Open vragen histologie
BESPREEK DE FUNCTIONELE HISTOLOGIE EN VOORKOMEN VAN DE VERSCHILLENDE TYPES CAPILLAIREN .
- Continue capillairen:
o Continu endotheel
o Lamina basalis
o Hebben alleen een tunica intima met pericyten en zeer dunne adventitia
o Bevinden zich in spierweefsel en zenuwweefsel
o Transport vindt plaats via transcytose.
- Gefenestreerde capillairen:
o Gefenestreerd endotheel (al dan niet met diafragma)
o Continue lamina basalis
o Transport gaat via de fenestrae
o Komen voor in endocriene organen, GI-tractus en nier.
- Sinusoidale capillairen:
o Aaneengesloten endotheel met fenestrae
o Geen lamina basalis
o Hebben verwijd lumen
o Komen voor in de lever, milt
BESPREEK DE CELLEN IN HET HART DIE BLOEDDRUK EN HARTFREQUENTIE BEPALEN .
Bloeddruk
- ANF in de atria granules
- Baroreceptoren van sinus caroticus en aortaboog
Frequentie
- Nodus sinuatrialis
- Volledige geleidingssysteem
- Nodus atrioventricularis en bundel van His
- Vezels van Purkinje
o In beide crura en eindvertakkingen
o Zwaarder en wat meer opgezwollen dan gewone hartspiercellen
o Centrale zone van cel rijk aan glycogeen en MT
o Myofibrillen enkel perifeer
o Onduidelijke intercalaire schijven
o Geen transversaal tubulair systeem
- In combinatie met orto- en parasympaticus
BESPREEK DE CHEMORECEPTOREN TER HOOGTE VAN HET CAROTISLICHAAMPJE .
De carotis sinus en carotislichaampjes bevatten baroreceptoren en chemoreceptoren, alsook de
aortaboog. De baroreceptoren staan in voor de bloeddruk, de chemoreceptoren als sensor voor het
O2-gehalte, het CO2-gehalte en de zuurtegraad.
Hypoxie (O2 tekort)
Er zijn 3 mechanismen om hypoxie te registreren
- Wanneer een O2 dissocieert van ijzer-bevattend eiwit nabij een K +-kanaal
- Een laag PO2 kan ook leiden tot een stijging in cAMP
- Inhibitie van NADPH-oxidase in mitochondriën, wat leidt tot een verhoogde ratio van
gereduceerd ten opzichte van geoxideerd glutathione
Deze registraties kunnen zorgen voor de reductie dat de K +-kanalen open komen te staan. De
inhibitie van de K+-kanalen leidt tot de depolarisatie van de cel, wat op zijn beurt zorgt voor de
opening van spanningsgevoelige Ca2+-kanalen. Dit leidt tot het binnenstromen van Ca2+, wat leidt
tot de vrijgifte van neurotransmitter. Deze zorgt ervoor dat er via de afferente banen van de
,glossopharyngeus signalen naar het merg gaan. Er komen signalen terug die ervoor zorgen dat het
hart haar pompfrequentie gaat aanpassen, de bloedvaten gaan hun constrictiegraad aanpassen en
het bijniermerg gaat voornamelijk adrenaline vrijgeven (wat de bloeddruk weer verhoogt).
VERGELIJK DE STRUCTUUR VAN DE ARTERIA EN VENA FEMORALIS .
Arterie
- A. femoralis is een musculeuze arterie
- Opgebouwd uit intima, media en adventitia
- Intima
o Endotheel
o Subendotheliaal bindweefsel
o Altijd membrana elastica interna, vaak meanderachtig geplooid
- Media
o Goed ontwikkeld met circulair verlopende gladde spier
o GAG-rijke extracellulaire matrix (collageen en elastine)
- Adventitia
o Longitudinale vezels die naar buiten losser worden
o Bij grote vaten (zoals a. femoralis) membrana elastica externa
Vene
- V. femoralis is een middelgrote vene
- Opgebouwd uit intima, media, adventitia
- Intima
o Endotheel met dunne subendotheliale bindweefsellaag
- Media
o Echte tunica media die meerdere cellagen dik is
- Adventitia
o Vormt belangrijk deel van de wand
o Longitudinale collagene vezels
- Venenkleppen -> zorgen ervoor dat er geen terugvloei kan plaatsvinden
BESPREEK DE STRUCTUUR VAN DE MILT AAN DE HAND VAN HET VERLOOP VAN DE BLOEDVATEN .
- Binnenkomende arterie in hilus -> verloopt via kapsel
- Aftakken richting de trabekels
- Rode pulpa -> hier wordt hij omgeven door lymfocytenschede
- Lymfocytenschede maakt deel uit van witte pulpa
- Vanaf het moment dat hij omgeven is met de schede noemen we het een centrale arterie
- Centrale arterie splitst op in penseelarteriën
BESPREEK DE PLASMACELLULAIRE REACTIE EN DE FOLLIKELCENTRUMREACTIE IN DE LYMFEKNOOP.
- APC gaat antigen opnemen -> wordt afgebroken in kleine partikels
- Worden gepresenteerd op oppervlak APC met behulp van MHC II complex
- Complex wordt herkend door T-cel
- Beide cellen gaan cytokines produceren
o IL-1 door APC cel
o IL-2 door T-cel, deze is het signaal om te gaan delen
- B-cellen herkennen het antigen zonder tussenkomst van MHC II
- B-cellen differentiëren naar plasmacellen -> schakelen het antigen uit
- Andere B-cellen differentiëren naar geheugen B-cellen -> maken snellere reactie bij volgende
infectie mogelijk
- Follikelcentrumreactie
o In centrale deel follikels is er ook reactie
, o Gekenmerkt door lokale proliferatie van B-lymfoblasten
BESPREEK DE ONTWIKKELING VAN DE T-LYMFOCYTEN IN DE THYMUS.
- Lymfoblasten differentiëren in het beenmerg tot CD4- en CD8- T-lymfocyt-voorlopercel
- Voorlopercellen gaan migreren via het bloed naar de thymus
- In de thymus
o Voorlopercel moet kunnen binden aan MHC II -> zo niet apoptose
o Voorlopercel moet het lichaamseigen antigen niet herkennen -> zo wel apoptose
o Selectief verlies van CD4- of CD8-expressie
o Helper T-lymfocyt (CD4), cytotoxische T-lymfocyt (CD8)
GEEF EEN OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE KLASSEN VAN IMMUNOGLOBULINEN EN HUN FUNCTIE .
IgM
- Eerste antilichaam geproduceerd in een primaire immuunreactie, pentameer
IgG
- Neutraliseert antigen, bevordert fagocytose, bescherming pasgeborene, monomeer
IgA
- Speelt een rol bij de afweer van de darmflora, dimeer
IgD
- Speelt een rol bij activering van B-cellen, monomeer
IgE
- Speelt een rol bij allergische reacties; lysis van parasitaire wormen, monomeer
BESPREEK DE FUNCTIONELE HISTOLOGIE VAN HET NIERLICHAAMPJE .
- Kapsel van Bowman
- Glomerulus
- Eerste deel van nefron -> viscerale en pariëtale blad van kapsel van Bowman
- Verbonden aan vaatpool met vas afferens en vas efferens
- Vas afferens splits in 2-5 primaire takken
- Capillairen in glomerulus hebben gefenestreerd endotheel dat rust op dikke basale
membraan
- Capillairlussen aan buitenkant bekleed met podocyten -> vormen viscerale blad kapsel van
Bowman
- De uitlopers van podocyten kunnen ingedeeld worden in trabekels of pedikels
- Tussen pedikels zitten filtratiestrepen welke worden afgesloten met diafragma
- Basaalmembraan bestaat uit versmolten laminae basales van endotheelcellen en podocyten
VERGELIJK STRUCTUUR EN FUNCTIE VAN PROXIMALE EN DISTALE TUBULUS EN VERZAMELBUIS IN DE NIER.
- Proximale tubulus heeft kubisch epitheel met hoge borstelzoom
- Dicht tegen de tubuli liggen gefenestreerde capillairen met diafragma
- Intercellulaire ruimte aan de luminale zijde is afgesloten door zonullae occludentes
- Distale tubulus heeft kubisch epitheel zonder borstelzoom
- In distale tubulus vindt geen resorptie plaats
- Op de plaats waar de distale tubulus het vas efferens van de vaatpool raakt vormt het een
macula densa
- De tubuli contorti vormen het laatste deel van de distale tubulus, en zijn via een
verbindingsbuis verbonden met een verzamelbuis.
- De verzamelbuizen zijn bekleed met een eenlagig kubisch epitheel.
- Langzaamaan gaat het epitheel over in een overgangsepitheel dat continu is met het
overgangsepitheel van de ureter
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller larissabultena. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.