College aantekeningen Methoden van onderzoek (SOW-PSB1RS05N) Methods in Behavioral Research, ISBN: 9780390784711
11 views 0 purchase
Course
Methoden van onderzoek (SOWPSB1RS05N)
Institution
Radboud Universiteit Nijmegen (RU)
Book
Methods in Behavioral Research
De volledige aantekeningen van de hoorcolleges van het vak methoden van Onderzoek, dit vak werd in het collegejaar 2020/2021 voornamelijk gegeven door Inge Rabeling.
Methoden van onderzoek
Hoorcollege 1; aantekeningen
Psychologie en onderzoek
Psychologie wordt wetenschappelijk benadert, hieronder heb je de drie kenmerken van de
wetenschappelijke benadering:
- Empirisme; kennis is gebaseerd op observaties, data als basis van conclusies
- Rationalisme; gebruik van ratio
o Inductie; van data naar theorie, van de specifieke observaties naar iets
algemener
o Deductie; op basis van theorie voorspellingen maken over nieuwe data, je kan
steun zoeken voor een theorie
o Falsificeerbaarheid= voorspellingen maken die toetsbaar zijn, niet
voorspellingen die sowieso al waar zijn, het moet mogelijk zijn dat ze onwaar
zijn
- Openheid; openbaar maken van je onderzoek (met gestandaardiseerde beschrijving
van methoden van onderzoek en resultaten), anderen kunnen dan evalueren,
repliceren (nadoen; vind je dezelfde uitkomsten) en aanvullen. Voordat een
wetenschappelijk artikel wordt gepubliceerd vindt er een peer-review plaats; andere
onderzoekers beoordelen of een artikel goed genoeg is voor publicatie
- Ethiek; niet alles mag, is een onderzoek wel ethisch verantwoord?
Waarom methoden van onderzoek?
Met methodeleer kan je zien welke conclusies je mag trekken uit gegevens, gezien de manier
waarop de date verzameld is.
Het onderzoeksproces
Je begint met een vraag waar je een antwoord op wil hebben en doorloopt in dit onderzoek
een aantal fases:
- Beginfase; onderzoeksvraag helder maken en goed formuleren
- Ontwerpfase; hoe ontwerp je de studie passend bij je vraagstelling
o Onderzoeksdesign kiezen
o Deelnemers kiezen
o Hoe ga je data verzamelen?
- Uitvoeringsfase; het onderzoek daadwerkelijk uitvoeren
- Analysefase; statistiek toevoegen aan je onderzoek
- Presentatiefase; je onderzoek openbaar gaan maken
In deze fases moet je keuzes maken, bijvoorbeeld welke methode het beste is voor jouw
onderzoeksvraag. Elke keuze heeft ook voor- en nadelen. Je moet ook bij elke fase nadenken
over ethiek.
Beginnen met onderzoek
Vraagstelling= de vraag die je met het onderzoek wilt beantwoorden. Er zijn verschillende
soorten vragen mogelijk:
- Beschrijvende vraag ‘hoeveel procent van de beroepsbevolking ervaart stress van het
werk?’
, - Beschrijvende vraag over twee fenomenen tegelijkertijd ‘wat is het verband tussen
opleidingsniveau van werknemers en de mate van ervaren stress?’
- Verklaringsvraag ‘heeft opleidingsniveau invloed op het ervaren van stress op het
werk?’
Variabelen
Onderzoeksvraag gaat binnen de psychologie bijna altijd over samenhang tussen variabelen.
Variabele; kenmerk van een persoon of object dat varieert bijvoorbeeld: geslacht, leeftijd
gewicht etc. een variabele heeft altijd twee of meer waarden/niveaus tegenovergestelde van
een variabele is een constante
- Kwantitatieve variabelen; waarden geven een hoeveelheid aan bijvoorbeeld de
leeftijd, je kan hier mee rekenen
o Discreet; kunnen niet elke waarde aannemen (1 persoon niet 1,5)
o Continue; kunnen elke waarde aannemen (kommagetallen)
- Kwalitatieve variabelen; waarden staan voor categorieën bijvoorbeeld geslacht
1=man 2=vrouw 3=neutraal
o Worden ook wel categorische variabelen of nominale variabelen genoemd
o Hierbij moet je ook altijd de niveaus noemen; laten zien dat de variabele echt
varieert en hoe deze varieert voorbeeld: variabele koffie X maar koffie
(ja/nee) of opleidingsniveau (laag/midden/hoog) kan namelijk ook
opleidingsniveau (HBO/PostHBO/WO/PostWO)
Operationaliseren
Concreet omschrijven hoe je iets gaat meten of te manipuleren, hoe je precies een variabele
hebt onderzocht
Samenhang
Variatie in de ene variabele gaat samen met de variatie in een andere variabele.
- Positief verband; als verandering van bijvoorbeeld laag naar hoog in de ene variabele
gebeurt dit ook bij de andere (lijn van linksonder naar rechtsboven)
- Negatief verband: de omhoog de andere omlaag (lijn van linksboven naar
rechtsonder)
- Curvilinear verband: eerst een soort positief verband dan negatief (een soort U)
- Geen verband
Verschillende vraagsoorten samenhang
- Bestaan van samenhang ‘wat is de samenhang tussen het krijgen van een miskraam
en depressie?’
- Vorm/aard ‘wat is de invloed van het krijgen van een miskraam op depressie?’
- Beschrijvende vragen ‘hoeveel procent van de vrouwen is depressief?’
Causaal verband
Oorzaak-gevolg relatie, waarbij de ene variabele X invloed heeft op een andere variabele Y
Onafhankelijke variabele = vermoedelijke oorzaak X
Afhankelijke variabele = vermoedelijke gevolg Y
X invloed op Y
, Identificeren van een causaal verband:
1) Covariatie van oorzaak en gevolg: oorzaak en gevolg moeten samenhangen
2) Temporal precedence: oorzaak moet voorafgaan aan het gevolg
3) Eliminatie van alternatieve verklaringen: er mag niets anders verantwoordelijk zijn
voor de geobserveerde samenhang
Causaal verband kan alleen worden aangetoond met een zuiver experiment. Wanneer is een
onderzoek een zuiver experiment?
1) Manipulatie van de onafhankelijke variabele
2) Randomisatie van groepen, op toeval, toewijzing op geboortedatum is geen
randomisatie (!), hierdoor worden groepen vaak vergelijkbaar, hoe groter de groep
hoe meer
3) Eliminatie van alle potentieel storende variabelen, door bijvoorbeeld constant
houden van die variabelen
a. Fixeren bv. Iedereen in de ochtend
b. Balanceren bv. Deel beide groepen ochtend deel beide groepen middag
c. Randomiseren bv. Weer at random bij beide groepen ochtend en middag
4) Meting van de afhankelijke variabele
5) Vergelijking van condities m.b.t. gemiddelde op de afhankelijke variabele
Zuiver experiment is dus een experimenteel onderzoek. Geen zuiver experiment? Er zijn
altijd andere verklaringen mogelijk voor een gevonden verschil (alternatieve verklaring), de
storende variabele moet invloed hebben op de afhankelijke variabele en samenhangen met
de onafhankelijke variabele.
Intermedierende variabele is geen storende variabele, X heeft dan invloed op Z en Z weer op
Y. Dit is geen alternatieve variabele maar een oorspronkelijke X heeft invloed op Y.
Nut van zuivere experimenten
Je mag concluderen dat er een causaal verband bestaat.
Niet-experimenteel vs. experimenteel onderzoek
Experimenteel: onderzoek waarbij de onafhankelijke variabele is gemanipuleerd
Niet-experimenteel: onderzoek waarbij de onafhankelijke variabele niet is gemanipuleerd,
doch slechts is gemeten
Manipulatie= beïnvloeding van de onafhankelijke variabele door de onderzoeker,
bijvoorbeeld dat de onderzoeker bepaald wie er iets neemt en wie niet
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lottemeulink1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.