100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Colleges, VO's en ZO's Thema 2.B.3 Week 10 t/m 14 $4.24
Add to cart

Other

Colleges, VO's en ZO's Thema 2.B.3 Week 10 t/m 14

 244 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Preview 2 out of 66  pages

  • January 20, 2013
  • 66
  • 2011/2012
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
Samenvatting Thema 2.B.3

Hoorcollege 1 Systemische auto-immuunziekten
Auto-immuunziekten: ziekte waarbij het afweersysteem zich richt tegen lichaamseigen
bestanddelen/lichaamseigen antigenen.
Bij een systemische auto-immuunziekte zijn meerdere organen aangetast. Bijvoorbeeld SLE, RA en vasculitiden
(tegen bloedvaten).

Vasculitis: ontsteking van de bloedvaten waarbij het klinisch beeld afhankelijk is van plaats en kaliber van de
aangedane bloedvaten  verminderde bloeddoorstroming en vervolgens ischemie. Ook verzwakt de vaatwand
waardoor aneurysmata kunnen ontstaan.
Indeling auto-immuunziekten:
 Primair of idiopatisch
 In kader van andere ziekte (endocarditis)
 Vasculitis look-a-like (cholesterolembolieën, antifosfolipidensyndroom)

Indeling vasculitiden (andere klinische presentatie, ander pathogenetisch mechanism, andere behandeling?):
 Groot: Takayasu (vooral bij donkere, jonge mensen  aorta aangedaan), arteritis temporalis (giant cell
arthritis)
 Middelgroot (vooral in de nieren en organen): polyartritis nodosa, Kawasaki (kinderziekte)
 Klein (komt het meest voor  huidafwijkingen)
 ANCA-geassocieerd (gericht tegen neutrofiele granulocyten): ziekte van Wegener, Churg-
Strauss, microscopische polyangiitis
 Immuuncomplexen: hypersensitivity vasculitis (na geneesmiddelgebruik), cryoglobulinemie,
urticariële vasculitis, Behcet, Goodpasture, serumziekte (na vaccinaties), infectie-geïnduceerd

Grote bloedvaten: adventitia (buitenste laag) is vooral aangedaan. Vasa vasorum in adventitia voorzien de
bloedvatwand van zuurstof en voedingsstoffen. Vooral dendritische cellen en CD4+ T-lymfocyten in
bloedvatwand zijn belangrijk in de pathogenese van vasculitis. Dendritische cellen zijn geactiveerd bij vasculitis
(CD83 en CD86), en brengen chemokines tot expressie. Normaal gesproken moet deze dendritische cel naar de
lymfeklier te gaan en daar T-cellen te activeren. Bij vasculitis blijft de dendritische cel daar zitten en activeert
daar de T-cellen. Deze T-cellen gaan interleukines en interferon produceren waardoor macrofagen
geproduceerd worden. Deze gaan groeifactoren (vernauwing van bloedvat) en cytokines (verzwakking van de
bloedvatwand).

Kleine bloedvaten hebben geen vasa vasorum. Zo kunnen CD4+ cellen niet aangevoerd worden.
 Immuuncomplexen: antigeen-antistofcomplexen hechten zich aan de bloedvatwand. Normaal
gesproken worden deze immuuncomplexen in de milt en de lever weggevangen. Als het
immuuncomplex bindt aan de bloedvatwand waardoor complement geactiveerd wordt en neutrofiele
granulocyten aangetrokken worden, die de vaatwand kapot maken.
 ANCA: antigenen uit het cytoplasma (PR3 en myeloperoxidase (PMN)) worden op het oppervlak
gebracht door neutrofiele granulocyten. Antistoffen kunnen zo binden aan deze neutrofiele
granulocyten en neutrofiele granulocyten gaan zich binden aan de vaatwand en zorgen voor
destructie.

Symptomen als gevolg van vrijkomen van inflammatoire cytokinen; algemene malaise, koorts, gewichtsverlies.
Ook kan ischemische schade van bepaalde weefsels optreden.
Kenmerken: meestal subacuut beloop (weken-maanden). Niet bij hypersensitivity vasculitis  vaak binnen 10
dagen). Pijn, tekenen van ontsteking prominent (koorts, rash, artritis), vaak mulitiorgaan dyfunctie.
Gevolgen van vaatwandontsteking: vernauwing, trombose, vaatruptuur

Onderzoeken bij vasculitis: in principe altijd diagnose histologisch bevestigen. Bij een vasculitis van de grote
bloedvaten hoeft de diagnose niet histologisch bevestigd te worden, dan wordt meestal een angiografie
gedaan.
Naast het histologisch bevestigen worden nog laboratoriumbepalingen gedaan (vooral nierfunctie). Verder
wordt gekeken naar een onderliggende ziekte die misschien behandeld kan worden.

, Polyarteritis nodosa: aspecifiek begin, vasculitis fase (huid, zenuwen (vooral naar armen en benen), tractus
digestivus, hart).

Biopteren vaak in de nieren. Bij uitgebreide huidafwijkingen wordt bij voorkeur de huid gebiopteerd.

Ziekte van Kawasaki: vooral bij kinderen, incidentie 10/100.000  aardbeientong, aantasting van coronairen
(kans op myocard infarct). Behandeling met gammaglobuline + aspirine.

Vasculitiden van de kleine bloedvaten gaan heel vaak gepaard met huidafwijkingen (rode, niet wegdrukbare
vlekjes op de benen). De vaatwand is beschadigd, dus de bloedvaten zijn niet dicht te drukken.

Henoch-Schönlein: purpura, artritis, buikklachten (darmbetrokkenheid  constante buikpijn (i.t.t. vasculitis van
middelgrote bloedvaten (alleen na het eten pijn)) en bloed bij de ontlasting), nierbetrokkenheid (hematurie),
koorts
Histopathologisch beeld: leukocytoclastische vasculitis, IgA deposities
Goede prognose (soms met opflakkeringen), vaak ook zonder behandeling, dooft zelf uit  bij kinderen
Bij patiënten boven de 20 jaar grote kans op het ontwikkelen van een nierinsufficiëntie, dus agressief
behandelen.
Behandeling: NSAIDs, steroïden

Hypersensitivity vasculitis: vooral Strumazol is berucht, maar kan bij elk soort medicijn optreden.
Antistoffen worden gevormd tegen het antigeen in het geneesmiddel en immuuncomplexen slaan neer in de
bloedvaten.
Na 10-14 dagen zijn voldoende antistoffen gevormd en dan kunnen dus huidafwijkingen optreden. Bij opnieuw
gebruik ontstaan na gebruik meteen huidafwijkingen.
Behandeling: corticosteroïden

Hoorcollege 4 Een jonge man met koorts en malaise
Endocarditis: koorts (90%) belangrijkste symptoom, huidafwijkingen komen niet heel vaak voor
Vaak wordt een anemie gezien, verhoogd CRP/BSE, positieve bloedkweek
Bijzondere tekenen bij endocarditis:
 Osler knobbeltje: vasculitis in capillair vaatbed als gevolg van immuuncomplexen (pijnlijk)
 Janeway lesies: micro-embolieën in huid waarin bacteriën aanwezig zijn
 Roth’s spots: bloedingkjes met lymfocytenophoping en oedeem in het vaatbed van de retina
 Splinterbloedingen: lineaire bruine strepen in het nagelbed
 Trommelstokvingers: vermeerdering bindweefsel laatste falanx

Hoofdcriteria:
1. Positieve bloedkweken met
 Karakteristieke micro-organismen (2x), óf
 Andere micro-organismen (>3x, óf 2x met 12 uur interval)
2. Positief echocardiogram (vegetaties, abces, loslaten kunstklep), óf een nieuw klepgeruis

Nevencriteria:
1. Predispositie (hartafwijking en/of iv-drugsgebruik
2. Temperatuur > 38 C
3. Vasculaire afwijkingen (embolie *Janeway lesie+, bloedingen *Roth’s spot+)
4. Immunologische afwijkingen (Osler knobbels, reumafactor, glomerulonefritis)
5. Overige microbiologisch/serologische aanwijzing
6. Niet-karakteristiek echografische hartafwijkingen

Endocarditis is zeker bij 2 hoofdcritieria, óf bij 1 hoofdcriterium + 3 nevencriteria, óf bij 5 of meer nevencriteria.

Meestvoorkomende verwekkers endocarditis:
 Streptococcen viridans (vergroenende): mondholte (tandplaque)
 Hemolytische streptococcen: mond-, keelholte

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller NielsB. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.24. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48072 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$4.24  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added