Dit is een samenvatting van alle hoorcolleges van het vak Stem Diagnostiek uit fase 1. De samenvatting bevat alle info uit de slides + extra info, denkvragen en foto's.
SAMENVATTING: STEM DIAGNOSTIEK – AUGUSTUS
1.0 Opfrissing
❖ Stem is een combinatie van:
- Aandrijfkracht
- Trillingsbron
- Resonantieruimte
❖ Anatomie van de larynx:
- Tongbeen/hyoid
o Bovenaan
- Thyroid
o Midden
- Ringkraakbeen/cricoid
o Onderaan
o Hierop zitten arytenoïden
- Strotklep/epiglottis
• Als stemplooien langer worden (en dus meer rekken) → toonhoogte stijgt
• Als stemplooien korter worden (en dus meer ontspannen) → toonhoogte daalt
❖ Stemplooitrilling:
- Golfbeweging: combinatie subglottisdruk, Bernouilli-effect en een
complexe spierwerking
1. Lucht onderaan duwt stemplooi open
2. Daarna gaat de bovenkant open en lucht loopt volledig door de
stemplooi
3. Door het Bernouilli-effect komt de luchtstroom in een versnelling
terecht
4. Hierdoor sluit de onderkant weer eerst door luchtversnelling en daarna
de bovenkant
- Toonhoogtestijging:
- Stemplooi wordt langer, ze wordt opgewekt, hierdoor worden stemplooien dunner waardoor
er meer spanning opkomt en de toonhoogte dus zal stijgen
,2.0. Stemstoornis, stemprobleem: what’s in a name?
Wat is een stemprobleem, stemstoornis?
❖ Definitie stemstoornis
“… wanneer de stemkwaliteit, de toonhoogte en/of luidheid afwijken van wat beschouwd wordt als
een normale stem” → Maar wat is een normale stem?
❖ Definitie normale stem
“… when voice quality, pitch, and loudness differ or are inappropriate for an individual’s age, gender,
cultural background, or geographic location.”
(Wanneer stemkwaliteit, toonhoogte en luidheid verschillen van of ongepast zijn voor iemands
leeftijd, geslacht, culturele achtergrond of geografische locatie.)
❖ Definitie volgens het ICF-model
Clientgerichte definitie: vertrekt vanuit de last die iemand zelf ondervindt en niet vanuit iets dat
iemand anders hoort of ziet
Stemstoornis/stemprobleem/stemklacht worden door elkaar gebruikt, maar stemprobleem krijgt
voorkeur want vertrekt vanuit de patiënt zelf → clientgericht
2 mogelijke juiste definities:
“A voice disorder is present when an individual expresses concern about having an abnormal voice
that does not meet daily needs-even if others do not perceive it as different or deviant.” (American
Speech-Language-Hearing Association)
Of met specifieke aandacht voor sensorische symptomen:
“One has a voice disorder any time the voice does not work, perform or sound as it normally should,
so that it interferes with communication or anytime you experience foreign sensations in your throat,
such as effort or soreness, during or immediately after speaking” (Roy et al., 2004)
Samengevat: vanuit de cliëntgerichte visie → naast de observeerbare afwijking van het normale
stemgeluid dient ook de subjectieve beleving van de patiënt en de invloed ervan op zijn dagelijks leven
in de definitie verwerkt te zitten.
2.2. Symptomen
Welke symptomen wijzen op een stemprobleem?
- Auditief
o Hoorbaar door de luisteraar
o Bv. heesheid, monotonie, hoorbaar inademen, …
- Sensorisch
o Voelbare veranderingen in de keel (patiënt)
o Keelpijn, krop in de keel, kriebel, …
o Voelen als therapeut aan larynx, sternocleidomastïdeus, …
- Visueel
o Zichtbare afwijkingen tijdens laryngoscopie
o Stemgedragingen
o Stemplooinoduli, stemplooiostilstand, …
o Weinig kaakval, hoog ademen, …
o Symptomen kunnen geïsoleerd voorkomen, maar meestal is er een combinatie van
meerdere symptomen
o Bij een behandeling kan het zijn dat symptomen verdwijnen, maar er kan ook een
symptoomverschuiving zijn
Denkvraag:
Leg verbanden tussen hoorbare, voelbare en of zichtbare symptomen:
Bijvoorbeeld:
- Als je een hoorbare inademing vaststelt, wat veroorzaakt dan dat geluid?
- Wat gebeurt er op niveau van de stemplooien als je afonie hoort?
- Als iemand een gespannen gevoel in de kaak heeft, wat verwacht je dan te
zien tijdens het spreken?
2.2.1 Auditief waarneembare symptomen
→ zie stemfragmenten op canvas
• = veranderingen in de stem die waargenomen kunnen worden door de luisteraar
• Dysfonie
o Algemene term die alle auditief waarneembare symptomen van stemstoornissen
omvat
o Geen stoornis op zich, maar een symptoom van een stemstoornis
o ‘dys’ = slecht
o ‘phone’ = geluid
o → slecht stemgeluid
o Komt voor bij
▪ Stemklank en -kwaliteit
▪ Toonhoogte en luidheid
, ▪ Resonantie, articulatie, prosodie
❖ Symptomen m.b.t. stemklank en -kwaliteit
o Ruwheid (roughness)
▪ Schorheid, onregelmatigheid in het stemgeluid (onregelmatige trillingen in
stemplooien)
o Wilde lucht, ruizigheid (breathiness)
▪ Hoorbare luchtontsnapping of ruis in de stemklank (doordat stemplooien niet
volledig sluiten)
o Gespannen stemkwaliteit (strained)
▪ Perceptie van verhoogde inspanning, te vergelijken met het stemgeluid
wanneer men tegelijkertijd probeert te spreken en iets zwaars op te heffen
o Krachteloosheid (asthenia)
▪ Zwakke stem, stem met weinig draagkracht
o Stembreuken
▪ Het plots wegvallen van de stem
o Instabiliteit
▪ Variabele stemkwaliteit, toonhoogte en/of luidheid tijdens het spreken (klank,
geen klank, …)
o Pulsatiestem (vocal fry)
▪ Laagste stemregister, de stem klinkt krakerig, reutelend, bij spreken telkens
naar lager register gaan
o Afonie
▪ Wanneer de stemklank volledig afwezig is
▪ Stemplooien sluiten niet → kunnen niet meer trillen
❖ Symptomen m.b.t. toonhoogte en luidheid
o Abnormale toonhoogte (pitch)
▪ Hogere/lagere stem dan je van die persoon zou verwachten o.b.v. leeftijd en
geslacht
▪ Bv. man zijn stem is niet volledig gezakt tijdens de puberteit
o Abnormale luidheid (loudness)
▪ Luidere/zachtere stem dan je van die persoon zou verwachten o.b.v. leeftijd
en geslacht
o Beperkt toonhoogtebereik
▪ Afstand tussen laagste en hoogste mogelijke toonhoogte is (veel) kleiner dan
gemiddeld. Beperking kan in hoogte of laagte zitten, of in beide
o Beperkt intensiteitsbereik
▪ Verschil tussen minimale en maximale luidheid die een persoon kan
produceren is (veel) kleiner dan gemiddeld. Zacht foneren, luid foneren of
beide lukken niet of minder goed.
o Tremor
▪ Ritmische toonhoogte-en/of luidheidsvariaties in de stemklank
▪ ‘Bibber in de stem’
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller doranelis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.71. You're not tied to anything after your purchase.