Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting h4 $3.35
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting h4

 0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting studieboek Basiskennis geschiedenis van (H4) - ISBN: 9789001734480 (h4)

Aperçu 2 sur 5  pages

  • Non
  • H4
  • 1 février 2023
  • 5
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Tijd van steden en staten; late middeleeuw: 1000 – 1500

4.1 Nederzettingen groeien uit tot steden

In de tijd van steden en staten groeide het handelsverkeer sterk; de handel nam toe door de bevolkingsgroei, omdat
de vorsten voor meer veiligheid zorgden en omdat er een geldeconomie ontstond.
 De eerste handelssteden in de Noordelijke Nederlanden ontstonden langs een rivier, de IJssel; zij sloten
zich aan bij het Hanzeverbond, later concurrentie van de Hollandse steden.

Kleine nederzettingen ontwikkelden zich in dit tijdvak tot machtige steden, die met hun kerken en kerktorens vanuit
de wijde omgeving zichtbaar waren.
 De macht van de steden nam in dit tijdvak toe; ging ten koste van de macht van de plaatselijke vorsten.

4.1.1 Hanzesteden

De belangrijkste handelsgoederen in dit tijdvak waren wol, graan, wijn, hout en zout; er waren nog weinig wegen,
zodat het handelsverkeer nog steeds voornamelijk over water ging.
 De schepen voeren over rivieren en dicht langs de kust; belangrijkste handelssteden lagen in de Zuidelijke
Nederlanden: Antwerpen, Bruggen en Gent.

Tussen 1100 en 1200 ontstonden in de Noordelijke Nederlanden handelssteden langs de rivier de IJssel: Zutphen,
Deventer, Kampen en Zwollen.
 Zij verhandelden goederen naar de Noord- en Oostzee en ook stroomopwaarts over de IJssel en Rijn naar
het Duitse achterland.

Verschillende Duitse steden, zoals Hamburg, Lübeck, Danzig en Riga, werkten samen in een verbond, de Hanze;
konden door samenwerking hun belangen beschermen.
 IJsselsteden sloten zich bij dit Hanze-verbond aan.

Een probleem bij de handel van de Hanzesteden was het verschil in de waarde van de gebruikte zilveren en gouden
munten, omdat elk gebied zijn eigen munten sloeg.

4.1.2 Gebruik van de grond

De bevolkingsgroei in de tijd van steden en staten was te danken aan nieuw manieren van landgebruik en omdat er
nieuwe landbouwgebieden beschikbaar waren, zoals het Hollands-Utrechts veengebied.
 Er was in deze tijd weinig vruchtbare grond beschikbaar, omdat bij de akkerbouw na verloop van tijd de
voedingsstoffen uit de bodem verdwenen; bemesten niet mogelijk, weinig beschikbaar.

In de akkerbouw werd het drieslagstelsel toegepast; grond werd bebouwd in drie delen:
1. Winterkoren;
2. Zomerkoren;
3. Braakliggend deel zonder gewas.
 Vervolgens werden de verschillende delen met elkaar afgewisseld, zodat er een wisselende cyclus ontstond; een
andere manier om meer te kunnen verbouwen was het ontginnen van nog niet gebruikte gebieden.

Vanaf 1100 werd het Hollands-Utrechtse veengebied geschikt gemaakt voor akkerbouw; er werden sloten gegraven
om de grond te ontwateren, maar de droge veengrond ging inklinken, waardoor het land overstroomde.
 Rond 1200 begonnen de bewoners van de veengebieden met de aanleg van de dijken; vereiste
samenwerking en organisatie.

Bij rivieren in het veengebied werd dammen gelegd om te voorkomen dat de veengrond overstroomde; de dammen
werden een stukje landinwaarts gelegd, waardoor min of meer bij toeval havenkommen ontstonden.
 Deze plaatsen trokken scheepvaart, visserij en handel aan; ontstaan ‘damsteden’.

De veengrond bleef echter inklinken en werd uiteindelijk ongeschikt voor akkerbouw
 Holland werd steeds meer afhankelijk van de invoer van tarwe en roggen uit gebieden langs de Oostzee
en werd zo een belangrijke concurrent van de Hanzesteden.

, 4.1.3 De groeiende macht van de stad

De vorsten wilden hun eigen inkomsten vergroten door de economie van hun gebied te versterken; ze konden de
handel stimuleren door de steden te laten groeien.
 Daarom verleenden zij privileges of rechten aan de opkomende steden, zoals het stadsrecht: plaats kreeg
een eigen bestuur en rechtspraak of stad mocht markten houden.
 Een stad met stadsrecht kon ook te verdediging een stadsmuur om de stad bouwen.

De stadsbewoners of burgers verdedigden hun stad door het oprichten van een schutterij; schutters oefenden in hun
vrije tijd op de stadsdoelen in het schieten met hand- of voetbogen.

Veel steden werden door hun welvaart en bevolkingsaantal uiteindelijk machtiger dan de vorst op wiens
grondgebied de stad was ontstaan.
 Het bestuur was in handen van rijke burgers die hun geld met handel of als lid van een gilde hadden
verdiend; benoemden het stadsbestuur dat bestond uit burgemeesters en schepenen.
 De vroedschap controleerde het bestuur.
 De schout trad op als een soort hoofd van de politie en justitie.
 De schepenen spraken, naast hun bestuurstaken ook recht.

4.1.4 Het stadsleven

Rond 1480 hadden de meeste steden een bakstenen stads muur met gracht om de stad te verdedigen; Alleen via
stadspoorten kon men de stad binnenkomen.
 Een groot nadeel was dat de stadsmuren de uitbreidingsmogelijkheden van de stad beperkten; de
stadswoningen kregen door dit ruimtegebrek verschillende verdiepingen; werden dicht tegen elkaar aangebouwd.

De meeste woningen waren van hout; de kerken en het stadshuis waren vaak de enige stenen gebouwen.
 Stadsbranden vormden voor de bewoners van de stad een groot gevaar; daarom gingen stadsbesturen de
eigenaren van woningen verplichten om de houten of rieten daken te vervangen door dakpannen.

De dicht op elkaar gebouwde woningen en slechte hygiënische omstandigheden leidden ook tot het uitbreken van
epidemieën; vooral de pest (Zwarte Dood).
 Deze ziekte werd overgebracht door vlooien zwarte ratten; lijders werden uiten de stadsmuren verpleegd
in het buitengashuis of pesthuis.
Rond 1400 probeerden de stadsbesturen de hygiëne in de stad te verbeteren door bijvoorbeeld het storten van afval
op straat en in grachten te verbieden.

De ambachtslieden in een stad, zoals metselaars, slagers en bakkers, waren per beroepsgroep georganiseerd in
gilden.
 Deze gilden probeerden door onderlinge afspraken de concurrentie te beperken en vooral collega’s van
buiten de stad te weren.
 De vakopleiding werd binnen het gilde geregeld volgens het opleidingssysteem van leerling, gezel en
meester.

4.3 Zelfstandige vorsten in een groot rijk

Het land Nederland bestond niet in de late Middeleeuwen; het gebied behoorde tot het Duitse Rijk en was
opgedeeld in verschillende vorstendommen, waarvan de vorsten voortdurend oorlog tegen elkaar voerden.
 Er kwam voor het eerst samenhang toen veel gebieden in handen van één vorst kwamen: de hertog van
Bourgondië.

4.2.1 Een middeleeuwse vorst, Floris V graaf van Holland

Het huidige Nederland was in dit tijdvak een deel van het Duitse Rijk; rijk was door het leenstelsel opgedeeld als een
legpuzzel van tientallen vorstendommen.
 Graafschappen: Holland en Vlaanderen;
 Hertogdommen: Gelre en Brabant;
 Bisdommen: Utrecht en Luik.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Tess03. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour $3.35. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67227 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!

Récemment vu par vous


$3.35
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté