100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
GPSP uitgeschreven quizzes $3.30   Add to cart

Other

GPSP uitgeschreven quizzes

1 review
 38 views  6 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Na elke week een college volgende een quiz over de betreffende stof. Deze heb ik uitgewerkt inclusief antwoorden, voor een extra punt bovenop je tentamen! :)

Preview 2 out of 10  pages

  • February 21, 2023
  • 10
  • 2022/2023
  • Other
  • Unknown

1  review

review-writer-avatar

By: kellysamiraa • 9 months ago

avatar-seller
Quiz 1
Vraag 1. (Uit lezing 1). Europese democratieën hebben, op enkele uitzonderingen na, bepaalde
kenmerken waaraan ze te herkennen zijn. Welke van de volgende kenmerken zijn wel en niet
herkenbaar in de meeste Europese democratieën zoals beschreven door Costello en Robinson? Zet
bij de uitspraken waar (herkenbaar) of onwaar (niet herkenbaar).
 Een parliamentary systeem: Waar
 Een presidential systeem: Niet waar
 Een liberale democratie: Waar
 Een verzorgingsstaat: Waar
Vraag 2. (Van lezing 1 & 2). Politiek was niet altijd zo'n populair onderwerp als nu. In de jaren '90, na
het einde van de Koude Oorlog, heerste het idee dat politiek saai was. Waarom was dat, volgens de
inleiding van Costello & Robinson? Zet de onderstaande uitspraken in de juiste chronologische
volgorde van 1-6.
 Aangezien de politieke elite en hun partijen het er allemaal over eens waren dat dit moest
gebeuren, ontstond er een algemene consensus, waaruit het idee van een "partijkartel"
voortkwam. 4
 Daarom heerste het kapitalisme en werd het alom gevierd. 2
 Nu er veel meer polarisatie is dan in de jaren '90, is het logisch dat de belangstelling van de
kiezers voor de politiek weer toeneemt. 6
 Na het einde van de Koude Oorlog was het duidelijk dat het communisme had verloren. 1
 Dit leidde tot de wijdverbreide omarming van de vrije markt, dat wil zeggen vrije
economische concurrentie tussen bedrijven en minder regulering of bemoeienis van
overheden. 3
 Omdat de politieke partijen het over zoveel eens waren, leken ze vanuit het perspectief van
de burgers veel op elkaar. En omdat er minder te kiezen viel, verminderde de belangstelling
voor de politiek. 5


Vraag 3. In lezing 2 bespraken we de zogenaamde "modellen van kapitalisme". Welke van de
onderstaande uitspraken over deze modellen van kapitalisme zijn waar, en welke niet? Juiste match.
 Kapitalismemodellen beschrijven de verschillende manieren waarop regeringen en burgers
in het algemeen met hun economie omgaan. Waar
 Of een land tot een bepaald model van kapitalisme behoort, hangt onder meer af van de
manier waarop het zijn verzorgingsstaat heeft georganiseerd. Waar
 Of een land tot een bepaald model van kapitalisme behoort, hangt niet af van de manier
waarop de regering van dat land haar markteconomie regelt. Niet waar
 Van de verschillende modellen van kapitalisme staat het Angelsaksische model voor een
maximum aan overheidsregulering in de economie. Het is dan ook het model dat het minst
lijkt op wat "neoliberalisme" wordt genoemd. Niet waar


Vraag 4. In college 2 bespraken we de financiële crisis in Europa en de toename van de impact van
die crisis door internationalisering en neoliberalisme. Zet de uitspraken over de invloed van het
neoliberalisme in de juiste chronologische volgorde van 1-5, te beginnen met de ruwe definitie
ervan.
 "Let's make some money whataya say", frauduleuze CDO's... 4

,  Toename van het economisch verkeer & toenemende onderlinge afhankelijkheid van
financiële instellingen 3
 Implosie en crisis van het systeem 5
 Vertrouwen in de vrije markt als organisatievorm van het economisch verkeer, overal ter
wereld, politiek gehandhaafd/afgedwongen. 1
 Minder regelgeving en toezicht, minder politieke invloed 2


Vraag 5. In lezing 2 bespraken we kort het voorbeeld van Tata Steel in Nederland. Als fabrikant van
staal veroorzaakt het veel luchtvervuiling en ziekte. Er werd een beroep gedaan op de overheid om
in te grijpen. Match de onderstaande hypothetische scenario's met de meest passende variant van
kapitalisme, zoals besproken in Costello en Robinson (Hoofdstuk 12). Merk op dat het aanhangen
van een model van kapitalisme niet betekent dat er in dit geval maar één logische handelwijze is.
 De regering benadrukt het belang van een vrije markt en wijst op werknemers en buren van
Tata om zelf tot een akkoord te komen. Anglo-Saxon
 De regering nationaliseert Tata om snel duurzamere productiemethoden in te voeren,
omdat zij gewend is dergelijke ingrepen te doen als de situatie daarom vraagt. Continental
 De regering stelt een onderhandeling voor tussen de betrokken partijen onder haar eigen
toezicht, en benadrukt het belang van partnerschappen tussen de civiele samenleving, het
bedrijfsleven en de overheidssector. Continental
 De regering probeert Tata over te halen om op groenere productiemethoden over te
schakelen door te wijzen op het feit dat het bedrijf geen hoge belasting hoeft te betalen en
verantwoordelijkheid moet nemen voor de gezondheid van zijn werknemers en buren.
Nordic


Quiz 2
Vraag 1. Welke uitspraak over bestuur is onjuist? Juiste match. (Uit colleges 2 (!) & 3).
 Bestuur gaat uiteindelijk over het organiseren van ingrepen in de sociale, culturele, politieke
en economische realiteit. juist
 Bestuur komt altijd democratisch tot stand. onJuist
 In de mandaattheorie moet bestuur worden gevormd en geformuleerd binnen de politieke
uitvoerende macht, en uitgevoerd en geïmplementeerd door het ambtenarenapparaat. Juist
 In de geïnternationaliseerde wereld van vandaag is bestuur nog steeds bedoeld om moreel
gewenste resultaten te garanderen, maar dit wordt moeilijker door de enorme onderlinge
afhankelijkheid van staten. Juist


Vraag 2. (From lecture 3). Which of the statements below are correct descriptions of (attributes of)
the principal-agent problem? Match the statements with either true or false.
 In het principaal-agent probleem is er een informatie-asymmetrie tussen de principaal en de
agent, waardoor de principaal niet kan weten wat de agent doet en omgekeerd. Juist
 Binnen het principaal-agent probleem gaat het bij negatieve selectie om agenten die kiezen
waarnaar zij willen handelen, in plaats van te luisteren naar de principaal. onJuist
 Binnen het principaal-agent probleem betekent moreel risico dat agenten andere belangen
hebben dan hun principalen en hun eigen belangen nastreven in plaats van hun principalen.
Juist

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kimvanringen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.30. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78998 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.30  6x  sold
  • (1)
  Add to cart