Samenvatting geschiedenis MEMO hoofdstuk 3 de tweede wereldoorlog 3 havo 3 Vwo
163 views 9 purchases
Course
Geschiedenis
Level
VWO / Gymnasium
Samenvatting geschiedenis MEMO hoofdstuk 3 de tweede wereldoorlog 3 havo 3 Vwo. Samenvatting geschiedenis MEMO hoofdstuk 3 de tweede wereldoorlog 3 havo 3 Vwo. Samenvatting geschiedenis MEMO hoofdstuk 3 de tweede wereldoorlog 3 havo 3 Vwo
samenvatting geschiedenis memo hoofdstuk 3 de tweede wereldoorlog 3 havo 3 vwo
Written for
Secondary school
VWO / Gymnasium
Geschiedenis
3
All documents for this subject (4876)
Seller
Follow
Bernietarsha09
Reviews received
Content preview
Hoofdstuk 3 eerste wereldoorlog
Paragraaf 1 het nationaalsocialisme
DE NAZI-IDEOLOGIE
Na de Eerste Wereldoorlog was Duitsland boos over het Verdrag van Versailles, waarin ze veel land en koloniën verloren en
hoge herstelbetalingen moesten betalen. De democratische regering kon de problemen niet oplossen en sommige mensen
hadden weinig vertrouwen in de democratie. In 1920 werd de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP)
opgericht met Adolf Hitler als leider. De nazi's geloofden in één partij en één leider, nationalisme, militarisme,
anticommunisme en racisme (met name antisemitisme). Ze wilden een sterke leider die alle problemen oploste en alle
Duitsers samen in één staat. Ze verheerlijkten het soldatenleven en waren tegen de communistische klassenstrijd. Ze
geloofden in een superieur 'ras' en waren tegen vermenging met 'lagere' mensensoorten, zoals Joden en Roma en Sinti.
Nationaalsocialisme Politieke leer waarin fascistische ideeën zijn gecombineerd met racisme en antisemitisme.
Antisemitisme Haat tegen Joden.
Leidersbeginsel Het fascistische en nationaalsocialistische idee dat een organisatie of land moet worden geleid door één persoon en dat alle anderen die
persoon moeten gehoorzamen.
Roma en Sinti Oost-Europese volken die van oudsher een reizend bestaan hadden; vroeger vaak aangeduid met het scheldwoord ‘zigeuners’.
HITLER KOMT AAN DE MACHT
In 1920 werd de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP) opgericht. Pas na de economische wereldcrisis in
1929 kregen de nazi's meer aanhang en in 1932 werden ze de grootste partij van Duitsland. Op 30 januari 1933 werd Adolf
Hitler benoemd tot rijkskanselier en kreeg hij met de Rijksdagbrand de kans om de vrijheid van meningsuiting en
persvrijheid af te schaffen en de macht te grijpen met de machtigingswet, waardoor hij vanaf maart 1933 onbeperkte
macht in Duitsland had. De nazi's gebruikten slimme propaganda om hun ideeën te verspreiden en lieten partijleden
regelmatig in uniform op straat marcheren om hun macht te laten zien.
Machtigingswet Wet die aan Hitler de macht gaf om Duitsland zonder tussenkomst van het parlement te besturen.
LEVEN IN NAZI-DUITSLAND
Na het verkrijgen van alle macht verbood Hitler alle politieke partijen en liet politieke tegenstanders opsluiten in
concentratiekampen. De nazi's zetten knokploegen, politie en geheime diensten in om de burgers te controleren en
manipuleerden de media om hun ideeën te verspreiden. Alle verenigingen en vakbonden kwamen in handen van de nazi's
en jongeren konden alleen nog lid worden van de nationaalsocialistische jeugdvereniging, de Hitlerjugend. Toch waren veel
Duitsers tevreden met Hitler omdat hij de economie erbovenop bracht en de werkloosheid snel afnam door de dienstplicht
in te voeren, het leger op te bouwen en grootschalige investeringen te doen in de oorlogsindustrie. Door deze aanpak nam
de werkloosheid af van 30% in 1933 tot minder dan 7% in 1936. Hitler gaf de Duitsers hun trots terug en Duitsland werd
een totalitaire staat.
Concentratiekamp Kamp waar mensen die volgens een regering niet thuishoren in de samenleving, zonder proces worden opgesloten.
Indoctrinatie Het systematisch aanleren en opdringen van ideeën van een bepaalde groep of partij.
, Paragraaf 2 De Tweede Wereldoorlog
HITLERS BUITENLANDPOLITIEK
Vanaf 1933 vergrootte Hitler de macht van Duitsland in drie stappen. Ten eerste trok hij zich grotendeels terug uit het
Verdrag van Versailles, dat bepaalde dat Duitsland geen soldaten in het Rijnland mocht hebben. Ten tweede breidde hij het
Duitse Rijk uit door alle Duitssprekende gebieden toe te voegen. Hij viel Oostenrijk binnen in 1938 en eiste Sudetenland op,
het Duitstalige gedeelte van Tsjecho-Slowakije, dat hij kreeg tijdens de Conferentie van München in september 1938. Ten
derde bereidde hij de verovering van andere delen van Europa voor en sloot hij verdragen met Mussolini en Stalin. Door
het niet-aanvalsverdrag met Stalin had Hitler geen last meer van een belangrijke vijand bij zijn veroveringen. Dit alles
leidde uiteindelijk tot de Tweede Wereldoorlog.
Conferentie van München Bijeenkomst in 1938 waarbij Groot-Brittannië en Frankrijk toestonden dat Hitler Sudetenland innam, op voorwaarde dat
Hitler zou afzien van verdere veroveringen.
Asmogendheden Duitsland, Italië en Japan: de landen die elkaar tijdens de Tweede Wereldoorlog als bondgenoten steunden.
OORLOG IN EUROPA EN AZIE
Vanaf 1933 vergrootte Hitler de macht van Duitsland in drie stappen. Ten eerste trok hij zich grotendeels terug uit het
Verdrag van Versailles, dat bepaalde dat Duitsland geen soldaten in het Rijnland mocht hebben. Ten tweede breidde hij het
Duitse Rijk uit door alle Duitssprekende gebieden toe te voegen. Hij viel Oostenrijk binnen in 1938 en eiste Sudetenland op,
het Duitstalige gedeelte van Tsjecho-Slowakije, dat hij kreeg tijdens de Conferentie van München in september 1938. Ten
derde bereidde hij de verovering van andere delen van Europa voor en sloot hij verdragen met Mussolini en Stalin. Door
het niet-aanvalsverdrag met Stalin had Hitler geen last meer van een belangrijke vijand bij zijn veroveringen. Dit alles
leidde uiteindelijk tot de Tweede Wereldoorlog.
Tweede Wereldoorlog Oorlog van 1939 tot 1945 tussen de asmogendheden en de geallieerden.
Bezetting De verovering van een ander land en het overnemen van de macht in dat land.
Krijgsgevangene Militair die tijdens een oorlog door de tegenpartij gevangen wordt genomen.
Interneringskamp Kamp waar burgers of militairen zonder proces worden opgesloten om ze buiten de samenleving te houden; vergelijkbaar met een
concentratiekamp, maar dan meestal gebruikt voor Japanse kampen, bijvoorbeeld in Nederlands-Indië.
Geallieerden (Tweede Wereldoorlog) Bondgenootschap van Groot-Brittannië, de Sovjet-Unie, de Verenigde Staten, Canada en andere landen die
tijdens de Tweede Wereldoorlog tegen de asmogendheden vochten.
DE REACTIE VAN DE EUROPESE BEVOLKING
De Duitse verovering van delen van Europa leidde tot verschillende reacties onder de Europese bevolking. Overal waren
aanhangers van de fascistische of nationaalsocialistische ideologie te vinden. Sommige landen hadden zelfs fascistische
leiders aan de macht zonder bezetting door de Duitsers, zoals Spanje en Hongarije. In Frankrijk ontstond een bijzondere
situatie waarin Pétain, een held uit de Eerste Wereldoorlog, aan de macht kwam in het nog niet bezette deel van het land.
Hij sloot vrede met Hitler en steunde Duitsland in ruil daarvoor. Er waren echter ook mensen die actief verzet pleegden
tegen het fascisme en het nationaalsocialisme. Het verzet had weinig invloed op het verloop van de oorlog, maar heeft wel
allerlei acties van fascisten en nazi's verstoord en onderduikers geholpen. Ten slotte waren er veel Europeanen die zich
afzijdig hielden van de politiek en probeerden te overleven in tijden van schaarste, honger en geweld.
Collaboratie Samenwerking met de bezetter van een land.
Verzet Het actief tegenwerken van de bezetter.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Bernietarsha09. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.