100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Breuklijnen Politieke Geschiedenis van België $8.64   Add to cart

Summary

Samenvatting Breuklijnen Politieke Geschiedenis van België

 201 views  9 purchases
  • Course
  • Institution

Zelf geschreven samenvatting van de breuklijnen, gebaseerd op de lessen en de oplossingen van voorbije examens. Alles wat je moet kennen van de breuklijnen om te slagen als je leert in combinatie met de lessen.

Preview 4 out of 31  pages

  • February 20, 2023
  • 31
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
H1: 1830-1848
SOCIO-ECONOMISCH

De Belgische Grondwet is opgesteld door de burgerij en grootgrondbezitters. Ze willen
beiden hun belangen veiligstellen.
Er is een coalitieverbod, dat wil zeggen dat het strafbaar is om samen te onderhandelen over
de loon of arbeidsvoorwaarden en omstandigheden. Daarnaast is het ook strafbaar om te
staken. Er is een vrije markt of nachtwakerstaat. De overheidsinterventie is beperkt, in het
parlement moeten de verkozenen van de gegoede klasse erover waken dat er niet wordt
tussengekomen in de vrijheden die in de Grondwet zijn vastgesteld. Door het cijnskiesrecht
kunnen enkel de rijkere mensen verkozen worden en stemmen.

Dit beleid heeft een invloed op verschillende aspecten.
In de eerste plaats domineert tijdens het unionisme de conservatief-katholieke politiek van
de grootgrondbezitters. Ze gaan de import van graan uit het buitenland afremmen,
waardoor de graanprijzen hoger blijven, die de basis vormen van de inkomsten van de
grootgrondbezitters. De overheid legt wel wegen en spoorwegen aan en probeert
handelsverdragen af te sluiten, maar dit lukt vaak niet door de opgelegde neutraliteit.

Er ontstaan NV’s. Hierdoor ontstaan er concentraties van kapitaal. De rechtspersoonlijkheid
zorgt ervoor dat aandeelhouders niet zelf failliet gaan als de onderneming over kop gaat,
want ze verliezen maximum hun inleg.
De Société Générale kent een bloeiend bankwezen in deze periode. Ze werd aanvankelijk
opgericht door Willem I met als doel de groei van de welvaart van de Zuidelijke Nederlanden
te stimuleren. Na de revolutie van 1830 werd het bedrijf Belgisch. De SG investeerde veel in
spoorwegen en kanalen. Ze fungeerde als nationale bank, tot de oprichting van de Nationale
Bank van België in 1850. De NBB had als centrale doel de monetaire stabiliteit, waardoor de
SG zelf meer risico’s kon nemen.

Er doet zich evenwel een grote transformatie van de economie voor, die ook de
grootgrondbezitters niet kunnen tegenhouden. De industrialisering zorgt voor een
verschuiving van de economische activiteit, ze gaat weg van de havens (Antwerpen, Brugge,
… ) naar de grondstoffen in Wallonië. Al in de Napoleontische periode en onder Willem I
gebeurde de ontginning van steenkool en ijzererts in Wallonië op industriële schaal.
Dit zorgt voor een groter economisch belang van Henegouwen en Luik. Ze krijgen meer
inwoners en er komt industrie en verstedelijking in plaats van platteland.

Vlaanderen wordt getroffen door een dubbel probleem.
Ten eerste de concurrentie van goedkopere producten uit fabrieken die gemakkelijker en
goedkoper te maken zijn door machines dan handwerk. De extra inkomsten van
huisnijverheid vallen weg.
Ten tweede wordt vlaanderen gertoffen door een hongersnood door de aardappelcrisis.
Dit versterkt de plattelandsvlucht. De industriële centra in Vlaanderen trekken inwonders
aan. Daarnaast trekken ook veel mensen naar Luik, Verviers, Charleroi en zelfs Noord-
Frankrijk.

,In het parlement vinden we enkel de burgerlijke en adellijke klassen, maar dat betekent niet
dat er geen contestatie is.
Bij de intellecturelen komen schrijvers Fourier, Saint-Simon en Baboeuf naar voor als de
“vroeg”-socialisten. Fourier streefde naar een zelfvoorzienende gemeenschap. Saint-Simon
wilde dat de samenleving collectief wordt bestuurd en gelooft in de planmatige vooruitgang.
In België hebben deze intellectuele stromingen moeite om door te breken bij de arbeiders,
terwijl deze stroming bij de studenten aan de ULB wel succes heeft.

Het grootste sociale probleem zijn de arbeiders, maar zij kunnen niet lezen, dus die ideeën
komen niet door bij hen. Kats slaagde er wel in om hen op kleine schaal politiek bewust te
maken. Hij werd bekend door zijn toneelstukken en werken over de politieke problemen in
de Belgische samenleving. Hierdoor konden ze na zijn tentoonstelling erover discussiëren.
Hij voerde jarenlang actie. Het syndicalisme en vakbonden in België vinden hun oorsprong in
de industrialisatie. In 1857 werd de “Broederlijke maatschappij der Wevers” opgericht.

Leopold I blijft een Ancien Regime-figuur. Leopold heeft door zijn achtergrond wel nog veel
feitelijke macht, waardoor hij de GW kan interpreteren in eigen voordeel. De Koning heeft
volgens onze GW in principe geen macht als zijn handelingen niet gesteund worden door
een minister. Hierdoor zal hij bv. de Ministers zelf benoemen.
Hij zal zich aansluiten bij de Katholieken omdat zij de meeste macht uitoefenen op
maatschappelijk vlak, maar steunt wel de Société Générale en de industrie.
Hij sleutelt aan de Gemeentewet en verkrijgt dat de burgemeesters benoemd moeten
worden na gemeenteraadsverkiezingen. In 1842 slaagt hij er ook in om burgemeesters
buiten de raad te benoemen. Hij slaagt erin omdat er orangisten zijn in de steden.

In Frankrijk breekt in 1848 de Februarirevolutie uit. De liberale regering Rogier/Frère-Orban
heeft schrik voor een revolutie in België. Ze vinden dat als de middenklasse geen reden heeft
om te protesteren dan is er niemand om de massa van arbeiders te mobiliseren. De regering
voert een aantal aanpassingen in.
Ten eerste komt de gelijkschakeling van de kiescijns tussen stad en platteland, waardoor de
middenklasse meer politiek actief wordt.
Daarnaast wordt de zegelbelasting afgeschaft, waardoor de pers kan bloeien en ook
Nederlandse kranten verspreid kunnen worden en wordt de groep die politiek mee kan doen
groter.
Vervolgens schaffen ze het ambtenaren- en magistratenparlement af, waardoor de greep
van de uitvoerende op de wetgevende macht wegvalt.
Tenslotte wordt de kieswijkenwet afgeschaft. Hierdoor is de liberale meerderheid mogelijk.

,H1: 1830-1848
LEVENSBESCHOUWELIJK

Essentieel in deze breuklijn was dat de Grondwet een compromis was tussen katholieken en
liberalen. De kerk organiseert haar macht onder de vlag van de rechten & vrijheden
(onderwijs, vereniging, godsdienst, …) maar moet toegeven op vlak van het recht op de
bescherming van de vrijheid van meningsuiting, dus dat men kritiek op de kerk mag geven.

Onder het Unionisme wisten de katholieken hun greep op het werkelijke land uit te breiden
via o.a.
- liefdadigheid;
- onderwijs, zoals bv. de Wet Nothomb 1842, waarbij de gemeenten bevoegd zijn, dus
domineren op het platteland katholieke scholen en geven priesters les zonder
diploma;
- de afschaffing van de Rijksuniversiteit Leuven, vervangen door KUL;
- de Gemeentekieswijkenwet van 1842, waardoor in grote steden de katholieken
geholpen worden door kiesdistricten te scheppen, waarin hun kiezers gegroepeerd
worden;
- differentiële kiescijns, waardoor er minder stemgerechtigden zijn in de steden;
- controle op het theater en de zegelbelasting.

De liberalen reageren hiertegen. In 1846 ontstaat de liberale partij als verzamelpunt voor
iedereen die problemen heeft met de macht van de Kerk als instituut. Hun programma legt
ten eerste de focus op de kiescijns gelijk te trekken. Hierdoor willen ze de middenklasse
aantrekken tot de liberale partij. Verder willen ze de kieswijkenwet afschaffen, neutraal
onderwijs uitbouwen en de toestand van de arbeiders verbeteren.
In 1847 verkrijgen ze de absolute meerderheid. In 1848 voeren ze hun programma uit, en
schaffen ze het ambtenaren- en magistratenparlement af, samen met het dagbladzegel.

, H1: 1830-1848
COMMUNAUTAIR

België kent een lange periode van verfransing. Eerst was er het Oostenrijks bewind, daarna
de Franse periode. Ook Vlaamse elites spreken dus Frans. Het Nederlands was de
“volkstaal”. De taalpolitiek van Willem I stond in conflict met de elites.
De Belgische GW van 1830-31 had de taalvrijheid opgenomen. In praktijk was Frans de enige
officiële taal. Het Frans was cultureel dominant.
Er kwam een degradatie van de Nederlandse literatuur, toneel, etc. Het behoud ervan was
folklore. Dit zorgde ervoor dat de hoofdstad Brussel verfranste.

Echter was er verzet, literatoren deden de taal overleven. Bv. in Gent door Jan-Frans Willems
of Henri Conscience en Theo Van Rijswijk in Antwerpen. Maar daar bleef het dan bij. Ze
hadden weinig prestige, doordat het Nederlands een laag sociaal prestige kende en dankzij
de connotatie met het orangisme. Daarnaast had het Nederlands ook weinig contact met de
volksmassa. Er was namelijk geen link tussen taal en sociaal aspect. Er ontstond dus ook
geen derde partij naast de katholieke en liberale.
In 1840 startte kannunik David in provincieraden een petitieactie. Deze petite had als doel
om het Nederlands te gebruiken naast het Frans.
De Vlaamse Beweging was gematigd. Men had respect voor de instellingen en men was
bereid om conflicten door vreedzame middelen op te lossen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller michalinapaprocka. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.64. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.64  9x  sold
  • (0)
  Add to cart