Case 1
Frederik heeft fiscaal recht en fiscale economie gestudeerd en is gespecialiseerd in de
omzetbelasting. Hij werkt 40 uur per week freelance voor verschillende opdrachtgevers. Zo wordt hij
regelmatig gevraagd om een presentatie te geven voor een beroepsorganisatie of een
belastingadvieskantoor en geeft hij cursussen. Ook geeft hij af en toe adviezen aan adviseurs van een
bekend belastingadvieskantoor. Verder schrijft hij wekelijks aantekeningen bij jurisprudentie in de
Vakstudie Nieuws. Hij verdient hiermee een aardige boterham, mede gezien het feit dat hij
nauwelijks kosten maakt. Hij hoeft geen investeringen te verrichten en gebruikt zijn computer die hij
al tijdens zijn studie heeft gekocht. Hij heeft evenmin een auto, omdat hij altijd met de trein reist. Hij
loopt in theorie wel het risico dat zijn opdrachtgevers hem niet betalen, maar gelukkig heeft hij
alleen te maken met betrouwbare partijen en worden zijn facturen altijd betaald. Op welke wijze
worden de inkomsten van Frederik belast?
Frederik heeft een objectieve onderneming, hij voldoet aan de voorwaarden:
- Zelfstandig
- Duurzaam bedoelde activiteiten
- Risicodragend, want hij loopt debiteurenrisico BNB 1992/370.
- Deelname aan het economisch verkeer
Ondernemer (art. 3.4 IB):
- De onderneming moet voor rekening van de belastingplichtige gedreven worden
- De belastingplichtige is rechtstreeks verbonden voor verbintenissen betreffende de
onderneming.
Case 2
Matthijs en zijn vader Frits sluiten samen een CV-overeenkomst. De CV gaat onder de naam ‘Slagerij
Matthijs’ een slagerij exploiteren. Matthijs is beherend vennoot en doet de inkopen, staat in de
winkel en geeft leiding aan het personeel. Frits is commanditair vennoot. Frits doet in de avonduren
de boekhouding van de slagerij en financiert de onderneming door naast genoemde arbeid ook een
bedrag van € 100.000 in de CV in te brengen. In de vennootschapsovereenkomst is het volgende
bepaald omtrent de verdeling van de jaarlijkse resultaten:
‘De vastgestelde winst over een boekjaar wordt als volgt verdeeld: Indien en voor zover de omvang
van de winst dat toelaat, wordt allereerst aan Matthijs € 30.000 en aan Frits € 6.000 toegekend als
beloning voor de door hen ingebrachte arbeid.
Vervolgens wordt aan Frits 4% over € 100.000 vergoed als beloning voor het ingebrachte kapitaal.
Van de eventuele overwinst komt 75% ten goede aan Matthijs en 25% aan Frits.’ De vastgestelde
winst van de CV bedraagt in 2015 € 80.000.
Hiervan ontvangt Matthijs 30.000 (arbeidsbeloning)
30.000 (aandeel overwinst)
60.000
Hiervan ontvangt Frits: 6.000 (arbeidsbeloning)
4.000 (vergoeding kapitaalinbreng)
10.000 (aandeel overwinst)
20.000
1
, A) Op welke wijze wordt het winstaandeel van Matthijs belast?
Matthijs is ondernemer, hij voldoet aan het ‘voor rekening van’-criterium en het
verbondenheidscriterium. Art. 3.4 IB.
B) Op welke wijze wordt het winstaandeel van Frits belast?
Frits is een commanditaire vennoot, de eerste vraag is of hij recht heeft op het
liquidatieoverschot. Hij deelt in de overwinst, dus ook in een liquidatieoverschot.
HR BNB 1996/305 en BNB 1993/94. Arresten noemen anders kost dit punten!
De volgende voorwaarde is of hij ook verbonden is voor verbintenissen van de vennootschap.
Het antwoord is nee, hij mag niet namens de CV handelen tegenover derden. Frits is dus geen
ondernemer, maar een medegerechtigde en hij geniet dus winst. De arbeidsbeloning (€6000)
wordt ook als winst belast, want die 6000 is gewoon een verdeling van de winst (BNB
2000/358).
C) Wat zijn de fiscale gevolgen indien Frits eenmalig, om de kerstdrukte op te vangen, meehelpt
in de slagerij en de klanten helpt?
Frits verricht beheersdaden en kan privaatrechtelijke aansprakelijk worden gesteld voor de
CV. In de winkel wek je de indruk dat jij deel bent van het bedrijf, dit is een beheersdaad. Hij
treedt op tegenover derden. Actualiteit: privaatrechtelijk arrest: de HR zegt wanneer je maar
een beetje het beheersverbod overtreedt, dan rechtvaardigt de zware straf van
aansprakelijkheid niet. Frits werkt hier maar eenmalig mee en daarom krijgt hij niet de straf
van verbondenheid.
D) Na verloop van tijd overlijdt Matthijs onverwacht. Zijn echtgenote, Julia, is zijn erfgenaam.
Julia bemoeit zich helemaal niet met de slagerij en het personeel houdt de zaak draaiende,
met Frits op de achtergrond. Een half jaar na het overlijden van Matthijs wordt de slagerij
verkocht aan een derde. Julia ontvangt € 15.000 als aandeel in de jaarwinst over de periode
vanaf het overlijden van Matthijs tot de verkoop van de slagerij. Is dit bedrag belast bij Julia?
Zo nee, waarom niet? Zo ja op welke wijze en in welke fiscale hoedanigheid wordt Julia
belast?
Julia staat niet opeens ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, dus ze is geen vennoot. De
rechten en plichten kun je wel erven, maar je bent niet opeens vennoot (geen inspraak in het
bedrijf). Julia is medegerechtigde, want ze heeft een winstaandeel in de onderneming (dus ze
heeft een subjectieve onderneming). Art. 3.4 IB: ‘voor rekening van’-criterium: onbeperkt
winstgerechtigd en de intentie om winst te genieten. Julia is erfgenaam en heeft niet de
intentie om winst te genieten. Ze voldoet dus niet aan het ‘voor rekening van’-criterium en ze
is dus geen ondernemer. De winst wordt belast als medegerechtigde (art. 3.3 IB), ze loopt
hierdoor ondernemersfaciliteiten mis zoals de MKB-vrijstelling (urencriterium) en de
zelfstandigenaftrek. Een medegerechtigde geniet wel winst (geen resultaat!).
Case 3
Hein heeft zijn studie tandheelkunde afgerond en start als waarnemer van een tandartspraktijk in
Tilburg. Vooraf staat vast dat hij de praktijk gedurende een half jaar zal waarnemen. Hein begint na
dit half jaar zijn eigen tandartspraktijk in Breda. Hoe worden de inkomsten van Hein belast
gedurende de periode dat hij de praktijk in Tilburg waarneemt ?
Het waarnemen is geen duurzame activiteit (BNB 2001/88), van te voren staat vast dat het maar een
half jaar zal duren. Ook de andere voorwaarden noemen: zelfstandig en gericht op risicodragende
deelname aan het economisch verkeer. Hij ontvangt geen winst, maar resultaat uit overige
werkzaamheden.
2
, Wel duurzaam? Inschrijven kamer van koophandel en reclame maken. Dan krijg je wel het
ondernemerschap, ook al stop je na een half jaar.
Variant: Frits gaat een half jaar op wereldreis.
a) Origineel: Karel neemt hem gedurende een half jaar waar o.g.v. een
waarnemingsovereenkomst. -> vormt het waarnemen een objectieve onderneming?
b) Variant: Karel wordt gedurende een half jaar vennoot. Hij schrijft zich in bij de Kamer van
Koophandel en sluit een overeenkomst met Frits.
a. Eerste vraag: objectieve onderneming? Ja, de tandartsenpraktijk zit duurzaam in de
maatschap.
b. Tweede vraag: is de maat ondernemer? Zelfstandig beroepsbeoefenaar (art. 3.5 IB)
en hij is verbonden en de onderneming wordt voor zijn rekening gedreven (art. 3.4
IB).
c. Karel is een ondernemer
Case 4
Bente is al jaren fulltime nagelstyliste in de rechtsvorm van een eenmanszaak. In verband met hoge
kosten heeft ze in 2015 slechts een winst van € 5.000. Het betreft hier haar winst voorafgaand aan de
toepassing van de ondernemersaftrek en de MKB-winstvrijstelling. In 2016 bedraagt haar winst €
17.000.
Winstbepaling
- Totaalwinstgedachte: art. 3.8 IB
Totale winst is zeer ruim; omvat o.a. ook vermogenswinsten en – verliezen
- Goed koopmansgebruik: art. 3.25 IB
Art. 3.2 IB: ‘ondernemer’ is ook medegerechtigde.
Art. 3.41, lid 2: bij een VOF worden naar alle investeringen tezamen gekeken, niet naar de
investeringen per persoon (art. 3.41, lid 2).
A) Bereken de belastbare winst uit onderneming als bedoeld in art. 3.2 Wet IB 2001 over de
jaren 2015 en 2016. (U kunt ervan uitgaan dat de relevante wettekst van 2016 gelijk is aan de
wettekst van 2015)
2015: (5000-5000 (ZA maximum))=0.
2280 van de zelfstandigenaftrek blijft over (7280-5000=2280).
2016: 17000 -7280 – 2280 = 7440.
7440 – 14%= 6398.
B) Zou het antwoord anders zijn ingeval Bente in 2015 was gestart met haar onderneming?
Dan zou er ook nog sprake zijn van startersaftrek (indien voldaan aan het urencriterium).
De startersaftrek is €2123.
2015: 5000-7280 (ZA)- 2123 (Startersaftrek)= -€4403
-€4403 + 14%= -€3787
2016: 17000 -7280 – 2123 = 7597
7597 – 14%= 6533
Bij niet-starters is er een zelfstandigenaftrek maximum (tot aan het winstbedrag), dus er kan
nooit een negatieve winst zijn.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lh96. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.