100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Sociale psychologie - Elliot Aronson et al. 9e editie - PB0012 Open Universiteit $5.41   Add to cart

Summary

Samenvatting Sociale psychologie - Elliot Aronson et al. 9e editie - PB0012 Open Universiteit

12 reviews
 885 views  73 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Complete en gestructureerde samenvatting van de 9e editie van het boek Sociale psychologie van Elliot Aronson et al. Met overzichtelijke rijtjes om makkelijk te leren en een overzicht van de theorieën die worden behandeld in het boek. De samenvatting betreft het gehele boek (H1 tm 13) en betre...

[Show more]

Preview 6 out of 90  pages

  • Yes
  • February 17, 2023
  • 90
  • 2022/2023
  • Summary

12  reviews

review-writer-avatar

By: talithahaan • 8 months ago

review-writer-avatar

By: likanellestein • 9 months ago

review-writer-avatar

By: ijsbrandbijleveld • 10 months ago

review-writer-avatar

By: mirnabeliz • 11 months ago

review-writer-avatar

By: isabelle_bod • 11 months ago

Translated by Google

Great summary! exam ended with an 8!

review-writer-avatar

By: laurawieringa2 • 1 year ago

review-writer-avatar

By: florisb2 • 1 year ago

Translated by Google

With 1.5 days of learning using this summary, assignments, practice tests, achieved 5.6. Not everything is in the summary, but at least 95%. With an extra day, I could have achieved a good score. So just to be clear, I haven't read the book...

reply-writer-avatar

By: annemarijkemeester • 1 year ago

Translated by Google

How nice to hear! Congratulations Floris. Glad you got so much use from it.

Show more reviews  
avatar-seller
H.1 inleiding tot de sociale psychologie
OPENINGSCASE
Voorbeelden van menselijk gedrag:
• 2 vrouwen trekken, zonder te aarzelen, een man van het spoor terwijl een trein nadert;
• een verliefde vrouw gelooft in ‘tegenpolen trekken elkaar aan” omdat het op Wikipedia stond;
• een student vindt zijn medestudenten, die hem een zware ontgroening hebben laten doormaken, super cool;
• een 19-jarige man pleegt online zelfmoord en geen van de 100 mensen die mee kijkt, belt de politie;
• 100-den mensen in een sekte plegen zelfmoord omdat hun leider hen heeft overtuigd van de schoonheid ervan.

1.1. WAT IS SOCIALE PSYCHOLOGIE
Psychologie: de wetenschap van het gedrag en de psychische processen van het individu.

Sociale psychologie: de wetenschap die bestudeert hoe de gedachten, gevoelens en gedragingen van mensen worden
beïnvloed door de echte of denkbeeldige aanwezigheid van anderen (ouders, vrienden, vreemden: de gehele sociale
situatie). De kern hiervan is sociale invloed.

Sociale invloed: het effect dat woorden, daden of de aanwezigheid van anderen hebben op onze gedachten,
gevoelens, attitudes of gedrag. Het is breder dan pogingen tot overreding van anderen (door reclame,
verkiezingscampagnes, vrienden die je proberen over te halen). Sociale invloed:
• gaat verder dan gedrag. Het omvat ook gedachten, gevoelens en onzichtbare handelingen;
• heeft naast doelbewuste pogingen tot overreding meer uitingsvormen. We worden alleen al door de
aanwezigheid van anderen beïnvloed. De goed- of afkeuring van bekenden en onbekenden en de verwachting
hoe ze op ons zullen reageren. Sociaal psychologen zijn geïnteresseerd in wat er in iemands hoofd gebeurt
wanneer de invloeden botsen.

SOCIALE PSYCHOLOGIE, WETENSCHAP EN GEZOND VERSTAND

Mensen zijn vaak zich niet bewust van de redenen achter hun eigen acties en gevoelens. De rechtvaardiging die ze
gaven waarom ze de politie niet hebben gebeld bij de online zelfmoord van de 19-jarige man, is niet per se de reden
waarom ze niets deden. Om de reden te achterhalen, of de meest waarschijnlijke verklaring, is een serie
wetenschappelijke methoden ontworpen waarmee we onze aannames, vermoedens en ideeën over menselijk gedrag
empirisch en systematisch kunnen testen.

Empirische methode: op waarneming en/of onderzoek gebaseerde methode voor het toetsen van de hypothesen.

Hypothese: een als voorlopige waarheid aangenomen maar nog te bewijzen veronderstelling.

De vragen waarmee sociaal psychologen zich bezig houden komen grotendeels overeen met die van filosofen. Sociaal
psychologen proberen er echter op empirische wijze een antwoord op te vinden. Een taak van de sociaal psycholoog is
o.a. dat hij onderzoekt wat de specifieke eigenschappen zijn van de omstandigheden waaronder het 1 of het ander
het waarschijnlijkst is. De sociale psychologie onderscheidt zich van andere disciplines (antropologie, sociologie)
doordat ze zich niet bezig houdt met de objectieve eigenschappen van sociale situaties, maar doordat ze zich richt op
de manier waarop mensen beïnvloed worden door hun interpretatie of construct van hun sociale omgeving. Sociaal
psychologen menen dat je pas kunt begrijpen hoe mensen door hun sociale wereld worden beïnvloed als je begrijpt
hoe ze die wereld waarnemen, begrijpen en interpreteren. Het bestuderen van de details van het gedrag van een
vrouw richting een man is bijv. niet voldoende om de reactie van de man te voorspellen, wanneer je niet weet hoe de
man het gedrag van de vrouw interpreteert.

Construct: de manier waarop mensen de sociale wereld waarnemen, begrijpen en interpreteren.



1.

, Sociaal psychologen besteden speciale aandacht aan de wortels van interpretatie. Mensen zorgen er bijv. voor dat
hun interpretatie zo accuraat mogelijk is óf ze zorgen ervoor dat ze door hun interpretatie zelf goed voor de dag
komen. Een groot deel van het sociaalpsychologisch onderzoek richt zich op deze en andere determinanten van
gedachten, gevoelens en gedragingen van mensen.

Determinant: bepalende factor in een ontwikkeling of toestand.

SOCIALE PSYCHOLOGIE EN HET VERSCHIL MET VERWANTE DISCIPLINES




Individuele verschillen: de aspecten van de persoonlijkheid die mensen onderscheiden van anderen.

Iemand kan verschillende eigenschappen hebben in verschillende situaties. Verlegen in de ene en vriendelijk en
levendig in de andere situatie. Interessant is de vraag welke factoren in deze 2 sociale situaties zo verschillend zijn, dat
ze zo’n ingrijpend effect hebben op het gedrag.

Per discipline verschilt het analyse niveau:
• Biologie: genen, hormonen en neurotransmitters;
• Persoonlijkheids- en klinische psychologie: het individu;
• Sociologie: groep of sociaal systeem. Concentreert zich op de samenleving als geheel i.p.v. het individu;
• Sociale psychologie: het individu in de context van een sociale situatie. De situatie heeft een ingrijpende invloed
op hoe mensen met elkaar omgaan.

DOEL VAN DE SOCIALE PSYCHOLOGIE

Het doel van de sociale psychologie is om universele eigenschappen van de menselijke natuur te identificeren, die
ervoor zorgen dat iedereen gevoelig is voor sociale invloed, onafhankelijk van sociale klasse of cultuur. Bijv. de relatie
tussen frustratie en agressie is waarschijnlijk voor de meeste mensen op de meeste plekken gelijk; geen verschil
tussen gender, sociale klasse, leeftijdsgroep, cultuur of etniciteit. Daarnaast is het doel om culturele verschillen te
ontdekken in de manier waarop deze universele wetten tot uiting komen.

Crosscultureel onderzoek is waardevol omdat hierdoor:
• theorieën kunnen worden aangescherpt;
• universaliteit van deze theorieën kan worden aangetoond;
• aanvullende variabelen naar voren komen die ons inzicht vergroten en waarmee we accuratere voorspellingen
kunnen doen over het menselijk sociaal gedrag.

1.2. DE MACHT VAN DE SITUATIE
Het feit dat veel mensen zelden rekening houden met de situatie is van grote invloed op de manier waarop mensen
met elkaar omgaan. We hebben de neiging om gedrag van mensen te verklaren in termen van hun persoonlijkheid.

Attributie: het toeschrijven van oorzaken aan het eigen of aan andermans gedrag en het daarmee voorzien van
verklaringen.

Fundamentele attributiefout: neiging om de mate waarin iemands gedrag wordt veroorzaakt door de rol van
persoonlijke eigenschappen en andere interne factoren te overschatten en de rol van externe, situationele factoren te
onderschatten.


2.

, Als we gedrag op deze attributieve manier in termen van persoonlijkheid verklaren, kan ons dat een onterecht gevoel
van veiligheid geven. De sekteleden die zelfmoord plegen af te doen als gestoorde mensen, geeft ons het gevoel dat
ons dat nooit zal overkomen. Dit maakt ons kwetsbaar voor mogelijke destructieve sociale invloeden, omdat ons
bewustzijn van onze eigen ontvankelijkheid voor sociaalpsychologische processen daalt. Wanneer we de macht van de
situatie niet volledig doorgronden hebben we de neiging het probleem te vereenvoudigen, wat onze kennis over de
oorzaak van een groot aantal menselijke gedragingen beperkt. Wanneer we overdonderd worden door sociale
krachten, zijn we hierdoor vaak geneigd het slachtoffer de schuld te geven. Bijv. weer bij de zelfmoord in de sekte.

In een experiment waarbij een spel werd gespeeld, reageerde 2/3 van de studenten competitief (i.p.v. coöperatief)
toen het ‘Beursspel’ werd genoemd en 1/3 toen het ‘Gemeenschapsspel‘ werd genoemd. Of ze een competitieve
persoonlijkheid hadden, had geen effect op de keuze van de strategie bij het spelen van het spel.

1.3. DE MACHT VAN DE SOCIALE INTERPRETATIE
Een manier om de sociale situatie te definiëren is om de objectieve eigenschappen van de situatie te bepalen en
vervolgens te kijken naar het gedrag dat door die objectieve eigenschappen ontstaat. Wanneer gedrag wordt gevolgd
door een beloning (positieve bekrachtiging) dan is de kans groot dat het gedrag doorgaat en gevolgd door straf
(negatieve bekrachtiging) dat het gedrag stopt. Dit is de benadering door het behaviorisme.

Behaviorisme (Skinner): stroming in de psychologie die de stelling verdedigt dat men, om menselijk gedrag te kunnen
begrijpen, slechts hoeft te kijken naar de bekrachtigende eigenschappen van de omgeving (beloning, straf). Het is niet
nodig om er subjectieve zaken als cognitie, denken en voelen bij te betrekken omdat die slecht waarneembaar zijn.
Het gaat voorbij aan de manier waarop mensen hun omgeving en gedrag interpreteren.

Gestaltpsychologie: stroming in de psychologie die het belang benadrukt van het bestuderen van de persoonlijke
(subjectieve) manier waarop een object wordt waargenomen (het gestalt of geheel), in plaats van het bestuderen van
de manier waarop de objectieve, fysieke eigenschappen van het object zijn samengevoegd. Het geheel is anders dan
de som der delen. Nadruk op constructen, de manier waarop mensen de sociale situatie interpreteren. Je moet je
richten op de fenomenologie van de waarnemer, hoe het object op hem/haar overkomt.

Fenomenologie (Husser): filosofische methode die probeert door de geestelijke intuïtieve beschouwing van de
dingen, niet door rationele kennis, de constitutie van de wereld in de geest en het wezen der dingen te beschrijven.

Lewin zette de stap om de gestaltprincipes niet alleen op de perceptie van objecten toe te passen maar ook op de
sociale perceptie. Mede door zijn ideeën als gevolg van ervaringen met het antisemitisme, kreeg de Amerikaanse
sociale psychologie belangstelling voor de oorzaken van vooroordelen en etnische stereotypering.

Naïef realisme (Ross): de overtuiging dat ieder van ons dingen waarneemt ‘zoals ze echt zijn’ en als anderen dat
anders zien, zijn zij bevooroordeeld. Hierdoor lopen bijv. onderhandelingen op niets uit. Vaak hebben mensen meer
sympathie voor een idee wanneer het van de eigen ‘kant’ komt.

1.4. DE OORSPRONG VAN CONSTRUCTEN: FUNDAMENTELE MENSELIJKE MOTIEVEN
Motieven die van essentieel belang zijn voor onze gedachten en gedrag en die ons in tegengestelde richting trekken:
1. de behoefte aan een positief zelfbeeld (motief van eigenwaarde);
2. de behoefte om de wereld accuraat waar te nemen (motief van sociale cognitie).

Festinger: op het moment dat deze motieven ons in tegengestelde richting trekken, verkrijgen we de waardevolste
inzichten in de werking van het menselijke gevoel en gedachten. Bijv. het dilemma van president Johnson om de
Vietnamoorlog te intensiveren of te beëindigen maar ook de Betuwespoorlijn.




3.

,HET MOTIEF VAN DE EIGENWAARDE: DE BEHOEFTE AAN EEN POSITIEF ZELFBEELD

Positief zelfbeeld: evaluatie van mensen van hun eigen eigenwaarde, d.w.z.de mate waarin ze zichzelf beschouwen
als goed, competent en beschaafd. De meeste mensen hebben een sterke behoefte aan een positief zelfbeeld
waardoor ze er vaak voor kiezen om zich goed te voelen over zichzelf ten koste van het vormen van een accuraat
beeld van de wereld.

VROEGER GEDRAG RECHTVAARDIGEN
Wanneer het streven naar een positief zelfbeeld ertoe leidt dat iemand zijn acties rechtvaardigt en er niet van leert,
kan dit verandering en zelfverbetering in de weg staan. Bijv. na een scheiding t.g.v. jaloers gedrag, de schuld bij de
ander leggen.

LIJDEN EN ZELFRECHTVAARDIGING
Scenario van de ontgroende student:
• Persoonlijkheidspsychologen: alleen extroverte personen die er tegen bestand zijn om voor schut gezet te
worden willen bij een studentenvereniging horen;
• Behavioristen: voorspellen dat de student een hekel krijgt aan iedereen die hem pijn en vernedering bezorgt;
• Sociaal psychologen: de reden dat de student en zijn medestudenten elkaar graag mogen, ligt in de
vernederende rituelen zelf. Hij zal proberen om aan zijn ervaring een positieve draai te geven: het rechtvaardigen
van de ontgroening door zijn interpretatie van de latere ervaring met de vereniging te vervormen om geen
gezichtsverlies te lijden. Een buitenstaander zal de negatieve kanten van het lidmaatschap helderder zien. Uit
experimenten blijkt ook dat hoe zwaarder de ontgroening, hoe leuker men de groep vond.

De belangrijkste bevindingen:
1. mensen zijn gemotiveerd om een positief beeld van zichzelf in stand te houden, deels door hun gedrag te
rechtvaardigen;
2. dit brengt hen er onder bepaalde te specificeren omstandigheden toe om dingen te doen die in 1e instantie
verrassend of paradoxaal lijken.

HET MOTIEF VAN DE SOCIALE COGNITIE: DE BEHOEFTE OM ACCURAAT WAAR TE NEMEN

Om zichzelf in een zo positief mogelijk daglicht te stellen verdraaien mensen de realiteit maar laten het ook deels
intact. Mensen zijn bedreven in denken, overwegen en deduceren, 1 van de belangrijkste kenmerken van een mens is
het vermogen tot redeneren. We hebben een hoogontwikkeld vermogen om logisch te denken. Dit neem niet weg dat
de manier waarop mensen over zichzelf en de sociale wereld denken hun handelen beïnvloedt.

Sociale cognitie: hoe mensen denken over zichzelf en de sociale wereld. Specifieker: hoe mensen sociale informatie
selecteren, interpreteren, herinneren en gebruiken om oordelen te vormen en beslissingen te nemen. Het
uitgangspunt is dat alle mensen de wereld zo accuraat mogelijk proberen waar te nemen.

Onze behoefte aan accuratesse loopt soms vast om dat we niet over alle feiten beschikken. Hierdoor maken we
fouten in onze poging om situaties te begrijpen en te voorspellen. Bijv. over welk ontbijt het gezondst is.

VERWACHTINGEN OVER DE SOCIALE WERELD
Verwachtingen over de sociale wereld beïnvloeden soms ons vermogen om die wereld accuraat waar te nemen.
Wanneer je bijv. denkt dat een intelligentietest accuraat is omdat kinderen die hun best deden in de klas, het ook
goed doen op de test. Het kan ook zijn dat ze goed scoren omdat ze veel aandacht kregen in de klas doordat ze
voorafgaand aan het jaar ook goed scoorden op de test.

Selffulfilling prophecy: je verwacht bepaald gedrag van jezelf of van anderen waardoor je handelt op een manier
waardoor de verwachting waarheid wordt.




4.

,OVERIGE MOTIEVEN

Naast de motieven van eigenwaarde en sociale cognitie zijn andere motieven die invloed hebben op onze gedachten
en gedragingen:
• biologische drijfveren als honger en dorst;
• angst, de belofte van liefde, goedkeuring en andere beloningen waar bij sprake is van sociale uitwisseling;
• de behoefte aan controle.

1.5. SOCIALE PSYCHOLOGIE EN MAATSCHAPPELIJKE PROBLEMEN
Sociaal psychologen willen een bijdrage leveren aan de oplossing van maatschappelijke problemen. Lewin wilde,
nadat hij ontsnapt was aan de verschrikkingen van nazi-Duitsland, de transformatie begrijpen die zijn land had
doorgemaakt. Het interessegebied van sociaal psychologen loopt van het terugdringen van geweld en vooroordelen
tot het bevorderen van altruïsme en tolerantie. De meest kansrijke interventies bij ernstige sociale problemen zijn
interventies die gebaseerd zijn op sociaalwetenschappelijke theorieën over het denken en het handelen van mensen.



H.2 Methodologie: hoe doen sociaal psychologen onderzoek?
OPENINGSCASE
Bystander (omstander) effect: getuige zijn van een nare situatie die iemand anders betreft en geen hulp bieden. Bijv.
de moord op Kitty Genovese waarbij de mensen die het hoorden of zagen niets deden en geen hulp boden zoals bijv.
de politie bellen.

2.1. SOCIALE PSYCHOLOGIE: EEN EMPIRISCHE WETENSCHAP
Fundamenteel principe van de sociale psychologie: veel maatschappelijke problemen, zoals de oorzaken van en
reacties op geweld, kunnen wetenschappelijk bestudeerd worden.

De resultaten van sommige experimenten lijken soms voor de hand te liggen.

Hindsight bias: de neiging van mensen om hun vermogen om een uitkomst te voorspellen te overschatten, nadat ze
te weten zijn gekomen hoe die uitkomst eruit ziet.

INSPIRATIE UIT EERDERE THEORIEËN EN ONDERZOEKEN

Sociaal psychologen houden zich bezig met een continu proces van theoretische verfijning:
• er wordt een theorie ontwikkeld o.b.v. eerdere theorieën (ontevredenheid met bestaande theorie) of nieuwe
inzichten;
• dit leidt tot een specifiek vermoeden, hypothese, die uit de theorie is afgeleid;
• op grond van de verkregen resultaten wordt de theorie herzien;
• waarna nieuwe hypothesen worden geformuleerd.

HYPOTHESEN GEBASEERD OP PERSOONLIJKE OBSERVATIES

Spreiding van verantwoordelijkheid: Het fenomeen dat hoe meer mensen getuige zijn van een noodsituatie, hoe
kleiner de kans dat een individu zal ingrijpen. Getuigen nemen aan dat iemand anders de politie al heeft gebeld of zal
ingrijpen.




5.

, ONDERZOEKSMETHODEN

Methoden binnen de Sociale Psychologie om vragen te beantwoorden over sociaal gedrag:




2.2. DE OBSERVATIONELE METHODE: SOCIAAL GEDRAG BESCHRIJVEN
Deze methode is geschikt om een beschrijving te geven van een bepaalde groep mensen of een bepaald type gedrag.
Het betreft de techniek waarbij een onderzoeker mensen observeert en de metingen of observaties over hun gedrag
systematisch vastlegt. Een voorbeeld van observationeel leren is etnografie.

Etnografie: de methode waarbij een onderzoeker probeert een groep of cultuur te begrijpen door die van binnenuit te
observeren, zonder de groep zijn eigen normen en waarden op te leggen. Hierdoor kan hij openstaan voor het
gezichtspunt van de geobserveerde personen. Het doel is om kennis verzamelen over de rijkdom en complexiteit van
een groep door die in zijn natuurlijke omgeving te observeren. Veel gebruikt in de culturele antropologie.

Bij het testen van een specifieke hypothese zal de observator systematisch kijken naar specifieke gedragingen die hij
voorafgaand aan de observaties zo concreet en specifiek mogelijk gedefinieerd heeft. Dit is het operationaliseren
(vastleggen, definiëren) van variabelen, bijv. agressie.

Interbeoordelaarsbetrouwbaarheid: de mate van overeenkomst tussen de resultaten van twee of meer mensen die
onafhankelijk van elkaar een aantal data observeren en coderen. Dit voorkomt dat de observaties subjectieve,
vervormde indrukken van 1 individu zijn.

ANALYSE VAN ARCHIEVEN

Analyse van archieven: vorm van de observationele methode waarbij de onderzoeker de verzamelde documentatie,
ofwel de archieven, van een cultuur onderzoekt. Bijv. zelfmoordbriefjes, songteksten, dagboeken, romans, kranten,
sociaal media en advertenties.

Een onderzoek naar tweets vond bijv. interessante patronen in de dagelijkse stemming.

BEPERKINGEN VAN DE OBSERVATIONELE METHODE

• de observatie geef geen inzicht in de reden van gedrag. Dus waarom er patronen in de stemming plaatsvinden;
• sommige soorten gedrag zijn moeilijk observeerbaar omdat ze zelden voorkomen of alleen in de privé situatie
plaatsvinden.

2.3. DE CORRELATIONELE METHODE: SOCIAAL GEDRAG VOORSPELLEN
Deze methode is geschikt om bepaald gedrag te voorspellen en uit te leggen. Het betreft de techniek waarbij 2 of
meer variabelen systematisch worden gemeten en waarbij wordt vastgelegd wat de relatie (samenhang) is tussen de
variabelen.

Nagaan gedrag via directe observatie of via vragenlijsten.

Correlatiecoëfficiënt: een maat voor correlatie waarmee je kunt vaststellen in hoeverre 2 variabelen samenhangen.
Bijv. in welke mate agressief gedrag bij kinderen samenhangt met hun kijkgedrag op tv. De correlatie kan positief,
negatief of afwezig zijn.




6.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annemarijkemeester. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.41. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73216 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$5.41  73x  sold
  • (12)
  Add to cart