100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting HOC Algemene Dierkunde $9.65   Add to cart

Summary

Samenvatting HOC Algemene Dierkunde

 27 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Deze samenvatting gaat over alle leerstof gegeven in het hoorcollege (2uur/week) en is dus geschikt voor Biologen en Bio-ingenieurs. Alle figuren zijn overgenomen uit de slides en waar nodig aangepast om duidelijk te maken wat leerstof is. De rode zinnen en vraagtekens zijn onderwerpen waarvan de p...

[Show more]

Preview 4 out of 35  pages

  • February 28, 2023
  • 35
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Dierkunde (2uur)
H1: Inleiding tot het dierenrijk
1) De oorsprong van dieren: (700- 800 mya)
▪ Eerste leven = 1 miljard jaar na het ontstaan van de aarde
-> aarde: 4,5 miljard jaar, Stromatolieten (lagen cyanobacteriën): 3,5 miljard jaar
▪ Snowball earth: Eerste fotosynthese -> CO2, CH4 uit atmosfeer -> daling broeikasgas
effect -> temperatuur daalt
▪ Precambruim: Eerste complexe organismen: Ediacara Fauna = meercellige (dieren)
▪ Cambrische explosie = O in oceaan -> plots leven in zee -> actief/ complex: antennes,
tentakels, ogen, …
▪ Nauwste verwant met dieren = Fungi (gem. voorouder: 1,1 miljard jaar geleden)
-> De gemeenschappelijke voorouder van alle dieren = Sphaeroca, een koloniale
choanoflagellaat: Organisme dat bestaat uit meerdere cellen met elk een kraag en flagel.
De flagel creëert stroming om eten tegen de plakkerige kraag te zuigen = fagocytose


Waarom dieren bestuderen?
▪ We zijn afhankelijk van dierlijke grondstoffen
▪ Dieren zijn modellen voor werkingen van het menselijke lichaam
-> Experimenteren op muizen met nieuwe medicijnen.
▪ A.d.h.v. hun evolutie leren waar we zelf vandaan komen
▪ Biologische erfgoed beschermen -> uitsterven van bepaalde soorten vermijden

Dieren: de meest diverse groep organismen -> 10 000 000 dierensoorten
Oorzaak: Dieren leven van andere organismen Vb: op 1 boom zitten 20 insectensoorten
De insecten zijn de meest diverse groep samen met de spinnen en weekdieren.

,2) Basiskenmerken van een dier:
▪ Eukaryoot: Celkern met DNA, organellen aanwezig.
▪ Meercellig: Bestaan uit meerdere cellen -> taakverdeling.
▪ Heterotroof: Nemen organische materie op die gemaakt werden door andere
organismen door voedselopname of het eten van organismen.
▪ Geen celwand: Hun lichaam wordt samengehouden door proteïnen zoals collageen en
intercellulaire verbindingen.
▪ Unieke weefsels: Spier- en zenuwweefsel.
▪ Geslachtelijke voortplanting (meestal): Onbeweeglijke eicel, beweeglijke spermacellen.
Maar ook parthenogenetische dieren. (maagdelijke voortplanting)
▪ Typische embryonale ontwikkeling: Van 1 cel naar meerdere gespecialiseerde cellen*
▪ Hox genen regelen de ontwikkeling: Bepalen het type structuur en waar het zich vormt.
-> Vorming van poten, vinnen, … *
*Typische embryonale ontwikkeling:
Zygote -> morula (dochtercel) -> blastula (holle sfeer) -> gastrula (met oerdarm)
2 of 3 Kiembladen (oerweefsels): ectoderm + endoderm (+ mesoderm)
1) Ectoderm: Opperhuid, nagels, centraal zenuwstelsel, …
2) Endoderm: Darmen, longen, maag, …
3) Mesoderm: Spieren, skelet, hart, … (ontstaat in coeloomholte tussen endo -en ectoderm)
Diploblastische: 2 embryonale kiembladen -> Porifera = sponzen, Cnidaria = neteldieren
Triploblastisch: 3 embryonale kiembladen -> hogere dieren




* Hox genen:
- Meer hox-genen = grotere complexiteit vb: vleugels, segmenten, …
- Bepalen het bouwplan van het organisme
- Reguleren de expressie van andere genen.

,3) Grote lijnen van de evolutionaire stamboom:
uitvinder: Carolus Linnaeus

Classificatie: soorten in groepen verdelen
Taxonomie: Benoemen van soorten in hiërarchische categorieën
Fylogenie: Studie van de geschiedenis van taxa, opstellen evolutionaire stambomen.
Cladistiek: Analysemethodes op basis van gemeenschappelijke kenmerken (= synapomorfieën)
vb: Hebben van haar, carnivoren, intrekbare klauwen.
– Monofyletische clade: Alle levende afstammelingen van één gemeenschappelijke
voorouder. vb: Zoogdieren
– Parafyletische groep: Niet alle afstammelingen van de gemeenschappelijke voorouder
horen hierin. vb: Amnioten = reptielen + de andere afstammelingen
– Polyfyletische groep: Groep waarbij de gemeenschappelijke voorouder niet hoort.
-> bestaat niet. vb: vliegende dieren
Evolutionaire stamboom: opgemaakt op basis van: levende organismen fossielen, anatomie,
morfologie, DNA, gedrag -> Afhankelijk van waar je naar kijkt heb je verschillende
stambomen
Morfologische/ anatomische stamboom: op basis van uitwendige/ inwendige kenmerken.

, Morfologische/ anatomische boom: 4 monofyletische groepen:
1) Parazoa >< Eumetazoa:
Parazoa: Hebben nog geen weefsels en organen, enkel gedifferentieerde cellen. vb: Porifera
Eumetazoa: Hebben wel weefsels en organen. vb: alles behalve Porifera


2) Radiata >< Bilateralia: (symmetrie)
Radiata: Radiale symmetrie = Meerdere symmetrieassen. vb: anemonen, kwallen, koralen
Bilateralia: Tweezijdige symmetrie = Maar 1 symmetrie as. vb: wormen, geleedpotigen


3) Acoelomata >< Coelomata:
Acoelomata: Geen lichaamsholte, het blastocoel is opgevuld. vb: Platyhelminthes
Coelomata: De lichaamsholte is opgevuld met vocht. vb: mens
– Pseudocoelomata: Het coeloom is niet volledig afgelijnd door mesoderm. vb: Nematoda
– (Eu)coelomata: Een echt coeloom, volledig afgelijnd door mesoderm. vb: Mossel, insecten
Coeloom: De voornaamste lichaamsholte bij dieren, waarin de organen liggen.
Het beschermt, vormt een hydroskelet en zorgt ervoor dat de organen kunnen bewegen.


4) Protostomia >< Deuterostomia: verschillen qua klieving, coeloomvorming en bestemming
van de oermond (blastroporus)
Protostomia: Spirale klieving -> tweelingen onmogelijk, schizocoelie = mesoderm splitst en
vormt zo zit het coeloom, blastoporus -> mond. vb: Molusken, annelidia, …
Deuterostomia: Radiale klieving -> tweelingen mogelijk, enterocoelie = het archenteron
vormt het coeloom, blastroporus -> anus. vb: chordata

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ellasermon. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.65. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.65  2x  sold
  • (0)
  Add to cart