100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Samenvattin Economie Vraag & Aanbod $3.21   Add to cart

Summary

Samenvatting Samenvattin Economie Vraag & Aanbod

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Samenvatting van het boekje Praktische Economie Vraag en Aanbod H1 t/m 3. Handig voor de toets op het HWC in de vierde klas

Preview 2 out of 6  pages

  • February 27, 2023
  • 6
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Economie 4T4
Hoofdstuk 1: De vraag naar producten
1.1: De individuele vraag
De wet van de vraag geldt als volgt: Hoe hoger de prijs, hoe lager de gevraagde
hoeveelheid. De consument heeft een individuele vraag voor het aantal eenheden een
consument wil kopen voor een bepaald product.
Uit de individuele vraag volgt de individuele betalingsbereidheid. Dit is het maximale dat
een consument voor 1 eenheid wil betalen. Met de betalingsbereidheid kan er worden
berekend hoeveel producten de consument zal gaan kopen.
Wanneer de prijs van het product lager is dan de betalingsbereidheid van de consumenten
ontstaat er een individueel consumentensurplus. Het individuele consumentensurplus bij
elkaar is het consumentensurplus. Het consumentensurplus stijgt als de prijs daalt.
Wanner de gevraagde hoeveelheid alleen gehele getallen mag zijn is er sprake van een
discrete vraag. Dit hoeft niet altijd het geval te zijn, in het andere geval is er sprake van een
continue vraag. De gevraagde hoeveelheid kan weergegeven worden in een vraaglijn, de
lijn die het verband tussen de vraag en de hoeveelheid weergeeft. Bij de vraag van een
individu is er sprake van individuele vraaglijn.
De individuele vraag wordt door 5 factoren beïnvloed:
 Individuele voorkeuren, een consument kan meer voorkeur hebben op een product
dan een andere consument
 Het beschikbare budget, de vraag neemt toe naarmate het budget stijgt, en met een
groter budget kunnen er meer eenheden gekocht worden
 Substitueerbare producten, ze voorzien in de bevrediging van dezelfde behoefte.
Met substitueerbaar product is de betalingsbereidheid en de individuele vraag lager.
 Complementair product, producten die alleen in combinatie met elkaar een
behoefte kunnen bevredigen. Bij bezit van een van deze producten neemt de
betalingsbereidheid toe.
 Exogene factoren zijn omstandigheden waar de consument geen invloed op heeft.
Hier is de prijs geen onderdeel van.
1.2: De collectieve vraag
De optelsom van alle individuele vragen is de collectieve vraag. De doelgroep komt uit het
afzetgebied. Dit is het gebied waar de producent zijn producten verkoopt. Bij de collectieve
vraag koopt niet iedereen even veel producten, want het is een optelsom. De collectieve
vraaglijn is een optelsom van alle vraaglijnen opgeteld.
Door de wet van de vraag hebben alle individuele vraaglijnen een dalen verloop. Dit geldt
ook voor de collectieve vraag, en de collectieve vraag heeft ook dezelfde factoren. De prijs
heeft geen invloed op de vraaglijn.
De collectieve vraaglijn is ook wel de prijs-afzetlijn.
Het collectieve consumentensurplus is de optelsom van alle consumentensurplus. Het
laat het welbevinden van een bepaalde groep zien.
1.3: Prijselasticiteit
De prijselasticiteit geeft aan hoeveel de gevraagde hoeveelheid veranderd als gevolg van de
prijs. De prijselasticiteit is een verhoudingsgetal, en het is een negatief getal.

, Prijselasticiteit = procentuele verandering gevraagde hoeveelheid / procentuele verandering
prijs

Waarde van prijselasticiteit De verandering Omzet
0 Geen verandering, inelastisch Stijgt
-1 < pe < 0 De procentuele verandering van de Stijgt
hoeveelheid is kleiner dan van de prijs,
inelastisch
-1 De veranderingen zijn gelijk aan elkaar, Gelijk
elastisch noch inelastisch
< -1 De procentuele verandering van de Daalt
hoeveelheid is groter, elastisch
Verder De verandering van de hoeveelheid is Verdwijnt
oneindig
Bij giffengoederen is de prijselasticiteit positief.
De waarde van de prijselasticiteit is verschillend op ieder punt van de vraaglijn. Er geldt hoe
hoger het startpunt van de verandering, hoe negatiever de prijselasticiteit.
1.4: Inkomenselasticiteit
In welke mate de gevraagde hoeveelheid reageert op een inkomensverandering wordt
gemeten met de inkomenselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid.

Normale goederen Ie > 0 Frisdrank, en vervoer
Luxegoederen Ie = 1 Auto’s, vakantiewoningen
Noodzakelijke goederen 0 < Ie < 1 Energie en voeding
Inferieure goederen 0 < Ie Slechte kwaliteit


De Engelkromme is een grafiek van alle lijnen van de categorieën met de het inkomen
tegenover de hoeveelheden. Bij een hoger inkomen zijn er minder inferieure goederen, meer
noodzakelijke, en veel meer luxegoederen.

Hoofdstuk 2: Het aanbod op producten
2.1: Productie
Producten worden geproduceerd. Productiefactoren worden ingezet om een product of
dienst voort te brengen. Productiefactoren kunnen daarbij veranderen. Ze veranderen dan
tijdens het productieproces. Er zijn vier productiefactoren:
 Arbeid, het menselijk handelen tijdens de productie
 Kennis, alle kunde en vaardigheden tijden het productieproces
 Kapitaal, bestaat in 2 soorten, het fysiek kapitaal en financieel kapitaal. Fysiek
kapitaal zijn alle middelen zoals grondstoffen en vervoer, en financieel kapitaal is het
geld dat nodig is om te kunnen produceren.
 Locatie, waar de productie plaatsvindt.
Productiefactoren beïnvloeden elkaar, een beter productiefactor kan ook de ander beter
maken. Met een beter financieel kapitaal kan er ook een betere locatie komen, en met meer
kennis kan er meer arbeid geleverd worden. Het product beïnvloedt ook de
productiefactoren, bijvoorbeeld kan een product wel gemaakt worden in Zuid-Amerika, maar
niet in Nederland.
2.2: De productiefunctie
Productie komt tot stand binnen een organisatie: een institutie die als doel heeft bepaalde
productie te realiseren. Het is een bad box waar productiefactoren in gaan en productie

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller leykok. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
  Add to cart