Deze ontwikkeling is opmerkelijk. Het 1ste domein van wetenschappelijk denken zijn de sterren (ligt
het verst verwijderd). Hierna, volgt de ruimte (al dichterbij, maar verschilt sterk van aard van de
mens). Het domein van de levende natuur heeft al meer gemeen met ons. Het is dus makkelijker om
verafgelegen zaken wetenschappelijk te benaderen. Dit is de reden waarom de menswetenschappen
laat tot ontwikkeling zijn gekomen.
Verschil tussen menswetenschappen:
- Psychologie onderzoekt het innerlijke van de mens (affecten, waarnemingsvermogen)
- Sociologie onderzoekt de sociale voorwaarden waaronder men “mens” wordt.
o Alles wat menselijk is, te danken aan sociale verbanden
Sociologische verbeelding ontstond in crisistijden
Albion Small was de 1ste houder van een leerstoel sociologie te VS. Hij introduceerde het inzicht
tijdperk van de sociologie:
“Moderne mensen zijn zich meer bewust dat hun lot afhangt van anderen
mensen. Men is gefrustreerd dat de sociale banden bestaan.”
Waarom kwam dit besef zo laat?
- Natuurlijke distantie ontbreekt: men maakt het zichzelf niet gemakkelijk het object van
wetenschap. Daarom is de wetenschap van de maatschappij moeilijk. De maatschappij zit in
ons via opvoeding, wetten, sociale structuren in onze innerlijke structuren, motieven,
gevoelens. Wij maken deze maatschappij en het maakt ons.
- Sociologie ontluistert en wekt weerstand op: men is geneigd om zich beter voor te doen dan
ze zijn. Een objectieve analyse van het menselijk gedrag wekt weerstand op. Deze
sociologische waarheid is krachtig dat mensen eronder lijden. Men ziet de waarheid liever
niet onder ogen en projecteren dit op de sociologie (= sociologie subversief). Deze
subversieve houding van de socioloog wordt niet getolereerd in traditionele maatschappijen.
Peter Berger vergelijkt socioloog met een ontdekkingsreiziger in een onbekende wereld.
Deze wereld is echter een vertrouwde, alledaagse leefwereld. Dit kan verschillen van hoe ze
schijnen te zijn.
Het geval van Du bois (1ste zwarte Amerikaanse socioloog & grondlegger domein ongelijkheid
en racisme in sociologie) stond tegelijk binnen en buiten de samenleving. Hij leefde in de VS,
maar hoorde er niet bij.
,Reese Gomez SEW
Een ervaring om niet tot een samenleving te behoren kan iemand desoriënteren. Karen
Armstrong vermeld het volgende:
“Ontheemden voelen zich verdwaald in een universum dat plotseling vreemd
voorkomt. Als er geen vast punt is, lijkt alles doelloos. Als men afgesneden zijn van
hun cultuur en identiteit, kan men het gevoel van onwerkelijkheid krijgen.”
Montesquieu: voorbeeld ontluisterende satire & sociologische verbeelding
De samenleving bekijken uit de ogen van vreemden is een belangrijk onderdeel van
sociologische verbeelding. Montesquieu publiceerde Lettres Persanes die de indrukken van 2
Perzen beschreef in Frankrijk. Hij liet Fransen vreemd kijken naar hun eigen leven. Hij leerde
zijn lezers te denken voorbij de alledaagse handelingen. Het verschilt van land, regio en van
tijdperk.
In de l’esprit de lois werkte hij de omkering van het perspectief verder uit (bekijk jezelf door
de bril van anderen). Hij werd geprezen voor zijn invloedrijke ideeën over democratie
(scheiding der machten) en voorloper van de sociologie.
- Sociologisch bewustzijn wordt geprikkeld door crisis: 18de en 19de eeuw deden zich grote
maatschappelijke veranderingen voor.
Ieder tijdperk kent zich een sleuteltijdperk (= tijd waarin beslissende dingen gebeuren of
gaan gebeuren) toe. Het gaat dan ook niet altijd om een vooruitgang in de tijd.
2 revoluties
Landbouw → industrie = opkomst Industriële maatschappij. De overgang van jacht- en
verzameleconomie naar landbouw had gevolgen. We spreken van een neolitische revolutie (term
Gordon Childe):
- Rondtrekkende jagers & verzamelaars vestigen zich
- Leren akkers bewerken & telen van kleinvee → 1 plek wonen
- Ontstaan eigendom (hechten aan grondgebied)
Door deze kenmerken ontstonden dorpen (steden veel later), waardoor er een nieuwe organisatie
van het sociaal leven kwam: complexe arbeidsverdeling, bestuur en rechtsregels.
- Pol: vervanging van het besloten stamverband door grotere sociale verbanden (uiteindelijk
staten)
o Opkomst van staatsverbanden met de opkomst van steden = oude levenswijze
opgeven + overgangscrises
Opgelet! Mensen waren zich bewust dat hun leefwereld veranderde, maar deze overgangen duurden
duizenden jaren. In het Amazonewoud wonen nog steeds mensen in stamverband.
The Great Transformation (2 grote revoluties) = het is niet eenvoudig om de veranderingen in kaart
te brengen en de oorzaken ervan te achterhalen. Men zet deze dan vaak onder 1 noemer.
- Franse Revolutie = politieke omwenteling van 1789 tot 1794 te Frankrijk.
o Verklaring Rechten van de mens & de burger, afschaffing feodaliteit, onteigening van
kerkelijke eigendommen
o Volk komt aan de macht → symbool politieke modernisering en democratisering
o Bestaande sociale orde wordt verworpen door nieuwe idealen: vrijheid, gelijkheid en
broederlijkheid (tot op de dag van vandaag)
,Reese Gomez SEW
- Industriële Revolutie = toepassing op grote schaal van technische innovaties die in de 18de
eeuw begon in Engeland en zich in de 19de eeuw verspreidde over heel West-Europa.
o Stoommachine = begin van opeenvolgende uitvindingen → gevolgen
§ Handel gestimuleerd door verbeterde transport- en communicatiemiddelen
§ Dagelijks leven veranderd door uitvindingen: wc’s, liften, paraplu’s
§ Arbeids- en sociale leven werd omgegooid
§ Werk van ambachten kwalitatief beter, maar konden niet op tegen de hoge
productiviteit van de fabrieken
§ Onpersoonlijke verhoudingen: vaak vijandig tussen fabriekseigenaars &
arbeiders → sociale vraagstuk: hoe samenleven in vrede?
Belangrijk te beseffen is dat het samenleven doelbewust werd georganiseerd. We kunnen deze
veranderingen onder 1 noemer zetten als modernisering.
- Begin: landbouw- en clansamenlevingen waar het leven gedicteerd wordt door
omstandigheden buiten de wil van de mens. Moeilijk aanpassen aan de natuur. Herhalen wat
voorouders hadden gedaan. Wie afweek voelde zich schuldig. Geen individuele identiteit,
want leven met de groep (familie, stam, dorp)
- 17de eeuw: probleem inrichting maatschappij doelbewust gekozen. De ene vond de
ontwikkelingen hoopvol, anderen zagen er een catastrofe in. Men moest nu hun eigen
samenleving proberen te begrijpen en organiseren.
ð Hieruit vroeg men zich af: Wat is een maatschappij?
Beleefde verandering
Niet enkel sociologen ervaarde de schok die het sociologische denken deed ontstaan. Ook Stefan
Zweig werd duizelig van de veranderingen. Hij beschreef de positieve gevolgen:
“trieste lampjes werd beschenen door elektrisch licht, dankzij de telefoon kon men
al met verre mensen spreken en in een wagen zonder paarden met nieuwe
snelheden naar ze toe razen. Water hoefde niet meer uit de put te komen, hygiëne
werd algemeen en vuil verdween. Men werd mooier, sterker en gezonder. Je ziet
minder kreupelende mensen…”
Maar de veranderingen hebben ook een keerzijde:
“ Ik heb de grote ideologieën zien groeien en verspreiden. Het facisme in Italië, het
bolsjevisme in Rusland, het nationalisme dat de Europese cultuur heeft
vergiftigd…”
Sociaal probleem als bron van sociologische benadering
Aan de basis van een sociologische vraagstelling, ligt een sociaal probleem: druggebruik, migratie,
werkloosheid, racisme, etc.
Druggebruik vs auto-ongeval: drugmisbruik is een erkend sociaal probleem, terwijl auto-ongevallen
dit niet is. Toch sterven er meer mensen aan verkeersongevallen, dan dat er mensen sterven aan
drugs. Ook krijgen meer mensen letstels door het besturen van auto’s dan dat er
gezondheidsproblemen zijn door drugsinname. Inmiddels, is het autoverkeer problematischer
geworden (verkeersveiligheidbeleid, flitspalen). Druggebruik relatief minder. Een sociaal probleem
hangt af van een # criteria (5):
, Reese Gomez SEW
- Er moet iets objectief hinderen aan het samenleven: armoede, werkloosheid, racisme, etc.
- Subjectieve component van een sociaal probleem: het wordt een probleem als men het als
problematisch beschouwen (ondergeschikte positie van de vrouw)
- Hoe meer mensen het als problematisch beschouwen en intenser ervaren, hoe meer een
sociaal probleem het wordt: gevoeligheid ervan verschilt van groep tot groep. Het probleem
wordt dus belicht door een bepaalde groep.
- Het is geen sociaal probleem als de overheid deze erkend als problematisch: sociologen
willen aandacht schenken aan de problematiseringen van andere groepen.
- Sociologen vertrekken van sociale problemen: men gaat zaken op afstand analyseren en
verklaren, maar betreed zelf het sociale veld als medespeler. Het is dan wel wetenschappelijk
gefundeerd, maar niet iedereen zal geïnteresseerd luisteren.
Wright Mills over sociologische verbeelding
Sociologische verbeelding = capaciteit om verbanden te zien tussen het leven van individuen en de
historische en maatschappelijke context waarin ze leven.
“ Men heeft niet enkel behoefte aan info. Ze hebben niet alleen een scherp
verstand nodig. Ze hebben het geestesvermogen nodig om info te gebruiken op
zo’n manier dat ze een helder beeld krijgen van wat er omgaat in de wereld en in
zichzelf. Sociologische verbeelding laat toe om te begrijpen dat het breder
historisch kader directe gevolgen heeft voor het innerlijke leven en de levensloop
van een verscheidenheid van mensen.”
– Charles Mills
Het maakt een duidelijk onderscheid tussen troubles (= persoonlijke moeilijkheden) en public issues
(= algemene kwesties).
Troubles Issues
Problemen: Zit in persoonlijkheid van Problemen: Overstijgen grenzen van
individu + binnen kader van directe relaties persoonlijke sfeer
Onderwerp: zichzelf + beperkte gebieden Onderwerp: organisatie van vele zulke
van sociale leven sferen tot grotere gehelen (sferen die
elkaar overlappen
Oplossing: enkel zichzelf en directe Oplossing: in zulke sferen
omgeving
Wat? Privé aangelegenheid Wat? Algemene aangelegenheid
2 voorbeelden sociologische verbeelding
De grondleggers van de sociologie waren Auguste Comte (Franse revolutie) en Herbert Spencer
(Industriële revolutie).
Comte:
- Sociologie als wetenschap der mensheid: sociologie is een zelfstandige wetenschap die los
staat van anderen. Comte zag het als een overkoepelende wetenschap.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller reesespieces. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.20. You're not tied to anything after your purchase.