Periodiek systeem
In het periodiek systeem staan alle elementen gerangschikt op atoomnummer, met
rechtsboven de niet-metalen en links de metalen. Atoomsoorten met vergelijkbare
eigenschappen staan in dezelfde groep: de halogenen in groep 17, en de edelgassen in groep
18.
Atoombouw
Een atoom bestaat uit een kern met positieve protonen en neutrale neutronen. Op grote
afstand van de kern zitten negatieve elektronen in elektronenschillen. De verdeling van de
elektronen over de schillen heet elektronenconfiguratie. Het atoomnummer geeft het
aantal protonen in een atoom aan. Omdat een atoom ongeladen is, heeft het evenveel
protonen als elektronen. Het massagetal geeft het aantal protonen plus neutronen aan.
Isotopen zijn atomen met hetzelfde protonen en een verschillend aantal neutronen. Je
berekent de molecuulmassa Mr door de atoommassa’s van alle atomen in het molecuul op
te tellen. Uit de molecuulmassa kun je het massapercentage van een atoomsoort berekenen.
Moleculaire stoffen
Moleculaire stoffen zijn opgebouwd uit niet-metaalatomen. De systematische naamgeving
gebruikt Griekse telwoorden. In een molecuul worden atomen bijeengehouden door
atoombindingen of covalente bindingen. Een atoombinding wordt gevormd door een of
meer gemeenschappelijke elektronenparen. Het aantal bindingen dat een atoomsoort kan
vormen, is de covalentie. De covalentie van een atoomsoort is af te leiden uit de plaats in
het periodiek systeem. In een structuurformule zijn alle atomen, en met bindingstreepjes,
alle atoombindingen getekend. In de vaste en vloeibare fase worden de moleculen bij elkaar
gehouden door de zwakke vanderwaalsbinding. In de vaste fase zijn de moleculen
gerangschikt in een molecuulrooster. Moleculaire stoffen kunnen nooit stroom geleiden.
Zouten
In de naam van een zoet kun je een metaal en een niet-metaal herkennen. Zouten zijn
opgebouwd uit positieve en negatieve ionen. Ionen zijn deeltjes met meer of minder
elektronen dan protonen. De lading van een aantal positieve en negatieve ionen. Is af te
leiden uit het periodiek systeem. De lading van een aantal andere metaalionen is 2+, behalve
Ag met een lading van 1+. Als een metaalion meerdere ionladingen heeft, wordt in de naam
de lading aangegeven met een Romeins cijfer. In vaste zouten zijn de ionen gerangschikt in
het ionrooster. De sterke ionbinding houdt dit rooster in stand. Zouten geleiden alleen
stroom in vloeibare of opgeloste toestand.
Metalen
Metalen bestaan uit metaalionen en vrije elektronen die elkaar sterk aantrekken: de
metaalbinding. Met het metaalrooster en de metaalbinding zijn op microniveau de
eigenschappen zoals smeltpunt, stroomgeleiding en vervormbaarheid te verklaren. Een
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller groepstaal_groet0x. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.