Summary
Economie vervoer samenvatting met alle stof examen
- Course
- Level
Samenvatting van het boekje economie vervoer met alle stof voor je examen erin
[Show more]
Seller
Follow
cocodekoning
Reviews received
Content preview
Economie vervoer2.1. Het marktaandeel!
Marktaandeel: geeft weer welk deel van de totale markt in handen is van een onderneming.
Afzet van de totale markt
Marktaandeel van de afzet = x 100%
Afzet van een onderneming
De afzet van de Volkswagen was in 2014: 42.902
In totaal werden er 390.402 personen auto’s
verkocht. Bereken het marktaandeel van
Volkswagen.
(42.902 : 309.402) x 100% = 10,99%
2.2. Opbrengst, kosten en winst van een taxi
bedrijf!
Totale opbrengst (TO)
TO = P x Q
Totale kosten (TK) Constante kosten: kosten die niet afhangen van de productieomvang.
TK = TVK + TCK Variabele kosten: hangen af van productieomvang.
Totale winst (TW)
TW = TO - TK
Break-evenpunt = het punt waar geen verlies en geen winst wordt gemaakt (TO=TK)
Break-evenafzet = constante kosten : (verkoopprijs – variabele kosten)
Break-evenomzet = break-evenafzet x verkoopprijs
Gemiddelde totale kosten (GTK) = TK : Q
Gemiddelde constante kosten (GCK) = TCK : Q
Gemiddelde variabele kosten (GVK) = TVK : Q
2.3. De designfiets!
Maximale haalbare productie per periode noemen we de productiecapaciteit.
2.4. Marginale opbrengst en marginale kosten!
Marginale opbrengst = de extra opbrengst die je krijgt bij de verkoop van één extra product.
Als de prijs hetzelfde blijft, ongeacht het aantal producten dat verkocht wordt, is de marginale
opbrengst gelijk aan de prijs → MO = P
Marginale kosten = de extra kosten die je betaald om een extra product te maken.
Maximale totale winst wordt behaald als de marginale opbrengst (MO) gelijk is aan de marginale
kosten (MK)
, 3.1. Er kan altijd iets mis gaan!
Risico-aversie = mensen zijn afkerig van risico’s en wapenen zich hiertegen door een verzekering af te
sluiten. Mensen willen zich tegen risico’s verzekeren.
Mensen betalen premies, zodat als het iets gebeurt bijv. een auto-ongeluk, met materiële schade van
een derden, zij daarvoor verzekerd zijn. En niet de schade in een keer aan de derden moeten betalen.
Premie = kans op schade x de gemiddelde hoogte van de verwachte schade.
Voor een verzekeraar is het van belang dat zich voldoende mensen De gemiddelde autoschade van een
aanmelden voor een verzekering, zodat het risico gespreid kan verzekeringsmaatschappij per jaar is 4.000
worden. euro. De kans op deze schade is per jaar 5%.
Bereken de premie per jaar.
0,05 x 4.000 = 200 euro per jaar.
3.2. Helpt verzekeren?
Er is een kans dat alleen slechte risico’s zich gaan verzekeren. Als je van jezelf weet dat je weinig
risico’s loopt verzeker je jezelf immers niet.
Averechte selectie = de goede risico’s verzekeren zich niet → de kosten per verzekerde nemen toe →
de premie moet ophoog → nog minder mensen verzekeren zich enz.
Oplossingen:
1. Premiedifferentiatie: hoe hoger je risico, hoe hoger je premie.
2. Verzekering verplichten. (Collectieve dwang)
Verzekeringsmaatschappijen werken met een bonus-malusregeling; automobilisten die geen of
weinig schade veroorzaken een korting krijgen op de premie (bonus) en dat automobilisten die veel
schade veroorzaken extra premie moeten betalen (malus).
3.3. Je neemt meer risico’s!
Een probleem bij verzekeringen is dat er sprake is van asymmetrische informatie. (Verzekeraar en
verzekerde beschikken niet over dezelfde informatie)
Vb.: je bent verzekerd voor diefstal. Op
vakantie, op het strand is je zonnebril
Het probleem in het voorbeeld noemen we moreel
gestolen, toen je in de zee lag te dobberen. Je
wangedrag (=moral hazard). Dit kan zijn dat iemand meer
claimt een schade vergoeding.
risico neemt zodra hij verzekerd is, maar ook dat je de
verzekeraar probeert op te lichten. Probleem voor de verzekeraar:
Oplossingen: Onvoorzichtig gedrag en/of oplichting.
1. Instellen eigen risico
2. Invoering van maximum vergoeding
3. Premiedifferentiatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cocodekoning. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.45. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
67096 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now