Theorie beeldtaal
H1;
Beeldtaal bestaat uit verbale elementen(woorden) en visuele elementen(vormen en
beelden).
Drie theorieën:
⁃ Gestalttheorie = verklaart de perceptie van visuele communicatie
⁃ Semiotiek = verklaart dat je de betekenis ervan begrijpt
⁃ Moderne visuele retorica = verklaart hoe visuele communicatie je overtuigt
Gestalttheorie = zien
Visuele retorica = overtuigd worden
Semiotiek = begrijpen
De drie theorieën samengevat: GSR- beeldanalyse
Semiotiek tekens:
⁃ Iconische tekens = betekenis via uiterlijke gelijkenis
⁃ Indexicale tekens = betekenis via afleiding
⁃ Symbolische tekens = betekenis via afspraak, regels of gewoontes
Beeld kun je gebruiken om:
⁃ Plaatsen, organismen en objecten te laten zien die je normaal niet makkelijk kunt
zien.
⁃ Grote hoeveelheden data overzichtelijk te maken.
⁃ Moeilijke begrippen te verduidelijken.
⁃ Complexe relaties inzichtelijk te maken.
⁃ Gestalt: wat je ziet = waarneming
⁃ Semiotiek: wat je herkent = associaties/verwijzingen
⁃ Retorica: wat je overtuigt = argumenten/emotie/persoon/stijl
⁃ Beeldelementen: kenmerken van vormgeving = kleuren/vormen/compositie
⁃ Toepassingsgebieden: kenmerken van media = lay-out/typografie
H2; beeldgeletterdheid
Iconische tekens= tonen een gelijkenisrelatie met dat waar ze naar verwijzen.
Indexicale tekens= verwijzen door een natuurlijk verband.
Symbolische tekens= die op een conventionele betekenis berusten.
Beeldgeletterdheid gaat over de gestalttheorie, de semiotiek en de visuele retorica.
, H4;
Gestaltwetten zorgen voor een ordening van visuele informatie.
Gestaltwetten:
⁃ Wet van voorgrond achtergrond
⁃ Wet van eenvoud
⁃ Wet van nabijheid
⁃ Wet van overeenkomst
⁃ Wet van symmetrie
⁃ Wet van gelijke achtergrond
⁃ Wet van gelijke bestemming
⁃ Wet van ingeslotenheid
⁃ Wet van het ingevulde hiaat
⁃ Wet van continuïteit
⁃ Wet van ervaring
Wet van voor- en achtergrond = we organiseren onze waarneming door voor- en
achtergrond van elkaar te scheiden.
Wet van eenvoud = eenvoudige dingen worden het best onthouden.
Wet van nabijheid = objecten die dichtbij elkaar zijn geplaatst worden als groep gezien.
Wet van overeenkomst = neiging hebben om dingen te groeperen met gemeenschappelijke
visuele kenmerken, zoals kleur of vorm.
Wet van symmetrie = beelden ordenen zich zoveel mogelijk spontaan tot een symmetrisch
geheel.
Wet van gelijke achtergrond = voorwerpen met een gelijke achtergrond vormen een geheel.
Wet van gelijke bestemming = wat dezelfde kant op beweegt, zie je als eenheid.
Wet van geslotenheid = (wet van ingeslotenheid) brein heeft neiging om dingen zelf af te
maken. Bijv. met lijnen.
Wet van het ingevulde hiaat = zelf vormen afmaken in je hoofd.
Wet van continuïteit = de elementen die georiënteerd staan in dezelfde richting zien we als
een lijn
Wet van ervaring = we koppelen waarnemingen aan dingen die we al kennen.
H5; semiotiek
Semiotiek bestudeert de tekens en het proces van betekenisgeving.
Een teken is een element dat betekenis vraagt, waarneembaar is en verwijst naar een object
dat niet aanwezig is.
Dingen die rol spelen bij betekenis geven aan tekens:
- Code en conventies = afspraken over tekens
- Context en aanwijzingen = plaats en omgeving
- Combinaties met andere tekens
- Interpretatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller michelles2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.28. You're not tied to anything after your purchase.