot herverdeling van de
bestaande capaciteit van politie en OM.
11.5 Directe en indirecte kosten
Wat zijn directe kosten?
De directe kosten van straatroof zijn direct tot te rekenen aan het delict. De directe kosten bestaan
bijvoorbeeld uit medische kosten, verlies van arbeidsproductiviteit, derving van inkomsten en kosten
van de politie.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sarahvonk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.46. You're not tied to anything after your purchase.