,Hoofdstuk 1
1.1 De definitie van drugs
Drugs zijn voor genot, plezier en opwinding. Ook ruzie, straf en dood. Er is dus een positieve en
negatieve kant aan alcohol en drugs.
Definitie van drugs: stoffen die het normale functioneren van ons CZS beïnvloeden, zonder dat
daarvoor een medische indicatie is.
Er is pas sprake van drugs als invloed door gebruiker gezocht wordt zonder een medisch doel. De
gebruiker zoekt doelbewust effect.
1.2 Soorten drugs naar effect
Drie soorten drugs als ze worden ingedeeld naar het effect dat ze hebben op het bewustzijn
1. Verdovende middelen. Zorgt voor kalmte, blijheid en vermindert angst. Denk aan alcohol,
morfine en heroïne.
2. Stimulerende middelen. Zorgt voor energie, alertheid en opgewekt zijn. Denk aan nicotine,
cafeïne en cocaïne.
3. Hallucinerende middelen. Vormen veranderen, kleuren worden intenser, gebruiker kan zelfs
dingen zien die er niet zijn. Denk aan lsd, paddo’s en andere soorten planten die hiervoor
zorgen.
De indeling van effecten door drugs is niet helemaal correct. Drugs geven vaak meerdere effecten en
de effecten hangen weer af van de dosis. Denk aan wiet die in hoge dosis tripeffecten kan geven. De
effecten hangen ook af van de set en setting. Set wordt gezien als de persoonlijke eigenschappen van
de gebruiker denk aan lichamelijke conditie. Setting wordt gezien als de omgeving waarin gebruikt
wordt zoals thuis.
1.2.1 Gedragingen
Ook door bepaalde gedragingen kunnen mensen in een gevoel terecht komen die je ook kunt krijgen
van drugs. Als je bijv. lang aan het hardlopen bent, maken je hersenen stoffen aan die lijken op
heroïne, het is alleen minder schadelijk.
Er bestaan ook gedragingen die net zo schadelijk kunnen zijn als drugs en alcohol. Denk aan gamen,
gokken etc.
1.4 Redenen en motieven voor drugsgebruik.
Redenen om met gebruik te beginnen ( omgevingsfactoren en persoonlijke factoren hebben hier
grote invloed op):
- Nieuwsgierigheid
- Er bij willen horen
- Positieve houding tegenover drugs.
Redenen om door te gaan met gebruik zijn er in positieve- en negatieve wijze (persoonlijke factoren
hebben een grote rol in het doorgaan met gebruik):
Negatieve redenen: om lekkerder in je vel te zitten, om te kunnen slapen en gebruik als
kalmeringsmiddel.
3
, 1.5 Type gebruikers
1. Experimentele gebruiker. Er is geen vast patroon en nieuwsgierigheid zorgt voor de gebruik
naar de druk
2. Recreatieve gebruiker. Kent het effect en gebruikt om stemmingswisseling te krijgen. Er zit
nog onregelmaat in het gebruik.
3. Gewoontegebruiker. Heeft een bepaald patroon maar het gebruik heeft geen verdere
gevolgen voor het leven van de gebruiker.
4. Excessieve gebruiker. Gebruikt veel en regelmatig, heeft duidelijke gevolgen voor de
omgeving van gebruiker. Er ontstaat een duidelijke verlangen.
5. Verslaafde gebruiker. Verlangt naar gebruik en heeft hier bijna geen weerstand meer tegen.
Het gebruik heeft invloed op het leven waarbij de gebruiker gewoon doorgaat.
1.6.1 De opname
De snelheid waarmee drugs de hersenen bereiken bepaalt het verslavend effect. De snelheid van het
effect hangt af waar de drugs terechtkomen: eerst in de grote of meteen in de kleine bloedsomloop.
Drugs kunnen op verschillende manieren in het bloed terecht komen:
- Eten, drinken of slikken
- Roken/ inhaleren
- Spuiten
- Snuiven
- Absorberen via de huid
1.6.2 Over het lichaam
Eenmaal in de bloedbaan bereiken de drugs organen, weefsel en lichaamsvocht. Daar worden ze of
genegeerd, opgeslagen, afgebroken of beïnvloeden juist de werking van het orgaan.
Het effect van het gebruik ligt aan de hoeveelheid bloed dat aanwezig is in het lichaam. Zo heeft het
gewicht ook invloed. Hoe minder bloed, hoe erger het effect is. De hersenen worden door de bloed-
hersenbarrière beschermd zodat bijv. virussen er niet doorheen gaan. Alcohol en drugs kunnen hier
wel doorheen.
1.6.4 Afbraak
Via de lever worden de drugs afgebroken of wordt de structuur verandert. Die verlaten het lichaam
dan weer via urine.
Belangrijke factoren die van invloed zijn op de afbraaksnelheid:
- Leeftijd, hoe jonger hoe beter de afbraak
- Etniciteit
- Gezondheid
- Sekse, vrouwen hebben een sneller en hoger promillage dan mannen
1.6.5 Uitscheiding
Na de lever worden afbraakstoffen uitgescheiden door de nieren, maar ook door transpiratie en
ademhaling. De zuivering vindt plaats in de nefronen in de nieren. Door de hoge bloeddruk gaan
belangrijke stoffen door de wand heen en eventueel weer aan het bloed terug gegeven. Minder
belangrijke stoffen worden zo uitgescheiden.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isabellaleenaars. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.92. You're not tied to anything after your purchase.