100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting buiteNLand; Klimaat en Landschap. Havo/Vwo 4 $3.38   Add to cart

Summary

Samenvatting buiteNLand; Klimaat en Landschap. Havo/Vwo 4

 21 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Dit is een uitgebreide samenvatting van hoofdstuk 3 uit het boek buiteNLand. Dit gaat over het hoofdstuk Klimaat en Landschap. Het is een samenvatting die klopt en gecontroleerd is door docent Aardrijkskunde. Er zijn meerdere verwijzingen naar het boek in de samenvatting zodat het duidelijk bli...

[Show more]

Preview 2 out of 12  pages

  • February 20, 2023
  • 12
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
§ 3.1. Wereldwijde luchtstromen
Na een warme zomerdag komt ‘s avonds vaak een flinke regenbui. Hoe zit dat?
Hoe luchtstromen zich gedragen, hangt samen met 1) de natuurkundige wet dat warme lucht
stijgt en koude lucht daalt/zakt.
2) Verder is van belang dat je weet dat warme lucht meer vocht kan vasthouden dan koude
lucht (daarom is het in de tropen niet alleen warm maar ook heel vochtig > water kan prima
in warme lucht ‘zitten’).
Een warme zomerdag in Nederland
Warme lucht zet uit > minder luchtdeeltjes per volume-eenheid > weegt dus minder > drukt
minder zwaar op het aardoppervlak = lagedrukgebied.
Lucht in een lagedrukgebied stijgt makkelijker op, want het is niet zwaar.
De aarde heeft geen plafond waartegen de opstijgende lucht kan aanbotsten, maar hoe
hoger de warme lucht komt > hoe lager de luchtdruk wordt (dus nog lager dan bij het
opstijgen) > door het lager worden zet de lucht nog verder uit > er is echter geen bijkomende
warmte meer om de temperatuur op peil te houden en dus > koelt de lucht af, hoe hoger hij
komt. En nu zakt de lucht weer, maar (regel 2!) koude lucht kan water minder goed
vasthouden en daarom gaat het regenen, in de middag of avond van een warme zomerdag.
Min of meer hetzelfde als hierboven beschreven, gebeurt op grote schaal boven de
aarde.
Rondom de evenaar (0 graden op de aardbol) is de lucht het meest warm. Waarom? Omdat
daar de zon hoog aan de hemel staat (zo recht mogelijk ten opzichte van de aarde staat) en
daarom grote zonkracht heeft.
Rond de evenaar (andere naam daarvoor is equator!) wordt dat lagedrukgebied ‘equatoriale
lage luchtdruk’ of ITCZ genoemd. ITCZ = InterTropische ConvergentieZone.
Let op: deze ligt niet altijd precies op 0 graden, maar soms iets noordelijker en soms iets
zuidelijker (straks in paragraaf 2!)
Eenmaal opgestegen, koelt de lucht af (net als hierboven beschreven en aan de einde van
de dag regent het dus veel > tropisch gebied: warme en nat) en stroomt gedeeltelijk zijwaarts
af, dus richting de Noordpool en de Zuidpool: als de lucht aankomt op ongeveer 30 graden
van de aardbol, zowel noordelijk (noorderbreedte, NB) als zuidelijk (zuiderbreedte, ZB) (dat
is ter hoogte van wat wij de woestijn noemen), is de lucht zover afgekoeld dat hij weer gaat
zakken > de lucht is zwaar en drukt hard op het aardoppervlak > = hogedrukgebied.
Er gebeurt het tegenovergestelde van wat op de evenaar (0 graden) gebeurt: de lucht daalt,
warmt op en is gortdroog (we zijn in de woestijn…).
Eenmaal aan de grond ‘splitst’ de lucht zich.
a) Een deel stroomt terug richting de evenaar (en daar begint de cyclus van opwarming,
stijging etc. weer opnieuw);
b) Een deel stroomt juist verder weg bij de evenaar, nog meer richting de zuidpool en de
noordpool. Door de woestijn en de tropen warmt de lucht dan weer op. Rond 60
graden noorderbreedte en zuiderbreedte (dus aan 2 kanten van de aardbol), stijgt de
warme lucht weer op, omdat de luchtstroom daar de tegen de koudemuur/
koudestroom van de Noordpool en Zuidpool aanbotst.

, Zoals hierboven uitgelegd, vormt zich bij opstijgende warme lucht een lagedrukgebied,
en rond 60 graden NB of ZB betekent een lagedrukgebied veel regen en wind (dat
kennen wij in Nederland maar al te goed.
Op 60 graden NB of ZB splitst de lucht zich weer (maar nu in de hoogte), net als
gebeurde op 30 graden NB en ZB, maar toen op de grond. Een deel van de gesplitste
lucht, gaat terug naar de 30 graden NB of ZB, en een deel drijft vanaf de grote hoogte
verder door richting de polen.
De lucht boven de polen is ijskoud. Koude lucht is zwaar en daalt: er ontstaat een
hogedrukgebied > en die koude lucht stroomt weer terug richting de 60 graden NB/ZB.
Al deze luchtstromen bij elkaar noemen we: atmosferische circulatie of grote
windsystemen.
a) Vanaf de Noord en Zuidpool richting de 60 graden NB en ZB waaien de poolwinden
(vanaf hogedruk op de polen richting lagedruk op 60 graden)
b) Vanaf de 30 graden NB/ZB richting de 60 graden NB/ZB waaien de westenwinden
(vanaf hogedruk op 30 graden richting lage druk op 60 graden)
c) Vanaf 30 graden NB richting de evenaar waait de noordoostpassaat (vanaf
hogedruk op 30 graden NB naar lagedruk rond de evenaar)
d) Vanaf 30 graden ZB richting de evenaar waait de zuidoostpassaat (vanaf hogedruk
op 30 graden ZB naar lagedruk rond de evenaar).


Wet van Buys Ballot (= coriolis-effect)
!! Lucht stroomt van hogedruk naar lagedruk (ezelsbruggetje> net als water van hoog naar
laag stroomt) > dit stromen voelen wij als wind.
Wind stroomt echter niet in een rechte lijn van hoog naar lagedruk.
Er zit een afwijking in, de wiskundige Buys Ballot heeft dat ontdekt en daarom heet de
natuurkundige wet die die afwijking beschrijft, de wet van Buys Ballot.
Dat hangt samen met het feit dat de aarde draait. Net als in een draaimolen heb je te maken
met verschil in snelheid (van de draaiing) afhankelijk van de vraag of je dicht bij het
middelpunt of aan de rand van de draaimolen staat. De draaiing voelt het snelst aan de
rand/buitenkant van de draaimolen!
Iets vergelijkbaars gebeurt bij de aarde; daar zijn de Noord- en de zuidpool eigenlijk het
midden van de draaimolen. Hoe verder weg bij de polen, hoe sneller de draaiing gaat.
Onthouden:
1) Vanaf de Zuidpool bekeken, draait de aarde met de klok mee, en buigt de wind naar
links af. Op het zuidelijk halfrond waaien de oostenwinden.
2) Vanaf de Noodpool bekeken, draait de aarde tegen de klok in en buigt de wind naar
rechts af. Op het noordelijk halfrond waaien de westenwinden.
3) Rond de evenaar (de buitenste rand van de draaimolen) waait aan de noordelijke
rand de noordoostpassaat (zie ook hierboven) en aan de zuidelijke rand de
zuidoostpassaat.
Lees/leer de samenvatting en kijk goed naar bron 4 en 6. Onthoud goed waar je de
+++++ en waar de -------- staan, bij welke breedtegraad. + is hogedrukgebied en – is
lagedrukgebied.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller luukvolkerink. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.38. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77764 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.38
  • (0)
  Add to cart