Opleiding: Pedagogiek Jaar: 2 Blok: 2 Overkoepelend thema: Orthopedagogiek 7 hoorcolleges, 27 bladzijdes. Dit is de volledige samenvatting die je nodig hebt voor de toets van het vak orthopedagogiek blok 2. Zie voor termen/professoren/theorieën die benoemd worden de onderwerpen onderaan de pagina.
Orthopedagogiek 2.2
Hoorcollege 1
Planmatig werken via de regulatieve cyclus (Probleemstelling en
Diagnose)
Deel 1: regulatieve cyclus – probleemstelling
Fases van de regulatieve cyclus van Strien - Wetenschappelijk grondmodel
voor professioneel handelen.
- Hulpmiddel voor orthopedagogen om goed te onderbouwen wat je doet en
de stappen te kunnen verantwoorden.
Rol van de hbo-
pedagoog
De start – probleemstelling (fase 1)
Doel fase:
- Oriënteren op hulpvraag (wie, wat, waarom)
, Groot aantal factoren spelen mee, die zijn onder te verdelen in kind-,
ouder- en omgevingsfactoren
- Verzamelen informatie
Er wordt hiervoor vaak gebruikt gemaakt van hulpmiddelen zoals
vragenlijsten, interviews, genogram of een netwerkanalyse
Resultaat: hulpvraag is aangescherpt
- Onderkennend (is er sprake van?)
- Verklarend (hoe komt het dat..? Wat versterkt?)
- Indicerend (wat is er nodig?)
Eerste reflectieve pauze
Probleemstelling wordt verder uitgediept
Eerste stap naar antwoord op de vragen:
Opstellen hypotheses
Hypothese = bewering over aard/ernst problematiek, beïnvloedende
factoren en gevolgen hiervan
Vanuit verschillende invalshoeken zoals kinder- en jeugdpsychiatrie,
psychologie, sociologie en filosofie
Hulpmiddel: Dordts strategisch model (naslagwerk wat je erbij
kunt pakken als hulpmiddel van het stellen van de hypothese)
Op te delen in 3 fasen:
1. Het verzamelen van informatie en het opstellen van hypotheses,
aan de deelhypotheses een middel koppelen
2. Het analyseren van de hypotheses en op basis daarvan een
algemene werkhypothese opstellen
3. Welke doelen wil men bereiken en welke middelen kunnen
daarvoor ingezet worden
Hypotheses moeten zoveel mogelijk onderbouwd kunnen worden op basis van
wetenschappelijke theorieën en ze moeten toetsbaar zijn.
Hoe toets je de hypotheses?
- Observaties, testen, vragenlijsten, interviews en wetenschappelijke
theorieën.
Gevaar vanuit de hulpverlener:
- Alleen vanuit het eigen referentiekader kijken
- Voorkeurshypothese opstellen alleen kijken naar informatie die bij de
hypothese past en niet naar de informatie die het kan ontkrachten
- Diagnostic overshadowing het gedrag wordt te snel verklaard vanuit de
ontwikkelingsfase van het kind, hierbij kan een evt. psychiatrische stoornis
over het hoofd worden gezien (vooral van belang bij mensen met VB)
Differentiaal diagnostiek als er wordt gedacht aan bijvoorbeeld een
hechtingsprobleem moet er in dergelijk geval ook altijd worden gezocht naar
informatie die deze hypothese tegenspreken. Dus niet alleen naar de informatie
opzoek gaan die het hechtingsprobleem zouden erkennen. Dit vermindert de
kans op tunnelvisie.
Resultaat: werkhypothese
Verhalend- je maakt een samenhangend verhaal van de kleine hypotheses die je
in de stap daarvoor hebt opgesteld
, o Inschatting van de aard en ernst van de problemen (van het kind),
mogelijke oorzaken en factoren die de problemen in stand houden.
Je beschrijft verschillende hypotheses om uiteindelijk tot een werkhypothese
(WH) van een probleemsituatie te komen.
• WH = verhalend
• Oorzaken en beïnvloedende factoren
• (Werk) hypothese bepaalt onderzoeksmiddelen (= 1 e reflectieve pauze van
probleemstelling)
Het vervolg
Deel 2: diagnose
Toetsen van de werkhypothese d.m.v. onderzoek
Onderkennend (Is er sprake van…?): Er is wel/niet sprake van X
Verklarend (Hoe komt het dat?): Dit is de reden/zijn de redenen
waarom dit aan de hand is.
Indicerend (Wat is er nodig?): Dit is nu nodig.
Resultaat: er kan een integratief diagnostisch beeld worden beschreven
Dit is in feite een samenvatting waarin de context wordt beschreven. Het gaat
om een totaalbeeld van wat er aan de hand is en welke factoren daarop van
invloed kunnen zijn
Wetenschappelijke kennis helpt om informatie te analyseren en te plaatsen in
breder referentiekader.
Diagnosticeren (praktijk)
Waarom diagnosticeren? Het bied een link naar welke hulpverlening passend is
en welke aanpak je kan hanteren.
Classificatiesysteem: Methodiek om symptomen te rangschikken naar
categorieën. Bijvoorbeeld:
(DSM-5) Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders)
Wordt wereldwijd gebruikt.
Namen + codes en criteria
Nieuwste is dsm-5 sinds 2014.
Niet het enige classificatiesysteem maar het vaakst aanwezig.
Classificatie: naam stoornis
Diagnose: beschrijvend beeld van de oorzaken gevolgen van de problematiek
Uit onderzoek blijkt dat bij depressieve studenten de oplossingsgerichte therapie
even goed en soms zelfs beter werkt dan de interpersoonlijke therapie.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sterrelangeveldd. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.60. You're not tied to anything after your purchase.