100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Begrippenlijst inleiding in de sociologie (GESLAAGD) $10.78   Add to cart

Summary

Samenvatting Begrippenlijst inleiding in de sociologie (GESLAAGD)

1 review
 24 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Met deze begrippenlijst heb je een goede basiskennis voor het examen.

Preview 2 out of 7  pages

  • Yes
  • February 10, 2023
  • 7
  • 2022/2023
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: spaeyfleur • 11 months ago

avatar-seller
Sociologie begrippenlijst
Hoofdstuk 1: Op ontdekkingstocht door een bekend gebied?
Sociale verbeelding: het vermogen om afstand te nemen van de actuele toestand en een alternatief standpunt in te
nemen

Contigent: als het anders had kunnen zijn dan het nu is

Arbitrair: het is niet omdat een bepaald gebruik of handeling anders had kunnen zijn, dat er geen goede redenen
bestaan dat ze in onze samenleving die vorm aannemen en geen andere

Padafhankelijkheid: gebeurtenissen uit het verleden hebben invloed op latere toestanden en ontwikkelingen

Sociale inbreng: waarom arbeid en werkgelegenheden zijn zoals ze zijn

Latente deprivatiemodel: arbeid betekent meer dan enkel een bron van inkomen

Manifeste functies: verwerven van inkomen en andere materiële voordelen

Latente functies: structureren de tijd, belangrijke bron van sociale contacten, verbindt een individu met doeleinden,
zorgt voor status en identiteit, dwingt tot activiteit en ontwikkeling van competenties en vaardigheden

Hoofdstuk 2: De samenleving is een veld van tegengestelde
krachten
Centrifugale kracht: rukt de samenleving apart

Centripetale kracht: houdt de samenleving samen

Dichotomie: tweedeling

Mens als Mangelwesen: we gaan voortdurend relaties aan met anderen, uit vrije wil of uit noodzaak, en daardoor
ondergaan we ook hun invloed

Menselijke conditie: mensen zijn in de wereld geworpen, ze hebben niet voor hun bestaan gekozen

Sociale bepaaldheden van menselijke conditie die wegen op de mens: in een bestaande samenleving en tijd geboren
zijn, een lichaam hebben, een verleden hebben, een voorafbestaande wereld en tussen andere subjecten bestaan,
sterven

Vervreemding/aliëntatie: we kunnen de controle verliezen over de machten die we opwekken en de dienaar worden
van deze machten in plaats van dat ze ons dienen, het behoort tot de essentie van het menselijk bestaan dat zijn
scheppingen een eigen leven aan leiden en zich zelfs tegen hem keren

Factor: de structuur van de samenleving, de maatschappelijke structuren

Actor: geeft betekenis aan het creëren van die structuren, het gaat niet alleen om mensen (men maakt een verschil
tussen individuele en collectieve actoren)

Nature: genetisch materiaal of erfelijke eigenschappen dat van ouders op kind worden doorgegeven

Nurture: de maatschappelijke omgeving waarin persoon opgroeit en de invloed van die omgeving op het
ontwikkelen van iemands capaciteit en persoonlijkheid, het gaat over het belang van het socialisatieproces of
opvoeding die iemand ontvangt via instituties

Handelingsmarges: marges waarbinnen je kan handelen als individu of groep

Expliciete drempels: verboden en geboden, dit soort beperkingen scheppen ook vrijheid, voorspelbaarheid en
veiligheid (bv. in het verkeer)

Wettelijke drempels: bepaald door wetgevende macht, juridisering van de samenleving (hierbuiten is het crimineel)

, Reglementaire drempels: reglementen, normen en standaarden die niet altijd een wettelijke grondslag hebben maar
meer sociaal wenselijk zijn, waaronder de wijze waarop aan sociale interactie wordt gedaan

Impliciete drempels: sociale krachten verkleinen of vergroten de sociale speelruimte van mensen

Informatieve drempels: welke informatie heb je, welke informatie heb je nog nodig, waar kan je die vinden

Dispositionele drempels: gebaseerd op percepties en attitudes ten aanzien van instellingen, kan ertoe leiden dat we
de behoefte aan een of andere voorziening niet ervaren of dat we niet willen vragen of opnemen, ook al hebben we
daar recht op

Institutionele en situationele drempels: verhouding wat wordt aangeboden door dienstverlening en toegang tot
dienstverlening

Eindige vrijheid: beperkingen zorgen voor vrijheid

Cohesie: de mate van samenhang

Solidariteit: het is wat de samenleving samenhoudt, solide maakt en identiteit geeft (= het bindmiddel)

Warme solidariteit: gevoelens van samenhorigheid die op het moment zelf, als er een noodsituatie ontstaat,
bovenkomen. Mensen zijn bereid zich in te zetten, het is persoonsgeleid of emotioneel geleid (bv. applaus voor de
zorg tijdens coronapandemie)

Koude solidariteit: mechanismen die in de samenleving zijn ontwikkeld en waardoor het leven mogelijk en
makkelijker wordt. Het is gebaseerd op regels, standaarden en instituties (bv. vaccinatiecampagne tijdens
coronapandemie)

Paradox van de individualisering: we lijken individuelen te worden maar we worden meer afhankelijk van elkaar

Mattheus-effect: wie al een bepaald hoger niveau van levensstandaard heeft, ontvangst soms meer dan personen
die een lagere levensstandaard hebben

DURKHEIM: Traditionele samenleving Moderne samenleving
Arbeidsdeling Eenvoudig Complex
Solidariteit Mechanisch Organisch


Traditionele samenleving:

- Door geringe arbeidsdeling klitten we vanzelf op een mechanische wijze aan elkaar
- De onderlinge samenhorigheid groeit voort uit gelijkvormigheid
- Geen sprake van individualiteit
- Het keurslijf van relaties en verplichtingen is eng omschreven
- Individuele en collectieve bewustzijn vallen grotendeels samen
- Collectief bewustzijn wordt in stand gehouden door instituties, zoals nationale staat of patriottisme
- Individuen kunnen niet om de door traditie bepaalde regels heen
- Hoge graad van conformisme en afwijkend gedrag is nagenoeg onmogelijk

Complexe samenleving:

- Nieuwe vorm van economie gebaseerd op arbeidsdeling en specialisatie
- Mensen steeds afhankelijker van elkaar
- Individuen werden complementair aan elkaar
- Geseculariseerde maatschappij

Mechanische solidariteit: lage graad van arbeidsdeling, homogene structuur, repressieve normen,
gemeenschapsbezit, totemisme religie en altruïstische zelfdoding

Organische solidariteit: complexe arbeidsdeling, verhoogd individualisme, restitutieve normen, privébezit en
contractuele verhoudingen, persoonlijke vormen van godsdienstbeleving en anomische/egoïstische zelfdoding

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller criminologiestudente. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.78
  • (1)
  Add to cart