7.1 Voedingsstoffen
Ons voedsel bestaat uit zes verschillende voedingsstoffen: suiker, vetten, eiwitten, mineralen,
vitaminen en water.
Het lichaam gebruikt de voedingsstoffen als brandstoffen, als bouwstoffen of als hulpstoffen ter
ondersteuning van de stofwisseling,
Voedingsstoffen zijn opgebouwd uit organische en anorganische moleculen.
Organisch moleculen zijn alle stoffen die gemaakt zijn in of door levende organismen.
Anorganische moleculen hebben hun oorsprong in de niet-levende natuur.
Voedingsstoffen Functie(s) voor het lichaam
Koolhydraten (suikers) Brandstoffen; in mindere mate: bouwstoffen
Lipiden (vetten) Bouwstoffen en brandstoffen; isolatie, oplosmiddel voor bepaalde
vitaminen
Proteïnen (eiwitten) Bouwstoffen en hulpstoffen; in noodgevallen: brandstoffen
Mineralen (zouten en Bouwstoffen en hulpstoffen
sporenelementen)
Vitaminen Hulpstoffen
Water Oplosmiddel, transportmedium, warmtebuffer, steunstof, vulmiddel
7.1.1 Koolhydraten
Koolhydraten worden op grond van het aantal moleculen in drie groepen verdeeld: polysachariden,
disachariden en monosachariden.
Drie typen monosachariden:
, Glucose, de belangrijkste brandstof in het lichaam
Fructose en galactose, worden door de lever omgezet in glucose
Ribose, de bouwstof in desoxyribonucleïnezuur (DNA) en ribonucleïnezuur (RNA)
De hoeveelheid energie die vrijkomt bij de verbranding van voedingsstoffen wordt uitgedrukt in
kilocalorieën (kcal) of in kilojoules (kJ).
Omrekening: 1 kcal = 4,2 kJ 1 KJ = 0,24 kcal
Afbraak van koolhydraten
Polysachariden en disachariden worden tijdens de spijvertering tot monosachariden afgebroken. Dit
gebeurt mechanisch (kauwen) en chemisch.
Voor elke biochemische omzetting is een ander enzym actief:
Amylase: knipt de zetmeelketen in disachariden (maltose)
Maltase: splitst de maltosemoleculen in twee glucosemoleculen
Lactase: splitst lactose in glucose en galactose
Sacharase: splitst sacharose in glucose en fructose
7.1.2 Lipiden
Lipiden zijn niet oplosbaar in water en hebben een hoge energetische waarde. De drie groepen
lipiden zijn triglyceriden, fosfolipiden en steroïden
Bij de vertering worden lipiden omgezet glycerol en vetzuren; er zijn onverzadigde en verzadigde
vetzuren.
In het lichaam worden de lichaamseigen lipiden uit glycerol en vetzuren gevormd.
Lipiden hebben uiteenlopende functies:
, Energiereserve (vetweefsel)
Bouwstof (zoals in celmembranen)
Oplosmiddel voor bepaalde vitaminen
Elektrische isolatie rondom zenuwceluitlopers
Brandstof voor de celstofwisseling
7.1.3 Eiwitten
Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren. Er zijn twintig verschillende aminozuren. Twaalf daarvan
kan het menselijk lichaam zelf maken (niet-essentiële aminozuren); de andere acht moeten in het
voedsel zitten (essentiële aminozuren)
Het lichaam bevat honderdduizenden verschillende eiwitten, met uiteenlopende functies:
Structuureiwitten (bouwstoffen)
Enzymen
Transporteiwitten in de celmembraan
Receptoreiwitten in de celmembraan
Spiereiwitten (actine en myosine)
Antistoffen
Hormonen
Stollingsfactoren
Neurotransmitters en neuroreceptoren
7.2 Spijsverteringskanaal
7.2.2 Gebit
Het volwassen gebit heeft altijd 32 gebitselementen, als volgt onderverdeeld:
Soms komen de 4 verstandskiezen (dentes sapientiae) door.
Een gebitselement bestaat uit de − zichtbare − kroon, de hals en de wortel.
Een gebitselement is grotendeels opgebouwd uit dentine en de kroon is bedekt met een laag
tandglazuur (zeer hard)
7.4 Peritoneum
, De meeste spijsverteringsorganen zijn omsloten door het dubbelbladig peritoneum. Het peritoneum
parietale (buitenblad) is met de wand van de buikholte vergroeid.
Het peritoneum viscerale (binnenblad) zit rondom de spijsverteringsorganen en vermindert de
wrijving tussen de spijsverteringsorganen.
Ligging van de organen en opzichte van het peritoneum:
Een aantal spijsverteringsorganen is opgehangen met een mesenterium (ophangband)
Hoofdstuk 8. Urinewegstelsel
8.1 Nieren
8.1.1 Bouw van de nier
De delen van de nier (ren) van buiten naar binnen:
Nierkapsel, een laag stevig bindweefsel
Nierschors (cortex), met malpighilichaampjes
Niermerg (medulla), gestructureerd tot mergpiramiden, bevatten lissen van Henle en
verzamel
Buizenonierkelk (calix), de uitmondingsplaats van de verzamelbuizen
Nierbekken (pyelum, pelvis), de centrale holte in de nier
Nierpoort (hilum), met de bloedvaten en het begin van de urineleider (ureter)
8.1.3 Het nefron
Een nier heeft ongeveer 1 miljoen nefronen (functionele niereenheden).
De delen van het nefron zijn:
Malpighilichaampjes met kapsel van Bowman en glomerulus
Proximale tubulus
Lis van Henle
Distale tubulus
Verzamelbuis
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lunaoudejansss. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.01. You're not tied to anything after your purchase.