100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Uitgewerkte vragen WG 1 $3.21
Add to cart

Answers

Uitgewerkte vragen WG 1

4 reviews
 239 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

De uitgewerkte vragen voor de werkgroep van psychologie en wetenschap De vragen zijn door mijzelf beantwoord a.d.h.v. de slides en het boek, maar ik kan geen garantie geven dat alle vragen volledig correct zijn beantwoord.

Preview 1 out of 3  pages

  • June 4, 2016
  • 3
  • 2015/2016
  • Answers
  • Unknown

4  reviews

review-writer-avatar

By: lottehoogeterp • 6 year ago

review-writer-avatar

By: pavlov • 6 year ago

review-writer-avatar

By: dessybright • 7 year ago

review-writer-avatar

By: mwagenaar97 • 7 year ago

avatar-seller
Psychologie & Wetenschap werkgroep 1

1. Wat is de common sense view of science die Chalmers beschrijft? Wetenschap is afgeleid van de
feiten. Feiten zijn beweringen over de wereld die gedaan kunnen worden na voorzichtige en
onbevooroordeelde observatie of het gebruik van andere zintuigen. Twee groepen die deze manier van
wetenschap uitoefenen zijn de empiristen en de logisch positivisten.

2. Waarom worden waarnemingen niet alleen bepaald door het waargenomen object (zoals beschreven
in Chalmers)? Geef een voorbeeld. De observeerder speelt een grotere rol in het waarnemen dan alleen
de biologische omschrijving. Als voorbeeld worden vaak plaatjes genomen die op twee manieren gezien
kunnen worden, zoals een trap die horizontaal of verticaal kan lopen of een ballerina die links- of
rechtsom kan draaien. Geen twee mensen zien de afbeelding hetzelfde, het kan zelfs binnen eenzelfde
waarnemer veranderen. Er is bij waarneming dus meer aan de hand dan alleen de eigenschappen van
het object.

3. Wat bedoelt Chalmers als hij zegt dat observeerbare feiten objectief maar ook feilbaar zijn? Feiten zijn
objectief omdat de beweringen ontstaan door het objectieve gebruik van de zintuigen. Feiten kunnen
pas geformuleerd worden als iemand de kennis en capaciteiten heeft om receptie van stimuli om te
zetten naar observatie-uitspraken. Omdat mensen hier hun kennis uit opdoen en met die kennis nieuwe
feiten maken is het dus niet alleen op perceptie gebaseerd. Daarom zijn feiten feilbaar. Ook zijn ze
feilbaar omdat ze in de toekomst altijd nog ondermijnd kunnen worden doordat er nieuwe kennis en
procedures ontstaan om ze te testen.

4. Beschrijf het proces van inductie. Waarom geeft dit geen zekerheid? Wat is het inductieprobleem dat
Chalmers beschrijft? Bij inductie observeert men feiten. Dit moet een groot aantal keer gebeuren in veel
verschillende condities. Deze observaties worden gedaan in lijn met een bestaande theorie. Na het doen
van de observaties is te zeggen of ze thuishoren in de ondersteuning van de theorie of wet. Het
inductieprobleem stelt dat om inductie te rechtvaardigen je moet aannemen dat wetenschappelijke
kennis gebaseerd is op ofwel ervaring ofwel deductief redeneren. Om dit aan te nemen moet je inductie
gebruiken, daarom geeft dit geen zekerheid.

5. Wat is het verschil tussen een deductieve en een inductieve redenering? Geef van elk een voorbeeld.
Inductie is het formuleren van een wet aan de hand van feiten en observaties. ‘alle kraaien zijn zwart
omdat dit (tot nog toe) altijd zo is geobserveerd’. Deductie is het doen van voorspellingen over de
toekomst aan de hand van een theorie. ‘mijn buurman heeft een kraai, deze zal dus zwart zijn’ of ‘deze
vogel is bruin, dus is het geen kraai’.

6. Bekijk de volgende redenering: ‘Tot nu toe heeft inductie altijd goed gewerkt. Dus het is een goede
methode die altijd zal werken.’ Wat voor soort redenering is dit? Leg dit uit. Is deze redenering
overtuigend? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet? Dit is inductie, de tweede uitspraak is een theorie
gebaseerd op de voorgaande observatie(s). Deze redenering is niet overtuigend omdat het niet duidelijk
is op hoeveel observaties dit is gebaseerd en er geen rekening wordt gehouden met de mogelijkheid dat
inductie in de toekomst misschien niet zal werken.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MaaikePsy. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49497 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21  1x  sold
  • (4)
Add to cart
Added