Volledige samenvatting van het vak sociologische vraagstukken: ongelijkheid 1. De samenvatting bevat aantekeningen uit hoorcolleges en de voorbereidende literatuur. De informatie is geordend per leerdoel.
Stuur mij na aanschaf van het document een berichtje voor toegang tot de online flashcards ...
Bijeenkomst 4 – Intergenerationele overdracht van ongelijkheid 10
Bijeenkomst 5 – Strati catie en politiek 12
Bijeenkomst 6 – Strati catie en gezondheid 15
Bijeenkomst 7 – Gender en ongelijkheid 19
Bijeenkomst 8 – Etniciteit en onderwijs 24
Bijeenkomst 9 – Etniciteit en de arbeidsmarkt 28
1
fi fi
, Bijeenkomst 1 – Meritocratie, ongelijkheid en sociologie
Na actieve deelname aan deze bijeenkomst kunnen studenten:
1. De concepten meritocratie, ongelijkheid, en strati catie toegankelijk uitleggen aan een
breed publiek.
Meritocratie (Michael Young)
Meritocratie is een systeem waarin de beloning (in de breedste zin van het woord) gebaseerd is
op talent (cognitieve vermogens; IQ) en inzet. Systematisch; hoe je slim je bent en hoeveel moeite
je doet bepaalt hoe ver je komt in de maatschappij. Voor Young is het geen utopie maar
diascopie. Young heeft het over het loslaten van het idee dat de maatschappij is wat het is. We
moeten echter loslaten dat als vanuit meritocratie gekeken wordt er meer gelijkheid zou zijn. Waar
je voorheen excuseerbaar was, is het nu je eigen schuld als je een lage SES hebt. In plaats van
het excuus van traditie heb je het nu aan jezelf te danken. Het is een feit dat hedendaagse
westerse samenlevingen meritocratischer zijn geworden. Genderongelijkheid is bijvoorbeeld
afgenomen.
Ongelijkheid
Er is een ongelijke verdeling van begeerde en gewaardeerde kenmerken tussen sociale groepen
(strata). Individuen verschillen in wat zij begeren en waarderen. In het algemeen begeren en
waarderen wij vaak hetzelfde (mensen zijn gemiddeld genomen liever rijk dan arm). Ongelijkheid is
niet gelijk aan armoede. Als 90% miljardair is en 10% miljonair, dan is er sprake van veel
ongelijkheid, maar niet van armoede.
Strati catie
Bij strati catie gaat het voornamelijk over groepen die onderscheiden kunnen worden; ras, klasse
en gender. Dit vak wordt gegeven aan de hand van empirische sociologie; door middel van
toetsbare theorieën verklaren. Hierbij gaan we ons richten op mechanismen; de verschillende
manieren waarop ongelijkheid tot stand komt.
2. Het verschil tussen sociologische niet niet-sociologische theorieën toegankelijk
uitleggen aan een breed publiek.
Strati catiesociologie
Richt zich op dat ongelijkheden tot stand komen door allerlei sociale processen.
3. De vier verschillende typen sociologie die Burawoy onderscheidt toegankelijk uitleggen
aan een breed publiek.
Indeling sociologie typen Burawoy
Deze indeling is gebaseerd op de twee vragen van de kritische sociologie:
1. Praten we alleen tegen onszelf (een academisch publiek) of richten we ons ook tot anderen
(een extra-academisch publiek)?
2
fi fi fi
,2. Moeten we ons bezighouden met de doelen van de samenleving of alleen met de middelen
om die doelen te bereiken?
Het ene type kennis heet instrumentele kennis, of het nu gaat om het oplossen van puzzels in de
professionele sociologie of het oplossen van problemen in de beleidssociologie. Het andere type
kennis heet re exieve kennis omdat het gaat om een dialoog over doelen, of de dialoog nu
plaatsvindt binnen de academische gemeenschap over de grondslagen van haar
onderzoeksprogramma's of tussen academici en verschillende publieken over de richting van de
samenleving. Re exieve kennis bevraagt de waardepremissen van zowel de samenleving als ons
beroep.
Professional sociology
De meeste sociologen identi ceren als professioneel socioloog. Het is een manier van onderzoek
doe en is gericht op het verklaren van een fenomeen. De professionele sociologie biedt beproefde
methoden, verzamelde kennis, oriënterende vragen en conceptuele kaders. Het biedt tevens
zowel legitimiteit als deskundigheid aan beleids- en publiekssociologie. De professionele
sociologie bestaat uit meerdere, onderling samenhangende onderzoeksprogramma's, elk met hun
veronderstellingen, voorbeelden, richtinggevende vragen, conceptuele apparaten en evoluerende
theorieën. De meeste deelgebieden bevatten gevestigde onderzoeksprogramma's, zoals
organisatietheorie, strati catie, politieke sociologie, cultuursociologie, gezinssociologie, ras,
economische sociologie, enz.
voorbeeld; hoe kan worden verklaard dat kinderen van lager opgeleide ouders minder ver
komen in het onderwijs dan kinderen van hoger opgeleide ouders?
Critical sociology
Heeft een activistisch karakter en wilt fenomenen veranderen. Het gaat daarnaast over
beleidskwesties. De rol van kritische sociologie is om grondslagen te onderzoeken van de
programma’s van de professionele sociologie. Kritische sociologie is het geweten van de
professionele sociologie. Daarnaast stelt de kritische sociologie twee vragen:
1. Praten we alleen tegen onszelf (een academisch publiek) of richten we ons ook tot anderen
(een extra-academisch publiek)?
2. Moeten we ons bezighouden met de doelen van de samenleving of alleen met de middelen
om die doelen te bereiken?
voorbeeld; welk beleid is het meest e ectief om kinderen van lager opgeleide ouders zo
ver mogelijk te laten komen in het onderwijs?
3
fl fl fi fi ff
, Policy sociology
Beleidssociologie is sociologie in dienst van een door een opdrachtgever bepaald doel. Het
bestaat om oplossingen voor problemen te bieden die ons worden voorgelegd, of om reeds
bereikte oplossingen te legitimeren. Beleidssociologen worden geïnformeerd door kritische
sociologen.
Public sociology
Publieke sociologie (ten opzichte van beleidssociologie) brengt een dialogische relatie tot stand
tussen socioloog en publieken, waarin de agenda van beide aan bod komt en waarin ieder zich
aanpast aan de ander. In de publieke sociologie gaat de discussie vaak over waarden of
doelstellingen die niet automatisch door beide partijen worden gedeeld, zodat wederkerigheid, of
communicatieve actie vaak moeilijk vol te houden is. Toch is het het doel van de publieke
sociologie om een dergelijk gesprek te ontwikkelen. De publieke sociologie is het geweten van de
beleidssociologie.
Twee vormen van publieke sociologie: traditioneel vs organisch.
Traditioneel is als een socioloog een stuk schrijft in een paper. In een krant is het bereik groter,
maar de prestige is hoger in een sociologisch wetenschappelijk magazine. Traditioneel is
rapporteren voor een breder publiek en organisch is het relevante publiek betrekken bij het doel.
voorbeeld; hoe kunnen wij in samenspraak met ouders en docenten komen tot een vorm
van onderwijs waarin kinderen van lager opgeleide ouders verder kunnen komen?
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller celine222. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.