100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Rechtshandhaving en Politie (hoorcolleges + werkgroepen) $5.37
Add to cart

Summary

Samenvatting Rechtshandhaving en Politie (hoorcolleges + werkgroepen)

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit betreft een samenvatting voor het vak Rechtshandhaving en Politie, bestaande uit aantekeningen van alle hoorcolleges en werkgroepen

Preview 4 out of 49  pages

  • February 5, 2023
  • 49
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Rechtshandhaving en Politie
Week 1
Werkgroepopdrachten week 1
Gezag: de macht hebben om te beslissen over de inzet en het optreden van de politie en te
bepalen welke prestaties de politie moet leveren en daarop te sturen.
- Gaat ook over de concrete inzet van de politiecapaciteit.


Beheer: beleidsmatige sturing en taakuitoefening van de politie.


In eigen woorden:
- Gezag: de bevoegdheid om de politie aan te sturen en doelen te stellen die de politie moet
behalen.
- Beheer: op basis van een plan/beleid bepalen hoe de politie te werk gaat.


Het beheer volgt het gezag op, want het gezag geeft de bevoegdheid en vormt dus de basis voor
het plan dat met het beheer wordt opgesteld.


Hoorcollege 1


Law enforcement: the activity of making certain that the laws of an area are obeyed.
- Twee paradigma’s: straffen vs. ‘doen naleven’.
- Straffen: op het moment dat iemand de wet overtreed moet een straf volgen -> de enige
manier om gedrag te sturen is dmv. Straffen.
- Doen naleven: naast straffen hebben we meer middelen om gedrag te beïnvloeden,
bijvoorbeeld door goed gedrag te bevorderen.
o Bijvoorbeeld een bord met een smiley, wanneer je je aan de aangegeven snelheid
houdt.




1

,Planning:




Deadline pitchinschrijving -> donderdag 8 september.
Politie: een rechtshandhavende overheidsinstantie met geweldsmonopolie.
- Maar: de politie is niet de enige rechtshandhaver.
- En: de politie doet meer dan alleen rechtshandhaven.
- Kenmerken:
o Rechtshandhavend.
o Overheidsinstantie.
o Geweldsmonopolie.


Welke drie politiestelsels zijn er sinds de jaren ’60 geweest?
1. Duaal stelsel: Gemeentepolitie en rijkspolitie.
a. Territoriale splitsing.
i. >25.000 inwoners: gemeentepolitie.
ii. < 25.000 inwoners: rijkspolitie.
b. Lokaal.
2. Regionaal stelsel: 25 Regionale politiekorpsen en één landelijk politiekorps.
a. Functionele splitsing,
i. 25 autonome korpsen.
ii. 1 landelijk korps: KLPD.
b. Decentraal, tenzij
3. Nationale politie: Eén korps met elf eenheden, waarvan één landelijk.
a. Eén politiekorps
i. 10 regionale eenheden.

2

, ii. 1 landelijke eenheid.
iii. 1 politiedienstencentrum.
b. Centraal.
Wat is de grootste verandering?
Centralisatie.


Is er ook iets hetzelfde gebleven?
De Nationale politie: wat veranderde er?
- De politie gaat effectiever functioneren t.b.v. de veiligheid van burgers en dieren. Er komt
een nationale politie onder verantwoordelijk van de minister die belast is met de zorg voor
veiligheid.
- Twee belangrijke veranderingen:
o Indeling van de organisatie: ipv veel verschillende korpsen, één korps met
meerdere eenheden.
o Bestuurlijk: verdeling van verantwoordelijkheden -> ligt nu bij de minister en niet
o meer bij de OvJ.


Problemen met het regionaal bestel:
- Aansturing van landelijke prioriteiten bleek moeizaam.
- Grote kwaliteitsverschillen.
- Te weinig samenwerking.
 Van verzorgingsstaatparadigma naar normatief-repressief paradigma (alles straffen
wat fout is, om een signaal af te geven).


De aansturing van de politie:
- Gezag: de macht om te beslissen over de inzet en het optreden van de politie en te bepalen
welke prestaties de politie moet leveren en daarop te sturen.
o Taakuitvoering/inzet/optreden: wat de politie doet.
o Coach bepaalt wie spelen en de tactiek.
- Beheer: zeggenschap over de organisatie en de instandhouding van het politieapparaat, en
de bevoegdheid tot het treffen van maatregelen opdat de politie zo doeltreffend mogelijk
functioneert.
o Organisatie en bedrijfsuitvoering: wat de politie kan en hoe dit kan worden
gerealiseerd.
o Directeur bepaalt wie er gekocht worden.



3

, Beheer gaat over de verdeling van middelen.
Gezag bepaalt wat er met de toebedeelde middelen gedaan gaat worden.


Beheer volgt gezag:
- De minister bepaalt wat de politie kan, het gezag wat de politie doet.
- Het beheer schept de randvoorwaarden waarbinnen de verschillende gezagen hun taken
kunnen uitvoeren. -> zo stelt de minister o.a. de begroting en het beheersplan (inclusief de
verdeling van de operationele sterkte over de eenheden en de formatie van het korps) vast.


Wie heeft het gezag?
- De politie heeft tot taak in ondergeschiktheid aan het bevoegd gezag en in
overeenstemming met de geldende rechtsregels te zorgen voor de daadwerkelijke
handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven (art. 3
PW).
- Taken:
o Opsporing van strafbare feiten.
o Handhaving en openbare orde en veiligheid.
o Hulpverlening.


Bij wie ligt het gezag?
- Openbare orde en hulpverlening -> bestuurlijke politie (art. 11 pw).
o Aangestuurd door burgemeester.
- Strafrechtelijke handhaving -> justitiële politie (art. 12 pw).
o Aangestuurd door OvJ.


Een ongedeelde politie:
- De reguliere politie is in functionele zin ongedeeld -> dit betekent dat elke agent zowel
openbare orde en hulpverlening als strafrechtelijke handhaving moet kunnen.
o Elke agent moet alle taken kunnen uitvoeren.
- Sturing van de politie is complex, omdat beide hoofdtaken soms tegengestelde eisen
stellen aan de organisatie, sturing en inbedding van de politie.




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller seanjansen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.37. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.37
  • (0)
Add to cart
Added