100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Anatomie in Vivo (Jaar 1 èn 2) - spieren (inclusief origo, insertie, functie, bijzonderheden, palpatie èn afbeeldingen) $3.31
Add to cart

Summary

Samenvatting Anatomie in Vivo (Jaar 1 èn 2) - spieren (inclusief origo, insertie, functie, bijzonderheden, palpatie èn afbeeldingen)

1 review
 206 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Anatomie in Vivo (Jaar 1 èn 2) - spieren (inclusief origo, insertie, functie, bijzonderheden, palpatie èn afbeeldingen) bevat alle spieren die in jaar 1 èn 2 zijn behandeld.

Preview 3 out of 32  pages

  • May 18, 2016
  • 32
  • 2015/2016
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: irismulder3 • 4 year ago

avatar-seller
VAIV – Spieren
Anatomie in vivo – jaar 1, blok A en B

Spier Origo Insertie Functie
Bovenbeen ventraal
m. sartorius  spina iliaca anterior  facies medialis tibiae art.coxae:
superior (SIAS) (mediaal van tuberositas - anteflexie
tibiae) - exorotatie
> via pes anserinus - abductie (gering)
superficialis art.genus:
- flexie
- endorotatie (bij gebogen
knie)
Bijzonderheden
- Een lange parallelvezelige spier. De eindpees vormt samen met de pezen van de m. gracilis en
m. semitendinosus de pes anserinus superficialis.

Palpatie
- Uitgangshouding: ruglig / zit, actieve 'kleermakers'positie
- De spier loopt niet in een rechte lijn, maar loopt achter de knie-as langs, via de pes anserinus
superficialis. Spier is vrijwel over gehele lengte even breed.
- Over gehele lengte te palperen, soms ook te zien.
- Proximaal duidelijker, distaal kun je de contour van de m. vastus medialis volgen.
m. rectus femoris  spina iliaca anterior  tuberosita tibiae art.genus:
inferior (SIAI) (caput > via patella en lig. - extensie
rectum) patellae art.coxae:
 bovenrand van het - anteflexie
acetabulum (caput
reflexum)




Palpatie
- Uitgangshouding: ruglig, geringe anteflexie van gestrekt been.
- Zichtbaar vanaf inzinking tussen m.sartorius en m.tensor fasciae latae tot aan patella.
- Doordat de spier bipennaat (gevederd) is, lijkt hij soms uit twee buiken te bestaan.
m. vastus medialis  mediale zijde van het  tuberosita tibiae art. genus:
femur tot aan linea aspera > via patella en lig. - extensie
patellae




Palpatie
- Uitgangshouding: zit, extensie knie
- Spierbuik is duidelijk zichtbaar, tot naast patella.
- Spier is distaal palpabel tussen m.rectus femoris en m.sartorius.
m. vastus lateralis  trochanter major femoris  tuberosita tibiae art. genus:
(ventraal) > via patella en lig. - extensie
 laterale en dorsale zijde patellae
van het femur tot aan
linea aspera
 septum intermusculare
femoris laterale
Palpatie
- Uitgangshouding: zit, extensie knie
- De goed zichtbare spierbuik loopt minder ver door naar distaal dan de m.vastus medialis.
- Doordat een grote peesplaat (tractus iliotibialis) over de spier loopt, lijkt hij vaak kleiner dan hij
in werkelijkheid is.
- De spier loopt helemaal door tot aan de dorsale zijde van het femur en grenst aan m.biceps
femoris.

,Spier Origo Insertie Functie
Bovenbeen dorsaal
m. semitendinosus  tuber ischiadicum  facies medialis tbiae art.coxae:
> via pes anserinus - retroflexie
superficialis art.genus:
- flexie
- endorotatie (bij gebogen
knie)
Bijzonderheden
- De distale eindpees vormt, samen met de pezen van de m. gracilis en de m. sartorius de zgn.
pes anserinus superficialis.

Palpatie
- Uitgangshouding: buiklig, actieve flexie knie
- Aan de mediale zijde van de knieholte is de sterk prominerende pees zichtbaar en geheel
palpabel. Vanaf deze pees is de buik palpabel tot aan het tuber ischiadicum, en voor het
grootste deel ook zichtbaar.
- De spier ligt bovenop de m.semimembranosus.
- Bij palpatie van de mediale grens van de semi’s palpeer je de semimembranosus.
m. semimembranosus  tuber ischiadicum  condylus medialis tibiae art.coxae:
> via pes anserinus - retroflexie
profundus art.genus:
- flexie
- endorotatie (bij gebogen
knie)



Palpatie
- Uitgangshouding: buiklig, actieve flexie knie
- De spierbuik komt m.n. aan de mediale zijde van de semitendinosus naar boven. Dit is dus de
mediale grens van de semi’s.
- Ook lateraal te palperen naast de pees van de m.semitendinosus.
- Pees is palpabel bij licht gebogen knie.
m. biceps femoris caput longum gezamenlijk art.coxae:
 tuber ischiadicum  caput fibulae - retroflexie (alléén caput
 condylus lateralis tibiae longum)
caput breve  fascia cruris art.genus:
 linea aspera femoris - flexie
- exorotatie (bij gebogen
knie)
Bijzonderheden
- De m. semimembranosus, m. semitendinosus en m. biceps femoris (caput longum) worden ook
wel de hamstrings genoemd.
- Een andere benaming gaat uit van hun gemeenschappelijke origo (tuber ischiadicum) en
insertie (crus = onderbeen) en luidt: ischiocrurale groep. Het caput breve van de m. biceps
hoort daar strict genomen niet bij.

Palpatie
- Uitgangshouding: buiklig, actieve flexie knie.
- Caput longum: is bi-articulair (werkt over knie en heup), aan de laterale zijde van de knieholte
is de pees zichtbaar, vanaf de pees is de buik geheel palpabel. Let op het schuine verloop van
de spier.
- Caput breve: ligt ventro-lateraal van de lange kop en is van deze soms door palpatie te
onderscheiden.

, Spier Origo Insertie Functie
Heup venraal
m. tensor fasciae latae  crista iliaca (voorste  tractus iliotibialis art. coxae:
deel), incl. spina iliaca  (septum intermusculare - anteflexie
anterior superior (SIAS) femoris laterale) - abductie
- endorotatie
Bijzonderheden
- De tractus iliotibialis insereert aan het tuberculum van Gerdy op de tibia. Deze omstandigheid
geeft de spier de volgende kleine functiecomponenten over het kniegewricht:
o Flexie (als flexie al is ingezet)
o Extensie (bij gestrekte knie)
o Exorotatie (in flexiestand)
o (spannen van de tractus iliotibialis)
Palpatie
- Uitgangshouding: ruglig, anteflexie van gestrekt been.
- De uitstraling van de tractus iliotibialis is goed zichtbaar bij de knie. De zichtbaarheid van de
spierbuik wordt verbeterd wanneer het been tevens wordt geëxoroteerd.
- Bij licht geven been is de dorsale rand te palperen bij gelijktijdige exorotatie. De trochanter
major draait dan nl. naar dorsaal en daardoor draait de oppervlakkig gelegen m. gluteus
medius ook weg. Daardoor wordt de grens tussen de m. tensor fasciae latae en de m. gluteus
medius, die er onder ligt, beter palpabel.
Heup dorsaal
m. gluteus maximus  facies glutea van de ala  tractus iliotibialis art. coxae:
ossis ilii (dorsaal van  tuberositas glutea - retroflexie
linea glutea posterior) femoris - exorotatie
 fascia thoracolumbalis - abductie (bovenste vezels)
 os sacrum (dorsale zijde) - adductie (onderste vezels)
Bijzonderheden
- De m. gluteus maximus is een grote spier, met een grote fysiologische doorsnede.
- De tractus iliotibialis insereert aan het tuberculum van Gerdy op de tibia. Deze omstandigheid
geeft de spier een kleine functiecomponent over het kniegewricht (zie m. tensor fasciae latae).

Palpatie
- Uitgangshouding: buiklig, retroflexie en exorotatie been.
- Laterocraniale begrenzig: globaal een lijn vanaf een punt op crista iliaca (2 vingerkootjes van
SIPS) naar trochanter major. Dit is ook de richting van het vezelverloop van de spier.
- Mediocaudale begrenzing: zelfde richting als laterocraniale begrenzing. Loopt bijna haaks op
de sulcus gletealis (bilplooi; is dus níét de onderrand), grenst aan de m. biceps femoris.
- Lateridistale zijde: straalt uit in tractus liotibialis. Vaak al te zien als pp het been optilt
(retroflexie), zeker te palperen.
m. gluteus medius  facies glutea van de ala  trochanter major art. coxae:
ossis ilii (tussen lineae femoris (lateraal) - abductie
gluteae posterior en - anteflexie (voorste vezels)
anterior) - endorotatie (voorste
vezels)
- retroflexie
(achterste vezels)
- exorotatie (achterste
vezels)
Bijzonderheden
- De belangrijkste functiecomponent van de spier is het abducerend moment.

Palpatie
- Uitgangshouding: zijlig, abductie been.
- Craniale grens: crista iliaca. Ventrale grens: m. tensor fasciea latae. Dorsale grens: m. gluteus
maximus. Distale grens: trochanter major.
- Tractus iliotibialis loopt dus over de spier heen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller HUfysiotherapie. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.31. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.31  1x  sold
  • (1)
Add to cart
Added