Dit is een samenvatting van het handboek Logica, in het kader van het vak Methodologie. Dit is een beknopte samenvatting met de oplossingen van de gedane in de les oefeningen. Let op! Laatste hoofdstuk 6 is niet opgenomen in het document.
Elementaire logica voor juristen
I. WAT IS LOGICA EN WAAR IS DEZE GOED VOOR?
1. ELEMENTAIRE BEGRIPPEN
LOGICA = studie van goede redeneringen. Een redenering kan gedachtenproces zijn, een betoog dat
wordt uitgesproken of opgeschreven, maar ook de inhoud van zo’n gedachtenproces of betoog.
1.1 REDENERING
REDENERING = bestaat uit 1 of meer premissen en precies 1 conclusie.
PREMISSEN = uitgangspunten van een redenering.
CONCLUSIE = wat er uit de uitgangspunten wordt geconcludeerd.
SERIËLE ARGUMENTATIE = redeneringen met meer dan 1 redeneerstap.
1.2 PROPOSITIE
PROPOSITIE = premissen + conclusie. Propositie wordt uitgedrukt door beweerzinnen.
Verschillende beweerzinnen kunnen soms zelfde propositie uitdrukken (bv vertalingen van hetzelfde zin
in andere talen) maar het kan ook zijn dat dezelfde beweerzin verschillende proposities uitdrukt (bv
wanneer het wordt uitgesproken door iemand anders of op een ander tijdstip/plaats).
Proposities hebben een waarheidswaarde die waar of onwaar kan zijn.
1.3 GELDIGHEID
DEDUCTIEF GELDIG = dit zijn deductieve redeneringen, dus redeneringen die geldig zijn naar deductieve
maatstaven. Dit betekent dat de geldigheid de waarheid garandeert.
Een redenering is deductief geldig dan en slechts dan als het logisch bezien onmogelijk is dat alle
permissen van de redenering waar zijn en de conclusie onwaar.
De geldigheid van een redenering betreft enkel de vraag of de conclusie uit de premissen volgt.
Geldigheid zegt niks over de waarheid van de premissen of de conclusie.
1.4 DEUGDELIJKHEID
DEUGDELIJKHEID = een geldige redenering met ware premissen.
Uit een deugdelijke redenering volgt dat de conclusie waar is
OEFENINGEN P. 5
1. Definities
- Redenering: gedachtenproces, uitgesproken / opgeschreven betoog of de inhoud van zo’n
betoog of gedachtengang. Bestaat uit 1 of meer premissen & conclusie. Conclusie wordt uit de
permissen afgeleid. Redeneringen zijn niet waar of onwaar maar geldig of ongeldig.
- Propositie: wordt uitgedrukt in beweerzinnen. Premissen en conclusies zijn proposities.
- (Deductieve) geldigheid:
o Redenering die geldig is naar zijn deductieve maatstaven
o Geldigheid die de waarheid garandeert
o Wanneer het onmogelijk is dat alle premissen waar zijn en conclusie onwaar is de
redenering deductief geldig
o Om de geldigheid van een redenering na te gaan, kijk je in een waarheidstabel naar de
rij waar alle permissen waar zijn en kijk of de conclusie waar is. Als conclusie waar is, is
het een geldige redenering.
- Deugdelijkheid: betreft een geldige redenering met ware premissen en ware conclusie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lawstudent99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.34. You're not tied to anything after your purchase.