Summary
Samenvatting Prothetische Audiologie (behaalde score 17/20)
- Course
- Institution
De samenvatting bestaat uit informatie van de powerpoint en informatie genoteerd tijdens de lessen.
[Show more]
Seller
Follow
kiaradw
Content preview
Audiologie 2PROTHETISCHE AUDIOLOGIE
HOOFDSTUK 1: AUDIOPROTHESIE INLEIDING
• Prothese
o Een prothese is een kunstmatige vervanging of correctie van een lichaamsdeel,
orgaan, of onderdeel van een orgaan. Als de prothese helemaal in het lichaam
verborgen is wordt het ook wel een implantaat genoemd.
o Hulpmiddel dat een beschadigd of verdwenen deel van je lichaam vervangt. (iemand
beter laten horen)
• Audio
o In functie van het gehoor
• Prothetische audiologie
o Hoortoestelaanpassing 1 + Elektroakoestiek →Hoortoestelaanpassing 2
o CI-aanpassing
1.1 FUNCTIES PERIFEER GEHOOR
• Buitenoor:
o Geluiden opvangen
o Geluid geleiden naar trommelvlies Geleiding van het geluid
• Middenoor: Conductieve structuren
o Geluid geleiden naar binnenoor
o Geluid lineair versterken
• Binnenoor:
o Geluid omzetten naar signaal voor gehoorzenuw
• Gehoorzenuw: Detectie van het geluid
o Geluid geleiden naar auditieve cortex Neurosensoriële structuren
→ centraal auditief system
1
,Audiologie 2
1.2 HOE HOREN WE?
De oorschelp (pinna of auricula) is een soort trechter die de trillingen van het geluid opvangt en die
trillingen leidt naar de uitwendige gehoorgang om dan tenslotte bij het trommelvlies te komen. De
vorm en de oriëntatie van de oorschelp zorgt er ook voor dat we de geluiden kunnen lokaliseren.
Wanneer het geluid het trommelvlies bereikt, gaat het trommelvlies trillen door de geluidstrillingen.
Het trommelvlies scheidt het buitenoor van het middenoor.
Het middenoor bevat 3 gehoorbeentjes: malleus, incus en stapes. De trillingen van het trommelvlies
worden overgebracht naar de malleus die samen met de incus de trillingen doorgeeft aan de stapes.
De stapes zit vast op het ovale venster aan de ingang van de cochlea.
De voornaamste functie van het trommelvlies en de gehoorbeentjes is het efficiënt overbruggen van
het impedantieverschil tussen lucht enerzijds en de vloeistof die het binnenoor vult anderzijds.
M.a.w. de trillingen van de lucht (geluid) met zo weinig mogelijk verlies omzetten in trillingen van de
peri- en endolymfe.
Via de membrana basilaris zet de trillingsbeweging zich verder in de cochlea. Op dit basilaire
membraan bevindt zich het Orgaan van Corti. In dit Orgaan van Corti bevinden zich één rij binnenste
haarcellen en 3 rijen buitenste haarcellen. In de haarcellen worden de trillingen omgezet in
zenuwprikkels (elektrische signalen) die door de gehoorzenuw aan de hersenen worden
doorgegeven. Op deze manier worden geluiden waargenomen.
De cochlea is tonotopisch georganiseerd. De hoge frequenties worden waargenomen onderaan de
cochlea (basis), de lage frequenties worden gedetecteerd in de top van de cochlea (Apex)
Geluidsgolven bereiken het binnenoor ook rechtstreeks via de schedel. Hierdoor kunnen we nog iets
horen als het middenoor beschadigd is of als de gehoorgang verstopt is. Men spreekt hier van
beengeleiding.
1.3 OORZAKEN EN TYPES GEHOORVERLIES
Zoals hierboven beschreven, is een goed functionerend gehoor, een samenspel van heel wat
structuren en processen. Wanneer één van deze structuren niet goed functioneert, kan dit leiden tot
een gehoorverlies.
GELEIDINGSVERLIES = CONDUCTIEF VERLIES
Wanneer de cochlea nog perfect functioneert, maar de geleiding van het geluid verhinderd wordt in
het buiten- of middenoor, zal men een geleidingsverlies detecteren. Dit is merkbaar op het
audiogram: de luchtgeleidingsdrempel is gedaald, maar de beengeleidingsdrempel is perfect
normaal.
2
,Audiologie 2
NEUROSENSORIEEL VERLIES
Wanneer het buitenoor en middenoor goed functioneren, maar er toch een gehoorverlies optreedt,
spreekt men van een neurosensorieel verlies. De schade bevindt zich hier in de cochlea, aan de
gehoorzenuw of aan de hogere auditieve centra. Op het audiogram zal dit merkbaar zijn doordat
lucht en beengeleiding samenvallen
GEMENGD VERLIES
Wanneer zowel het buiten- of middenoor als het binnenoor beschadigd zijn, spreekt men van een
gemengd gehoorverlies. Op het audiogram zijn zowel de luchtgeleidingsdrempel als de
beengeleidingsdrempel gedaald. Het verschil tussen de lucht- en beengeleidingsdrempel noemt met
de air-bone gap.
HOOFDSTUK 2: GEHOORVERLIES: BEPERKINGEN EN PARTICIPATIEPROBLEMEN
(*) zie powerpoint voor casussen
Heeft invloed op hoe iemand kan functioneren
1. Geluiden niet of minder opmerken
2. Niet, minder of verkeerd verstaan
3. Verhoogde inspanning om te horen en te verstaan
4. Reacties van anderen over het minder goed horen
5. Sociale belemmeringen
2.1 STOORNIS VAN VERSCHILLENDE FUNCTIES
• Detectie van geluid (b2300) )= gevoeligheid van geluid (is er wel of geen geluid dat waargenomen
wordt)
o Meetbaar via tonale audiometrie
• Auditieve discriminatie (b2301)
o Onderscheid maken tussen verschillende geluiden
o Kwaliteit van een geluid gaat achteruit
• Lokalisatie van geluiden (b2302)= weten van waar een geluid komt
• Onderscheiden van spraak (b2304)= spraak onderscheiden van ruis
• Oorsuizen (b2400)
• …..
→ Problemen met spraakverstaan, foneemdiscriminatie
→ Problemen met spraakverstaan in rumoer
→ Problemen met het horen van belangrijke geluiden
Dit is geen volledige lijst, maar een opsomming van veel voorkomende stoornissen bij
slechthorenden.
3
, Audiologie 2
VERMINDERDE DETECTIE VAN GELUID
• Geluid klinkt anders bij iemand met GV in vergelijking met iemand met een normaal gehoor
• Geluid klinkt doffer en verder (de helderheid van het geluid verminderd)
o Hoge frequenties ga je minder goed horen
• Er is een groot spectrum tussen wel en niet horen, het wil niet persé zeggen dat je of wel of
niet kan horen, maar eerder er tussen (slechthorend)
• Situaties met veel achtergrondlawaai is zeer lastig voor personen met GV om de spraak vlot
te kunnen volgen
o Dit kan als gevolg hebben dat ze zich gaan afzonderen van anderen
o Grote groep slechthorende horen nog heel veel, maar ze horen het net iets minder
scherp en krijgen problemen wanneer een rumoer is en wanneer mensen door
elkaar spreken
• Bij spraak moet je meer moeite doen om het te kunnen verstaan aangezien het doffer klinkt
KWALITEITSVERLIES BIJ SLECHTHORENDEN
• Verminderde frequentieselectiviteit
• Verminderde temporele resolutie
• Beschadigde haarcellen
• Overgevoeligheid voor luide geluiden
➢ Geluiden klinken minder “zuiver”
2.2 BEPERKINGEN EN PARTICIPATIEPROBLEMEN
1. GELUIDEN NIET OF MINDER OPMERKEN
Over het algemeen is het zo dat bij geleidelijke verliezen van geringe tot middelmatige ernst, de
slechthorende zich niet steeds sterk bewust is van het verminderd waarnemen van signaalgeluid. Bij
plotse verliezen en bij sterk uitgesproken verliezen is dit bewustzijn eerder sterk en zijn emotionele
reacties duidelijk.
2. NIET, MINDER OF VERKEERD VERSTAAN
• Spraakverstaan noodzakelijk voor meeste communicatie
• Slechthorende laat soms liever niet merken dat hij iets niet verstaat
→ misverstanden, onbegrip, sociaal onaangepast gedrag
• Communicatiepartner geeft de conversatie soms vroegtijdig op
→ uitsluiting van de slechthorende
• Slechthorende is terughoudend om nieuwe conversaties aan te gaan
Luisteren naar iemand anders in een gesprek, op televisie of radio is een heel frequent gedrag met
heel wat consequenties op gebied van kennis opdoen, relaties leggen, sociale omgang,
levenskwaliteit,… . Als er zich problemen voordoen met het gehoor zodat men niet, minder of
verkeerd verstaat wat anderen zeggen, dan stijgt de ervaren hinder duidelijk. Dergelijke problemen
met het spraakverstaan zijn doorgaans dé drijfveer om wat aan het gehoorprobleem te gaan doen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kiaradw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
66579 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now