Een samenvatting van Hoofdstuk 5 Erfelijkheid uit het boek Nectar V4. Alle onderdelen worden behandeld. De begrippen zijn duidelijk weergegeven en goed uitgelegd.
Summary chapter 6 species and populations - Nectar biology 4 vwo
All for this textbook (1)
Written for
Secondary school
VWO / Gymnasium
Biologie
4
All documents for this subject (5493)
Seller
Follow
floorboogmans
Content preview
Biologie H5 Erfelijkheid
Par. 1 verschillen tussen mensen
Uniek
De eigenschappen die ons tot mensen maken hebben te maken met ons DNA in de
chromosomen. Alles over hoe jij eruit ziet en in jouw lichaam staat in je DNA. Je DNA zit in
elke celkern. Hoe je eruit ziet bepaald niet alleen je DNA maar ook het milieu en de leefstijl
spelen een rol. Jouw combinatie van eigenschappen vormt een uniek wezen: jij.
Chromosomen → dragers van genen of allelen en zitten in de celkern.
Locus → de plek op het chromosoom waar het gen ligt.
Fenotype en genotype
Fenotype (FT)→ alle waarneembare eigenschappen en alle eigenschappen die te maken
hebben met het functioneren van je lichaam.
Genotype (GT) → de erfelijke informatie van een organisme, opgeslagen in de
chromosomen.
Genen zijn stukjes DNA met de code voor een eiwit.
Genoom → de volledige erfelijke informatie van een organisme dat bestaat uit A-T en
G-C.
- Dit zijn de streepjes tussen de draden in je DNA.
Alles over jou en hoe je eruit ziet staat in je DNA.
Cholesterol
Verhoging van je cholesterolgehalte kan je risico op een hartinfarct verhogen. Cholesterol
komt via vet voedsel in je bloed of je lichaam maakt het zelf aan (80%). Het bloed vervoert al
het hydrofobe cholesterol verpakt in blaasjes.
- De hoeveelheid cholesterol in je bloed is dus erfelijk.
- Artsen letten op fenotypische eigenschappen om het risico op een hart-/herseninfarct
in te schatten.
Voor het opnemen van de blaasjes in cellen gebruiken ze speciale receptoren. Die maken de
endocytose van de blaasjes mogelijk.
Variatie
Je genoom zit vooral vast in de 23 paar chromosomen van je lichaamscellen.
Genen → zit in de chromosomen en het is een stukje DNA.
Mutaties door bepaalde stoffen, straling en zelfs de eigen lichaamswarmte kan leiden tot
veranderingen in het DNA en tot variatie in het genotype.
Allelen → variant van het gen.
Haplotype → de combinatie waarin de allen samen op 1 chromosoom voorkomen.
Bijna alle chromosomen zijn in paren, met op elk chromosoom van een paar een eigen
combinatie aan alleen → haplotype.
, Je hebt 46 chromosomen, 22 paar autosomen en 1 paar geslachtschromosomen.
In je chromosomen zitten stukjes DNA.
Klassieke biotechnologie → gebruik van micro-organismen bijv. schimmels en bacteriën.
Moderne biotechniek → aan het DNA van een organisme een DNA stukje (gen)
afkomstig van een ander organismen toevoegen.
Par. 2 Chromosomen bekijken
Chromosomenportret
Kernen van normale menselijke cellen bevatten 23 paar chromosomen. Behalve op het y
chromosoom van een man.
Homologe chromosomen → bevatten over dezelfde onderwerpen.
Onderling verschillen alle paren in grote en de plaats van het centromeer (plaats van 2
chromosomen aan elkaar). Die plaats varieert van het midden tot bijna aan het uiteinde.
Karyotype → een weergave van het aantal chromosomen in een kern.
- Meisje → vrouw 46,XX
- Jongen → man 46, XY
Karyogram → chromosome portret.
- De langste chromosomen komen voor aan de de geslachtschromosomen achteraan.
Het chromosomenportret van een gezond mens ziet er bij iedereen hetzelfde uit alleen de
inhoud, de stukjes DNA, zijn anders.
Autosomen → chromosomen 1 t/m 22, alle chromosomen behalve de geslachts~
Geslachtschromosomen → het X en Y chromosoom, paar ‘23’. Aan de combinatie is het
biologisch geslacht te zien. Bij de mens heeft een vrouw XX en een man XY.
Op het Y-chromosoom ligt het SRY-gen.
SRY-gen → een gen op de Y-chromosoom dat de ontwikkeling van de embryo in de
mannelijke richting stuurt.
Bij meisjes ontbreekt het SRY-gen en dat zorgt ervoor dat de embryo zich ontwikkeld tot
meisje.
Wat karyogrammen niet laten zien
Verspreid over de 46 chromosomen van het menselijk genoom bevinden zich kleine 20.000
genen.
- Genen liggen onregelmatig verspreid over de chromosomen.
- Genmutaties zijn niet te zien op een karyogram
Genmutaties → een mutatie in een gen
Te veel of te weinig chromosomen
In een karyogram constateren onderzoekers soms monosomie of trisomie:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller floorboogmans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.14. You're not tied to anything after your purchase.