Ontwikkelings-
psychologie
Karel de Grote Hogeschool
Tonja Leten Ortho B12
’22- ‘23
1
,DEEL 1: EMOTIONELE ONTWIKKELING
1. Beschrijving van de structuur van de emotionele ontwikkeling
Emotionele ontwikkeling bestaat uit:
Evolutie van de eigen emoties
Inzicht in de emoties van anderen
beide factoren zijn noodzakelijk om tot een gezonde ontwikkeling te komen die men nodig
heeft om goed te functioneren in een omgeving. De sociale omgeving & biologische bepalingen
gaan een sterke invloed hebben op de ontwikkeling van beide factoren.
1.1. Evolutie van de eigen emoties
We onderscheiden 2 elementen, in het bestuderen van de eigen emoties:
Zelfbewustzijn
1. De zuigeling:
Pasgeborene maakt geen onderscheid tussen zichzelf en de buitenwereld. Ze is erg op zichzelf
gericht, wel gevoelig voor de buitenwereld meer huilen in omgeving van andere huilende
baby’s. Gevoel is opwinding ontstaat door sensomotorische ervaringen die gekleurd worden
door lust en onlust.
Na 2 maanden gevoelens worden duurzamer, spreken van zekere stemmingen die kunnen
variëren tussen opgeruimdheid en neerslachtigheid.
Na 3 à 4 maanden op ontdekking in de buitenwereld: 3 drijfveren
Genotsdrang: lust wordt herhaald, onlust vermeden
Sensatiedrang: kijken en (mond-)voelen
Activiteitsdrang: speldrang, nabootsingsdrang (zichzelf en anderen)
Rond 6 maanden bewuster van andere mensen differentiatie drang om bij anderen te zijn.
Rond 1 jaar begint het lichamelijk uitdrukken van gevoelens.
De peuter begint te stappen, grijpen naar dingen en wilt deelnemen aan het sociale leven
meespelen met anderen opnieuw een differentiatie in gevoelens.
Zelfbewustzijn komt tot ontwikkeling koppig, agressief, brutaal, affectie tonen.
2. De kleuter:
Ontwikkeling van het IK-beleven: onderscheid tussen “ik” en “niet-ik” consequenties naar
gevoelens over eigen bezit en dat van anderen, eigenmachtsgevoel. Het egocentrisme komt tot
uiting hoe hij voelt en denkt, zo voelen en denken anderen ook volgens hem. Hij kan nog geen
afstand nemen van zichzelf.
Uitbreiding van sociale contacten en gevoelens: kind gaat naar school en wordt geconfronteerd
met veel kinderen met een verschillende aard, afkomst, cultuur, die vaak heel anders worden
opgevoed kan in het begin dreigend overkomen, geleidelijk aan zal hij er vertrouwd mee
geraken.
De juf wordt een nieuwe vertrouwenspersoon naast de ouders.
Er ontstaat ook een behoefte aan contact met leeftijdsgenootjes om er mee te spelen geen
vriendjes denkbeeldige vriendjes.
Prestatiedrang en initiatiefname: rond de 3 à 4 jaar prestatiegericht gedrag. Prestaties
vergelijken met anderen en daardoor gestimuleerd worden om beter te doen. Meisjes willen
vooral goedkeuring en lof, bij jongens staan prestaties centraal.
Ze verwerven een opgavenbewustzijn onderscheid maken tussen wat ze willen bereiken en
wat ze verwachten te bereiken. Overschatten mislukking en teleurstelling + twijfelen aan
zichzelf.
3. Het lagereschoolkind
Ze leren hun eigen prestaties beoordelen waardoor een nieuwe reeks van gevoelens ontstaan.
Hun zelfwaardegevoel is nog sterk verbonden met hun prestaties en wat de buitenwereld
daarvan denkt sterk beïnvloed door negatieve en positieve opmerkingen. De vergelijking met
anderen gevoelens over anderen (bewondering, spot, leedvermaak,).
uitbreiding van sociale en morele gevoelens. Gevoelens komen meer samen voor, zelfs als ze
tegenstrijdig zijn (afgunst en respect voor vriendje). Gevoelens bereiken nog weinig diepgang
uitlachen, pijnigen van dieren uit nieuwsgierigheid.
Emotionele zelfregulatie
= de strategieën die we gebruiken om onze emoties aan te passen tot een comfortabele
intensiteit zodat we onze doelen kunnen bereiken.
De prefrontale kwab speelt een belangrijke rol in de vaardigheid om je emoties te controleren.
Bij een baby is die nauwelijks ontwikkeld gevoelens niet controleren. De ontwikkeling van taal
en deze leren te gebruiken speelt ook een belangrijke rol. Het lagereschoolkind kan een
onderscheid maken tussen probleemgerichte coping (= een onaangename situatie is
veranderbaar het probleem aanpakken) en emotiegerichte coping (= voelen dat ze niet veel
kunnen veranderen aan de situatie emoties ervaren en deze verwerken door de focus te
verleggen).
Rond 12 jaar: een periode van synaptische groei in de prefrontale hersenzone emoties
controleren.
Rond 17 jaar: opnieuw een periode van synaptogenese maar nu in de temporale hersenzone
verbanden leggen in het taalgebied meer in staat om complexe emoties om te zetten in taal.
1.2. Evolutie van het inzicht in emoties van anderen
3
, Temperament
= een aangeboren tendens om op prikkels te reageren. Hoe hevig die prikkels zijn + hoe hevig
daarmee wordt omgegaan is het temperament en geeft aan hoe hevig we emoties voelen of
erop reageren.
Gerichtheid op prikkels van buitenaf is noodzakelijk om signalen van anderen op te vangen en
daarop te reageren.
Social referencing
= het doelbewust zoeken naar informatie over de gevoelens van anderen om onduidelijke
omstandigheden en gebeurtenissen te kunnen plaatsen.
Een baby gaat de non-verbale signalen van anderen begrijpen in onzekere situaties steun
zoeken door te kijken naar de verzorgingsfiguur. Vb. baby is met een melkkannetje aan het
spelen en ziet dat de blik van mama walging uitstraalt dan zal de baby stoppen met hiermee te
spelen.
Het is nog niet duidelijk of SR mogelijk is
Doordat baby’s dezelfde emotie gaan ervaren als ze een gezichtsuitdrukking waarnemen
vroege vorm van empathie.
OF
Dat hij enkel de nodige informatie haalt uit deze gezichtsuitdrukking.
Empathie
= een emotionele respons die correspondeert met de gevoelens van een andere persoon.
Empathic distress = wanneer je getuigen bent van een situatie die voor een ander pijnlijk,
gênant, eng,… is zal je zelf een gevoel van onbehagen ervaren.
Baby’s ervaren reeds een vorm van ED wanneer iemand in de buurt negatieve gevoelens uit.
Geconfronteerd met een baby die huilt zelf huilen of troost zoeken. Het is echter een reactie
op het eigen gevoel en geen emotionele respons ten aanzien van de ander.
Volgende stap in de ontwikkeling beginnen in zien dat ook anderen gedrag kunnen stellen
met een bepaald doel.
2-jarige leeftijd: eerste sporen van empathie droevige peuter troosten.
Daarvoor moeten peuters emotionele signalen van anderen kunnen opvangen. Het gevoel dat
deze signalen hen geeft, motiveert hen om actie te ondernemen en een emotionele respons te
stellen.
Spiegelneuronen
= zenuwcellen die verspreid door de gehele hersenen liggen, vooral in de motorische gebieden
van de frontaalkwabben. De cellen spiegelen de handeling die de persoon ziet.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tonjaleten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.04. You're not tied to anything after your purchase.