De centrale vraag die wordt gesteld in politieke theorie is: “Who Should Rule?”, wie zou
moeten heersen? Hier zijn mogelijke antwoorden:
Het volk – Zij vormen de staat en zijn soeverein.
De ouderen – Ervaren, ze bewaken traditie.
De koning/ koningin – Het is een eenvoudig mechanisme.
De gekozen president
De partij – Dit sluit de incompetente uit.
The rule by expert: Επιστηεμε = kennis. Het veronderstelt dat regreen een ambacht/
vaardigheid is of kennis vereist.
Plato (428-347 v.C.): schreef dialogen, was de leerling van Socrates.
Atheense democratie
De Atheense democratie was een directe democratie, er was geen sprake van een verkiezing
voor een parlement (belangrijk: alleen mannelijke democratie)
Er was de βοuλη, een raad van 500 burgers die door het lot werden gekozen en die
een jaar dienden.
De raad hield toezicht op de Atheense bureaucratie.
Polybus was de eerste die sprak over scheiding van stroom
Athene in de 5e en 4e eeuw:
492-449: Athene was het leidende deel van coalitie in de Perzische oorlogen.
478: Athene was de leider van de Delische competitie.
431-404: de tijd van de Peloponnesische oorlogen, pest en nederlaag.
404: I trenta tiranni, geleid door crizia.
399: dood van Socrates door executie.
338: Athene verslagen door Philip I.
Opmerkingen over de πολιτεια (republiek):
Het is onwaarschijnlijk dat iedereen de touwtjes in handen wil hebben.
Plato lijkt te hebben gedacht dat directe democratie het bestaan van waarde
pluralisme (value pluralism) aan het licht bracht. Bestaan van tegenstrijdige en
onverenigbare waarden = de resultaten van de instabiliteit van menselijke
verlangens.
Weber denkt dat dit een gevolg is van de arbeidsdeling. Het is een product van de
moderniteit.
Plato wilde wijzen op de overmoed in de slag om Syracuse.
Hij veronderstelt belangrijke normatieve verplichtingen.
1. Een politieke wenselijkheid van orde/ eenheid.
2. Wenselijkheid van waarheidsgetrouwe politiek.
Ten minste tien platonische kritieken op de volksdemocratie:
, 1. Democratie leidt tot dissensus (wanorde)
2. Zelfbestuur leidt tot overmoed (heerschappij van het valse)
3. De meeste ambitieuze aspirant-heersers missen expertise (heerschappij van het
valse)
4. En het bestaan van politieke expertise ontkennen (heerschappij van het valse)
5. Ze bedreigen of vermoorden iedereen die beweert intellectuele superioriteit te
hebben (stoornis/anargie)
6. De wens van de ambitieuze om te heersen, moorddadig conflict (wanorde)
7. De elites zetten aan tot (oligarchische) revoluties en stelen eigendommen (wanorde)
8. Met demagogen aan de macht is er veel stuurloos plezier (wanorde)
9. De mensen zijn vatbaar voor vleierij en demagogen (heerschappij van het valse)
10. De massa's noemen demagogen 'bekwaam' (heerschappij van het valse)
Aristoteles (384-322 v.C.)
Was een leerling van Plato, mentor van Alexander de Grote.
Stichtte het lyceum
Werd de belangrijkste Europese denker in de middeleeuwen, IPSE DIXIT
Bespreekt de loterij
Associeert verkiezingen met oligarchieën en aristocratieën
Het democratische basisidee was dat als het op macht aankomt, niemand beter is
dan een ander = loterij is de eerlijkste manier om te gaan.
Uitdagingen voor loting
Onervaren wetgevers
Statistisch probleem. Om echt representatieve monsters te zijn, moet in een
moderne staat de omvang toenemen
(Toch worden jury’s nog steeds door loting gekozen.)
Wat is politieke theorie?
Politiek = waar macht is of zou kunnen zijn
Macht = een middel om iemands doelen te bereiken
Veel dingen kunnen macht zijn. Inclusief overtuigingen en theorie
Besluitvorming omvat: doelen, middelen, enige besluitvormingsprocedure
Theorie = een abstracte of conceptuele entiteit die systematische relaties heeft of
kan hebben tussen zijn principes, componenten en gevolgtrekkingen. Het kan zowel
verhandelingen als verhalen/heldendichten/dialogen bevatten.
Theorie abstraheert van louter beschrijving en biedt manieren om voorbij een
moment/omstandigheid te projecteren.
Politieke theorie is een abstract en potentieel systematisch verslag van de manieren,
voorwaarden en beperkingen op wat macht is of zou kunnen worden uitgeoefend
voor collectieve doeleinden.
Vijf toepassingen van politieke theorie
1. Normatieve begeleiding, hoe moeten we ons gedragen?
2. Uitleg, biedt een verslag over waarom/hoe iets is gebeurd
3. Een hulpmiddel bij empirisch onderzoek, helpt de aandacht te richten op
bepaalde verschijnselen
4. Ontmaskert status quo: ideologiekritiek/fouttheorie
, 5. Conceptuele verduidelijking, biedt analyse van betwiste of verwarde concepten
Normatieve politieke theorie = richt zich op gedrag, institutionele opbouw, publieke moraal
- Er staat hoe we onze menselijkheid moeten verbeteren
- Lokaal een beleidsvraag (wat zijn de rechten van vluchtelingen)
- Idealiter utopisch. (wat is een rechtvaardige toewijzing)
- Het is gebaseerd op morele principes
Les 2
De politieke samenleving wordt door Socrates gebruikt om sociale en individuele
rechtvaardigheid te illustreren.
Heuristisch = de stad is een grote entiteit, maar het individu is verborgen. De stad wordt als
voorbeeld gebruikt om uit te leggen wat mensen van binnen hebben.
Macro en micro zijn hetzelfde, macro is micro plus micro = een stad bestaat uit
individuen
Plato gaat ervan uit dat gelijkheid in de staat geworteld moet zijn in de gelijkheid van het
individu = methodologisch individualisme = de verklaring van het geheel moet een beroep
doen op eigenschappen van de individuen van de bevolking.
Er zijn normatieve modellen = stad om andere steden mee te beoordelen
Plato's 'varkensstad', is voor de discussie over gerechtigheid in de Republiek van groter
belang dan soms wordt erkend. Het was het uitgangspunt voor de discussie over
rechtvaardigheid van het creëren van een ideale republiek waarin rechtvaardigheid "groots
geschreven" kon worden gezien. De varkensstad is de eerste poging van Socrates om zo'n
stad te creëren.
1. De Stad van varkens
A. De sleutel is de arbeidsdeling
B. Het staat open voor handel = voedseloverschot en vrije tijd
C. Overschot = bevolkingsgroei
D. Het is anarchistisch omdat er geen staatscapaciteit is
E. Monetaire economie
F. In grote lijnen egalitair
G. Gratis slaven
H. Grote Oceaan
I. Minimale staatsstructuur
J. Maar er is geen filosofie = geen groei
K. Er is een vreugdevolle religie en kunst
L. De passies van de individuen worden aan zichzelf overgelaten, er is geen garantie
op harmonie
2. Plato’s theorie van menselijke natuur
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nemoschillemans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.55. You're not tied to anything after your purchase.