Dit is een samenvatting voor het vak Inkoop. De stof wordt aangeboden tijdens het C-cluster van Facility Management. De samenvatting is zeer specifiek en bevat alle belangrijke informatie. De tekst wordt ondersteund met afbeeldingen uit het boek.
Kopen is het aanschaffen van producten.
Bij professionele inkoop redeneert de inkoper vanuit de organisatiecontext. De inkoop moet
ertoe bijdragen dat de organisatie overeind blijft en het liefst, winst maakt.
Inkoop kent 3 verschillende relevante opvattingen:
1. De aanschaf (gaat om de goederen en diensten die zijn aangeschaft)
2. De functie (functioneel gebied van een organisatie bv. inkoopfunctionaris)
3. De organisatievorm (afdeling)
Inkoop is alles waar een externe factuur tegenover staat.
Inkoop helpt de onderneming in een complexe,
veranderde omgeving te overleven. Eisen aan inkoop:
1. Op lange termijn kwetsbaarheid ten opzichte van leveranciers, concurrenten en afnemers
minimaliseren.
2. Leveranciers te zoeken (en binden) die kunnen meedenken.
3. Te zorgen dat leveranciers meerwaarde bieden voor de onderneming.
Inkoop is niet meer alleen gericht op het primaire proces – de productie of de dienstverlening
– maar op het geheel, dus ook op inkoop voor het ondersteunende proces.
Inkoop op verschillende niveaus:
1. Strategisch: het vertalen van de organisatiestrategie naar een inkoopstrategie.
2. Tactisch: het beheersen van een bestand van leveranciers.
3. Operationeel: het inkopen zelf.
Overeenkomsten verkoop en inkoop:
1. Dat wat men verkoopt bevat ingekochte onderdelen (product/dienst)
2. De inkopers van de ene organisatie zijn de klanten van een verkoopafdeling van de andere
organisatie: de leverancier.
3. Inkoop en verkoop moeten de externe markt goed in de gaten houden.
Paragraaf 1.3: De (noodzakelijke) meerwaarde van inkoop
Perfect fit is de mate waarin de positionering van een organisatie past op de door haar
gekozen markt.
3 strategieën Porter:
Kostenleiderschap
Deze organisaties willen de goedkoopste zijn in de gekozen doelmarkt. De inkoopkosten
moeten dus ook zo laag mogelijk zijn. Bv. Action, Lidl en Zeeman
Differentiatiestrategie
Deze organisaties proberen zich te onderscheiden van alle andere organisaties in de
markt, door bv. een bijzondere kwaliteit of speciale service te leveren. Bv. Ralph Lauren en
Michael Kors.
Focusstrategie
Deze organisaties kiezen voor een bijzonder marktsegment. Kostenfocus of
differentiatiefocus. Bv. H&M en Versace
Het inkoopaandeel is de mate waarin inkoop een rol speelt binnen de organisatie, dus voor
hoeveel er ingekocht wordt. Hoe hoger in inkoopaandeel, hoe belangrijker de inkoop.
Inkoopaandeel = inkoopomzet : totale omzet * 100%
Inkoopomzet is de totale inkoopfactuurwaarde
1
Inkoopkosten zijn alle kosten die gemaakt worden om de goederen en diensten in te kopen en
binnen te krijgen. Niet de aanschafprijs van de producten en diensten zelf!!!
1. Personeelskosten inkoopafdeling
2. Inkoopsoftware
3. Leveranciersbeheer
4. Leveranciersbezoek
5. Beursbezoek
6. Inkoopmarktonderzoek
De moderne inkoper zal zich op een eerder moment dan voorheen bezig moeten houden met
de keuze van producten en eventuele leveranciers. Hij moet al bij de ontwerpfase betrokken
worden om te voorkomen dat de organisatie later een van de volgende problemen
tegenkomt:
1. Het in te kopen product blijkt tegen het einde van zijn levenscyclus te lopen.
2. De leverancier is gevestigd in een gebied waar de handel bedreigd wordt door politieke of
militaire veranderingen.
3. Men blijkt leveranciers in de arm te moeten nemen waarmee men eerder negatieve
ervaringen heeft gehad.
4. Men blijkt uit te moeten komen bij leveranciers die het strategische beleid met betrekking
tot leveranciers en producten doorkruisen.
Paragraaf 1.5.1: Trends in inkoop
1. De inkoper heeft steeds meer vaardigheden nodig (leveranciersrelaties)
2. E-business wordt steeds belangrijker
3. De inkoopfunctie wordt strategischer
4. De inkooporganisatie wordt meer hybride
5. Teamwork wordt belangrijker in inkoop
6. Inkoop in de publieke sector wordt strategischer
Paragraaf 2.2: Dienstverleners
De relaties tussen inkoop bij bedrijven in de dienstensector en leveranciers zijn net zo
langdurig als bij productiebedrijven. Een specialistische leverancier is vaak noodzakelijk door
de aard van de dienstverlening. Inkopers uit de dienstensector verwachten dat de leverancier
hun specifieke problemen en situaties kent en maatwerkoplossingen aanreikt. Ook verwacht
inkoop bij een complexe dienst dat de leverancier waarschuwt voor problemen voordat men
er zelf aan gedacht heeft.
De interactie tussen inkoop en de dienstverlener wordt mede bepaald door:
1. De historie van de relatie
2. De eigenschappen van de inkoop
3. De manier waarop de diensten gaat gebruiken
4. De aard van de dienst zelf (gestandaardiseerd, specifiek, eenvoudig, complex)
Dienstverleners maken geen tastbare producten, maar kopen wel goederen en diensten in om
de primaire activiteiten te kunnen ondersteunen. Deze inkoopactiviteiten vereisen specifieke
kennis en worden daarom vaak niet door de afdeling Inkoop verricht, maar door een expert
van een andere afdeling. Vaak is het de aanvrager zelf die de inkoop doet of kent een afdeling
een expert die vertrouwd is met de situatie. ICT (software) kan beter door experts worden
ingekocht.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isapullens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.26. You're not tied to anything after your purchase.