Alle leerstof van het leerjaar 22-23 van de master informatierecht, het vak informatierecht. Uitgebreide samenvatting met jurisprudentie verbindingslijnen.
Ik heb een gemiddelde van 8,5 behaald voor dit vak.
1. Audiovisueelrecht
Het is vooral relevant om de achtergrond van de Richtlijn(en) te kennen en begrijpen, er ligt
minder nadruk op de specifieke bepalingen in de Richtlijn(en).
Algemeen
Waarom mediaregulering?
➔ Historische redenen, door technische ontwikkelingen
◆ Denk bijv. aan de drukpers
➔ Informatie als public resource
◆ Informatie moet toegankelijk zijn voor mensen, het moet in het belang van het
publiek gereguleerd worden.
➔ Schaarste van frequenties (zenders)
◆ Tegenwoordig bestaan er veel meer frequenties gezien de grote keuze aan
platforms e.d.
➔ Impact of invloed van de media
◆ De impact wordt gemeten aan de hand van maatstaven (bereik, manier
verspreiden).
➔ Legitieme doeleinden van de overheid
◆ Heeft de overheid een machtspositie bij het gebruik van media?
➔ Pluralisme verzekeren
◆ pluralisme informatiebronnen, media, belangrijk voor publiek debat
◆ tevens een positieve verplichting voor de staat? (Lentia)
◆ politieke gijzeling voorkomen met waarborgen zoals transparantie. Kan een
erg machtig middel zijn voor de overheid
➔ Marktredenen (mededinging, bescherming consumenten)
➔ Bevorderen informatievrijheid
◆ Het recht om informatie te zoeken, ontvangen en
delen/verspreiden/verzenden
De grootste redenen voor mediaregulering zijn toenemende convergentie van televisie- en
internetdiensten, de sindsdien nieuw ontstane types diensten en gebruikerservaringen, en
de convergentie tussen traditionele televisie-inhoud en nieuwe vormen van inhoud
waaronder user-generated content.
EHRM Lentia 1993
P. 38: The Court has frequently stressed the fundamental role of freedom of expression in a
democratic society, in particular where, through the press, it serves to impart information and ideas
of general interest, which the public is moreover entitled to receive. Such an undertaking cannot
be successfully accomplished unless it is grounded in the principle of pluralism, of which
the State is the ultimate guarantor. This observation is especially valid in relation to audio-
visual media, whose programmes are often broadcast very widely.
Artikel: Het medialandschap begraasd door wolven in schaapskleren?
Grote platforms willen uit zichzelf geen verantwoordelijkheid nemen voor de eventuele publieke rol
die zij tegenwoordig bekleden. Tegelijkertijd leidt de toenemende macht van de media tot gevolgen
voor de democratie en de rechtsstaat. Het internet kan, in tegenstelling tot wat men vorige eeuw
riep, een gevaar zijn voor de democratie. We worden gegijzeld door het internet.
, Beeldvorming en imago zijn belangrijker dan besluitvorming obv feiten. De oplossing moet niet
alleen uit het mededingingsrecht komen, er moet in internationaal verband een antwoord gevonden
worden om de samenleving te beschermen.
Soorten omroepen
Er bestaan omroepen op verschillende niveaus..
- nationaal, regionaal, lokaal, internationaal, transnationaal
Daarnaast bestaan er ook verschillende soorten omroepen:
★ Publieke omroep: een omroep die wordt gefinancierd door de overheid en bestuurd
door een mandaat vanuit de overheid. Het doel is dat alle groepen in de
maatschappij bediend worden door het aanbod vd publieke omroep.
○ Kenmerken: betrouwbaarheid, objectiviteit, pluraliteit
★ Commerciële omroep: omroepen bestuurd door commerciële partijen.
○ Denk aan SBS, Talpa, RTL
★ Community omroep: een omroep georganiseerd voor gemeenschappen, ze hebben
een educatieve rol.
○ Denk aan lokale en regionale media (bv. RTV Utrecht).
De publieke omroep
De publieke omroep heeft belangrijke kenmerken:
➔ Geografisch beschikbaar / universeel content
➔ Belangstelling voor nationale identiteit en cultuur
➔ Belangstelling voor identiteiten en culturen van minderheden
➔ Onafhankelijkheid van diverse belangen (bijv. politiek, commercieel, religieus)
➔ Onpartijdigheid van programma’s
➔ Grote verscheidenheid van programma’s
➔ Financiering van overheid en/of kijk- en luistergeld.
Het idee is dat deelnemende omroepen elk specifieke doelgroepen proberen te bereiken.
Ze hebben kort gezegd de ‘duty to inform, educate and entertain’.
● Grote verscheidenheid is belangrijk voor een holistische aanpak.
● Echter, kan ‘entertain’ onder druk komen te staan in een recessie, dit kan dan
worden opgevangen door commerciële omroepen.
Lidstaten hebben het recht om het publieke omroepstelsel op nationaal niveau vorm te
geven, omdat elke culturele, sociale en democratische benodigdheden anders zijn.
Meer hierover in het Mediarecht onder 2.
,Regelgevingsaanpak
Waar er in het verleden meer sprake was van traditionele regelgeving is dit nu verschoven
naar alternatieve regelgevingstechnieken.
- Lighter touch regelgeving = zonder de ‘heavy hands’ van de overheid, maar met
de lighter touch van de maatschappij.
De traditionele regelgevingsaanpak waarbij vooral de staat de touwtjes in handen heeft,
wordt nu meer de vorm van zelfregulering. Dit is geen pure zelfregulering door platforms,
maar regulering op een breder vlak. Denk bijvoorbeeld aan de Raad van Journalistiek.
- Er ontstaat een ruimte waarbinnen actoren (deels) zelf kunnen bepalen wat de
geldende normen zijn zonder juridische binding.
- Voordelen:
➔ Het creëert een draagvlak binnen een bepaalde sector
➔ Snellere implementatie, er hoeft geen wetgevingsprocedure doorlopen
➔ Er kan gebruikt worden gemaakt van de expertise van de platforms
- Nadelen:
➔ Het is niet juridisch bindend, dus niet iedereen sluit aan.
➔ Is de toezicht door de platforms zelf wel betrouwbaar?
➔ Gebrek aan democratische rechtvaardiging.
➔ Pure vorm van zelfregulering kan vertroebeld worden: zelfregulering ontstaat
om regulering van overheid te voorkomen, zelfs zonder echte ingreep vd
overheid wordt vaak rekening gehouden met de wensen vd overheid. Er
bestaat een dunne scheidslijn met co-regulering.
Daartussenin heb je ook nog co-regulering: hierbij heb je enerzijds de deskundigheid van
de wetgever en anderzijds de expertise uit de sector zelf. Doordat het nog steeds niet
juridisch bindend is, krijg je nog steeds echter niet altijd alle partijen mee.
- Bijvoorbeeld de oude Code of Practice Against Disinformation was eerst een puur
zelfregulerend mechanisme, maar na een review bleek dat het krachtiger zou worden als het
een co-regulerend initiatief zou worden. Dit is gebeurd en nu is de Code omgezet naar de
Strengthened Code of Practice Against Disinformation.
- Tevens: in art. 4 bis AVMD wordt zelfregulering en co-regulering aangemoedigd door
de Commissie.
, Richtlijn Audiovisuele Mediadiensten (AVMD)
De Richtlijn werd in eerste instantie opgesteld om tegen de concurrentie vanuit Hollywood
op te kunnen boksen. Er was behoefte aan ‘European champions’.
● De Richtlijn voorziet in minimumharmonisatie, het staat lidstaten vrij om strengere
regels op te stellen.
Enkele uitgangspunten:
- Wenselijkheid van een ‘shared European audiovisual space’
- Economische, culturele en andere doeleinden
- Vrij verkeer van audiovisuele mediadiensten
- Minimumharmonisatie op de door de Richtlijn gecoördineerde gebieden
- Er geldt een ‘graduated’ of ‘tiered regulation’: een gelaagde regulering die wisselt per
soort audiovisuele mediadienst.
Land van Oorsprong principe = wetgeving uit het land van oorsprong is van toepassing.
➔ Dit is een van de belangrijkste principes uit de Richtlijn,
➔ Het maakt het aantrekkelijker om ook in andere Europese landen uit te zenden.
➔ Het doel was het creëren van een gelijk speelveld.
De Richtlijn past binnen de rest van de nieuwe lijn van Europese wetgeving over digitale
diensten. Denk aan:
- Europese verdragen & Handvest
- AVMD Richtlijn
- DMA
- DSA
- Voorstel anti-SLAPP richtlijn
Definities na wijziging
Televisieomroep of televisie-uitzending (art. 1 lid 1e)
- een lineaire audiovisuele mediadienst, ‘push technology’
- Gelijktijdig bekijken obv een programmaschema
Audiovisuele mediadienst op aanvraag (art. 1 lid 1g)
- Een niet-lineaire audiovisuele mediadienst
- On-demand services, ‘pull technology’.
- Bekijken op door de gebruiker gekozen moment obv door aanbieder van
mediadiensten geselecteerde programmacatalogus.
Videoplatformdienst (art. 1 lid 1a bis)
- Het hoofddoel vd dienst of een daarvan losstaand gedeelte of een essentiële functie
vd dienst bestaat uit het aanbieden van programma’s, door gebruikers gegenereerde
video’s, of beide, aan het algemene publiek, zonder redactionele
verantwoordelijkheid, maar wel met organisatorische controle, o.m. met algoritmen.
Met name door weergeven, taggen en rangschikken
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noahxsting. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.23. You're not tied to anything after your purchase.