Aandoeningen
Aandoening Uitleg
Cheyne-Stokes ademhaling Sensor en effector van het regelsysteem zijn niet goed op
elkaar afgestemd door vertraging in de zenuwen. Ademhaling
begint pas als pCO2 hoog is → hyperventilatie. Hierdoor daalt
pCO2 weer → apneu
Autonome dysreflexie Bij een dwarslaesie
Reflex: bloedvaten onder laesie vernauwen → hogere bd →
baroreceptoren boven de laesie meten dit → verwijding van de
bloedvaten boven laesie.
- Boven laesie: hoofdpijn & roodheid
- Onder laesie: bleekheid & kou
➔ Hoger risico op HVZ en CVA
Ectopische nier De acensus is misgegaan:
- Bekkennier: nog te laag
Thoracale nier: te hoog
Hoefijzernier Nog te laag, de onderpolen zijn gefuseerd en blijven hangen
achter de a. mesenterica inferior
Nierarteriestenose Bij een van beide nieren: nier met stenose neemt verlaagde bp
waar → activatie RAAS → verhoogde natrium- en vochtretentie
en vasoconstrictie (door ANG2) → stijging bloeddruk → ‘
normale’ nier detecteert hoge systemische bp → remt RAAS →
minder uitscheiding → ECV verlaagt een beetje → maar niet
genoeg om systemische hypertensie door de RAAS-activatie
van de stenosenier op te heffen → reninehypertensie
EN hypokaliemie; want meer kaliumexcretie door aldosteron.
Kallmannsyndroom Deletie Kall-gen → deel hypothalamus niet aangelegd →
defecte GnRH-pulsaliteit → congenitale GnRH-deficiëntie →
hypofyse blijft uit → LH en FSH te laag → geen opstart
puberteit en geen spermatogenese/ovulatie.
Kan bij zowel mannen als vrouwen.
Bijkomend symptoom: anosmie door overeenkomende
embryonale oorsprong.
Behandeling: langdurige hormooninjecties hCG en FSH om
Leydigcellen te activeren.
Syndroom van Turner (v) Ontbreken van één X-chromosoom → geen rijping van
thecacellen → geen negatieve feedback door steroïdhormonen
→ verhoogde concentratie gonadotrope hormonen.
- Wel ontwikkeling interne en externe genitaliën, maar
klein en onderontwikkeld → niet natuurlijk zwanger
worden → toch zwanger: IVF en eiceldonatie met
hormoonbehandeling
- Geen pubertijdsontwikkeling
- Problemen met hart, nieren, gehoor, schildklier
- Korte nek, opgezette handen en voeten
,Fibromusculaire dysplasie Abnormale celontwikkeling in de vaatwand (vooral in spier- en
(FMD) bindweefsel in middelgrote/kleinere slagaderen). → stenosen,
aneurysma’s of dissecties meestal in nieren, hals en hoofd.
Refluxnefropathie Gevolg van defecte sfincter tussen blaas en ureter: tijdens
urinelozing stroomt urine terug de nier in → schade en
bindweefselvorming in de nier → hypertensie, proteinurie,
nierfalen, perifeer oedeem, en door infecties pijn bij plassen en
rugpijn
Drophypertensie Drop en zoethout bevatten glycyrrhizinezuur: remt omzetting
cortisol → cortison. Er is meer cortisol → dit heeft hogere
affiniteit voor de mineralocorticoïdreceptoren dan aldosteron
→ wel activatie van de receptoren terwijl er eigenlijk weinig
aldosteron is → remming RAAS→ wel natrium/vochtresorptie
(want receptor is wel geactiveerd) en hypokaliëmie. Dit leidt tot
pseudo-hyperaldosteronemie: eigenlijk is aldosteronwaarde
laag (want productie wordt onderdrukt door exogeen)
Zwangerschapshypertensie - Chronisch/pre-existing: er was al hypertensie voor de
zwangerschap of voor week 20 van de zwangerschap
- Gestationeel: bij normotensieve vrouwen vanaf week
20
- (pre)-eclampsie
Multi-systeem disorder na week 20 met bp
>140/90mmHg: hypertensie, oedeem en proteinurie.
Risico’s: onderontwikkeling placenta,
groeiachterstanden kindje, vroeggeboorte etc.
→ zonder behandeling: eclampsie = pre-eclampsie + convulsies
Volumehypertensie - Een hoge systemische bloeddruk, ECV en bloedvolume
maar een normale RAAS en bloeddruk in de nier. →
nierarteriestenose in mononier; daar wordt een lage
druk gemeten dus RAAS geactiveerd.
Renine-hypertensie Bij beide nieren in situ: een stenose in 1 nier:
- Een nier neemt lage druk waar → RAAS geactiveerd om
bloedvolume te verhogen
- Andere nier neemt hoge druk waar en probeert te
corrigeren door volume excretie
- Er is wel een normaal bloedvolume
Orthostatische hypertensie Lage bloeddruk bij opstaan vanuit zittende/liggende positie.
Want tonus veneuze systeem is te laag → opstaan → bloed
stroomt omlaag en minder naar het hart → daling CO → te
weinig bloed naar de hersenen → syncope
Primair aldosteronisme/ Endocrinologische hypertensie
hyperaldosteronemie/syndroom Door een aldosteronproducerende tumor → te veel aldosteron
van Conn → toename renaal verlies kalium. Renine-activiteit wordt
onderdrukt
Feochromocytoom Endocrinolosiche hypertensie
Verhoogde waardes metafrines (=afbraakproduct
(nor)adrenaline). Vaak veroorzaakt door bijniertumor (90%) of
door tumor abdominale sympatische grensstreng (10%).
Hierdoor te veel adrenaline → verhoogde sympaticusactiviteit
→ vasoconstrictie en water/natriumretentie (RAAS) →
hypertensie
,Syndroom van Cushing Endocrinologische hypertensie
Te hoog cortisolgehalte door verhoogde aanmaak van ACTH
vaak door ACTH-producerende tumor/adenoom of carcinoom
op bijnier
Cryptorchisme Het niet indalen van één of beide testikels
Stress-amenorroe Mechanisme om lichaam te beschermen tegen nog meer stress
(van een zwangerschap).
Stress → minder afgifte GRH → daling LH en FSH → minder
follikelgroei en geen ovulatie → geen opbouw endometrium →
daling vruchtbaarheid
Familiaire hypercholesterolemie Mona Lisa
Autosomaal dominant
Mutaties in LDLR-gen → geen goed functionerende LDL-
receptoren → cholesterol kan niet goed worden opgenomen in
de cel → blijft in de bloedbaan → verhoogde kans op HVZ
Uiterlijke kenmerken: gele vlekken bij ogen, xanthomen op
handen en pezen, arcus senilis
Chronisch nierfalen Nefronen beschadigd → uitscheiding metabolieten neemt af en
proteïnurie → toename circulerend volume → toename
bloeddruk → hypertensie
- Renale klaring daalt
- Vd verandert
- Eiwitverlies → fu stijgt
Levercirrose Minder hepatocyten → gevolgen:
- Ontstaan porto-cavale shunts door hoge druk in lever
→ geneesmiddelen kunnen lever omzeilen
- Verminderde intrinsieke Cl want minder
gemetaboliseerde enzymen
- Minder aanmaak plasma-eiwitten → fu toename
Dit alles zorgt voor afname klaring en toename
plasmaconcentratie
Diabetes Mellitus type 1 (DM1) Lichaam kan geen insuline produceren → Behandeling met
insuline spuiten
Bij te veel insuline: hyperinsulinemie en hypoglycemie
Bij te weinig insuline: hypoinsulinemie en hyperglycemie en
ketoacidose
Diabetes Mellitus type 2 (DM2) Er is resistentie ten opzicht van insuline. Oorzaak: grotere
hoeveelheid vetweefsel die factoren produceert waardoor
GLUT-4 transporter wordt geremd → lastiger glucose naar spier
brengen → grote fluctuaties in bloedsuikerspiegel
Behandeling: gewichtverlies en dieet
, Medicatie
Geneesmiddel(groep) Werking
ACE-remmer Bij hartfalen en hypertensie
- Remming omzetting ANG1→ANG2 → remming RAAS →
minder natrium/waterretentie → daling ECV → daling bp
→ daling afterload
- Remming afbraak bradykinine (stimuleert vorming
vaatverwijdende stoffen) → dus vasodilatatie → verdere
daling bloeddruk
- Bijwerking: hyperkaliemie (want: geen omzetting ANG1
→ ANG2 → geen aldosteron → geen natriumretentie →
geen uitwisseling Na+ en K+ (er gaat geen K+ meer de cel
in en minder excretie K+)→ hoog extracellulair K+)
Voordeel: heel effectief
Nadeel: ACE-remmer kriebelhoest en hyperkaliemie
Diuretica Blokkade NaKCl-2-transporter → remming natriumreabsorptie →
meer uitscheiding water
Gegeven bij hypertensie, hartfalen, nierinsufficientie en DM
Door blokkade: daling terugresorptie Na+ en water → daling ECV
en remming terugresorptie K+ → hypokaliemie
Voordeel: goedkoop, effectief bij ouderen
Nadeel: hartritmestoornissen door:
- Minder volume → plasma renine en
aldosteronconcentratie stijgt → excretie K+
- Furosemide remt Na+/K+/Cl- symporter in dikke
opstijgende lus van Henle → NaCl reabsorptie geremd →
ook meer excretie K+
Bèta-blokker B1/B2-receptorantagonist (en soms B3)
Bij angina pectoris, hartfalen en hypertensie
B1-receptoren blokkeren:
- Op AV-knoop, SA-knoop, myocyten
- Hartfrequentie en HMV dalen
B2 receptoren blokkeren:
- Vasoconstrictie: MLCK-activatie leid tot vasodilatatie en
cAMP remt MLCK → daling cAMP → inhibitie MLCK valt
weg → vasoconstrictie
Door bètablokker op GCPR → afname cAMP →minder Ca2+
verlaat het SR → daling intracellulaire [Ca2+] → daling
contractiliteit en daling prikkelgeleiding → daling hartfrequentie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller NJJanssen00. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.18. You're not tied to anything after your purchase.