Samenvatting van alle lessen Fysiologie A van Bachelor 2 Diergeneeskunde. Bevat belangrijke figuren uit de lessen. Leerstof van de practica zit verwerkt in de samenvatting. Ik heb met deze samenvatting een 15/20 behaald.
Hoofdstuk 1: Basisbegrippen
Diffusie = passieve beweging van moleculen van een hoge naar een lage concentratie
= belangrijkt transportmechanisme op KORTE afstand (bulk transport via
bloedbaan → laatste deel = diffusie)
→ ideale grootte van de cel is gelimiteerd
diffusie is het resultaat van willekeurige bewegingen
Wet van Fick:
C 1−C 2 C 1−C 2
Q=DA =concentratiegradient
L L
Q = transport-intensiteit
D = diffusiecoëfficiënt = karakteristiek substantie in bepaald milieu bij bepaalde temperatuur
A = dwarse doorsnede waar de diffusie plaatsgrijpt
C 1 , C 2 = concentratie op twee locaties
L = afstand tussen locaties
⇒ grote L → kleine Q
Osmose
= water transporteert tot water concentraties hetzelfde zijn/opgeloste stof trekt
het water naar zich toe ⇒ beweging van water doorheen een semi-permeabel
membraan
semi-permeabel membraan: sommige stoffen kunnen door, andere niet
geen membraan/permeabel membraan → diffusie
semi-permeabel membraan → osmose
filtratie
= beweging van water door een semi-permeabel membraan onder druk
osmotische druk = druk die nodig is om vloeistoftransport te beletten
● iso-osmotisch: zelfde osmotische druk (hoeft niet over dezelfde moleculen te gaan)
● hyperosmotisch: hogere osmotische druk
● hypo-osmotisch: lagere osmotische druk
osmolariteit = aantal mol opgeloste moleculen per liter (osmol/L)
! NaCl dissocieert in water → 1 mol NaCl in 1 L → 2 osmol/L
osmolaliteit = aantal mol opgeloste moleculen per kg water
capillairen
→ poriën
● hydrostatisch druk in BV > hydrostatische druk in weefsel → diffusie naar
buiten (filtratie want opgeloste moleculen kunnen niet naar buiten)
, ● bloedplasma met meer opgeloste stoffen → osmotische druk BV >
osmotische druk weefsel → osmose naar binnen
● meer vocht naar weefsel dan omgekeerd
○ oplossing: lymfevaten voor drainage
celmembranen
● dynamisch!
● aqua poriën
● barrière voor uitwisseling
● H2O kan door membraan zonder aqua poriën
● krimpen/zwellen als osmolariteit verandert
○ max 30%
○ kan exploderen
○ uitgedroogde dieren die in 1 keer veel water opnemen → rbc
exploderen
water
● waterstofbindingen
● dipool → makkelijk binden
● kan grote hoeveelheden warmte opnemen/afgeven → stabilisatie
lichaamstempereatuur
○ evaporatie tegen oververhitting
Hoofdstuk 2: Cellen en weefsels
Transport door membranen
● Passief transport: door concentratiegradiënten (osmose, diffusie);
elektrische krachten → stopt wanneer de concentratie aan beide zijden
gelijk is
○ 3 manieren
■ diffusie door lipiden bi-layer
● vetoplosbare substanties (en water) lossen op in membraan
■ diffusie door proteïne-kanalen/ionenkanalen
● hydrofiele stoffen
● transport bepaald door concentratie + ladingsverschillen
(elektrochemische gradient)
● selectief
■ binding aan transportproteïnen
● hydrofiele moleculen die te groot zijn voor ionenkanalen
● gelimiteerd door aantal proteïnen
● competitieve inhibitie: als andere moleculen zich binden kan
de rest niet door
● specifiek voor bepaalde moleculen
○ bij celzwelling: uitstoot van moleculen → water volgt
○ constante aanvoer ionen → celzwelling; gebeurt niet want:
■ actief ionentransport naar buiten → evenredige verdeling
○ oplossing die celvolume niet verandert = isotoon (vb. fysiologisch serum)
, ■ toenemen: hypotoon
■ afnemen: hypertoon
■ opgeloste stof te snel opgenomen door lichaam → enkel
water over → hypotoon
● Actief transport
○ drager-eiwitten: specifiek, verzadigbaar, onderhevig aan competitie
○ tegen de gradiënt in → energie nodig
○ 2 manieren
■ primair: energie gebruikt op de plaats van de transport
● transporteiwit verbruikt ATP
■ secundair: energie niet verbruikt op de plaats van de transport
● primair actief transport haalt bepaalde stof weg uit de cel
● andere stof kan binnen door verlaagde concentratie in de cel
○ uniporter: drager-eiwit dat 1 molecule/ion transporteert
○ co-transporter: drager-eiwit dat verschillende types transporteert
○ symporter: transport van de verschillende moleculen/ionen gebeurt in
dezelfde richting
○ antiporter: transport gebeurt in tegengestelde richting
Endocytose en exocytose
● Endocytose
○ in de cel
○ opname vloeistof, opgeloste substanties, extracellulaire partikels
○ fagocytose = vorm van endocytose
■ neutrofielen + macrofagen nemen bacteriën/celdetritus op
■ fagosomen versmelten in de cel met lysosomen
○ maakt moeilijk opneembare stoffen opneembaar
● exocytose
○ uit de cel
Chemische communicatie tussen cellen
Hormoon = scheikundige boodschapper
heeft targets/doelcellen
Transport via
● bloedbaan
● interstitieel vocht
communicatie in 3 stappen
● doelcel herkent hormoon
○ receptoren op oppervlak of intracellulair
● hormoon → doelcel = first messenger
○ intracellulaire receptor
○ membraanreceptor → second messenger
● biologische respons
, ○ regelen enzym activiteit
hormonen
● wateroplosbare hormonen
○ kunnen niet door celmembraan
○ receptoren intracellulair
● vetoplosbare hormonen
○ kunnen door celmembraan
○ membraanreceptoren
○ primaire boodschapper → secundaire boodschapper
meleculen die binden aan receptor → biologisch effect bewerken = agonisten
moleculen die binden aan receptor → geen biologisch effect bewerken (receptor
blokkeren) = antagonisten
moleculen die binden aan receptor = ligand (zowel agonist als antagonist)
receptoren
● zijn proteïnen
● bindt normaal maar met 1 signaalmolecule tegelijkertijd
● bindingsplaats
○ specifiek
● hoge affiniteit voor signaalmolecule
○ affiniteit voorgesteld door Ka = associatieconstante
● aantal is niet constant → verzadigbaar
● reversibiliteit
○ soms wordt het hormoon opgenomen + gerecycleerd ipv losgelaten
Biologische respons
● afhankelijk van aantal receptoren die binden
geen recht evenredig verband tussen #signaal
moleculen en biologische respons
wel: sigmoïdaal verband
→ respons treedt pas op wanneer drempel
is bereikt
in steilste gebied: kleine wijziging in
concentratie → grote biologische respons
down-regulation: hoge concentratie signaalmoleculen → cel bespaart door aantal
receptoren te laten afnemen
up-regulation: lage concentratie signaalmoleculen → aantal receptoren laten
toenemen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mirtedebont. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.