E1 – Algemene klachten, infectieziekten en endocriene ziekten
Inhoudsopgave
HC Ziekten van de hypofyse ............................................................................................................................. 2
ZSO ziekten van hypofyse ................................................................................................................................. 7
HC Bijnierziekten ............................................................................................................................................ 16
DEEL B: Casuïstiek bij de basisstof .................................................................................................................. 25
1. Gewichtstoename, hirsutisme en striae ....................................................................................................... 26
2. Hypertensie en spierzwakte .......................................................................................................................... 26
3. Gewichtsverlies, duizeligheid en buikpijn ..................................................................................................... 26
4. Preventie bijniercrisis .................................................................................................................................... 26
5. Jarenlange behandeling met dexamethason................................................................................................ 27
6. Aanvallen van hoofdpijn, transpireren, hartkloppingen en pallor ................................................................ 27
De ziekte van Addison .................................................................................................................................... 27
Het syndroom van Cushing (Maria and Cushing’s syndrome) .......................................................................... 28
4. Schildkliernodus en schildkliercarcinoom ................................................................................................... 50
,5. Hypogonadisme bij de man ........................................................................................................................ 51
1. Gewichtstoename, vermoeidheid en spierpijn ........................................................................................... 52
2. Een ‘volle’ hals............................................................................................................................................ 52
3. Een vaste knobbel in de hals die beweegt met slikken .............................................................................. 53
ZSO Kinderziekten en RVP .............................................................................................................................. 55
Elearning kinderziekten en RVP ...................................................................................................................... 57
ZSO Kind met koorts....................................................................................................................................... 62
ZSO Algemene aspecten van voeding ............................................................................................................. 71
HC Infectieziekten .......................................................................................................................................... 81
ANATOMIE
De hypofyse rust op de sella turcica. Hij hangt aan de
hypofysesteel, dit is de verbinding naar de hypothalamus.
Neuronen met hormonen erin: oxytocine en ADH.
Hypofysevoor- en achterkwab hebben hele andere functies.
Hypofysevoorkwab = adenohypofyse. Komt embryologisch
uit de mond-keelholte.
Hypofyseachterkwab = neurohypofyse. Komt embryologisch
uit de hersenen (neuro).
,MRI’s van hypofyse: voorkwab links, achterkwab rechts.
Bij zwelling van hypofyse:
- Compressie chiasma opticum → bitemporale hemianopsie
- Uitbreiding in sinus cavernosus → oogspierparese (nervus IV en VI)
- Risico apoplexie (CVA hypofyse)
De hypofyse ligt tegen de sinus cavernosus aan, een veneus gedeelte van de hersenen. Nervus 3, 4
en 6 lopen door de sinus cavernosus heen waardoor deze niet meer goed kunnen kijken. Dit leidt tot
dubbelzien.
STOORNISSEN HYPOTHALAMUS- HYPOFYSE-ACHTERKWAB
Centrale diabetes insipidus
, Te weinig ADH gemaakt of afgegeven. De nier krijgt dan geen signaal om het water vast te houden en
gaat het water laten lopen.
Te weinig ADH door
- Te weinig aanmaak (hypothalamus) of afgifte (hypofyse, centraal)
- OF ongevoeligheid in de ADH-receptor
Beeld
- Polyurie en polydipsie (dorst), ook nachtelijk
- Urine zeer ‘waterig’
- Zoeken naar water, ‘alles ervoor over’
- 4-14 liter per dag
Diagnostiek
- Dorstproef, klinisch (max 36 uur). Iemand stopt niet met plassen, waardoor de patiënt
binnen enkele uren al uitgedroogd raakt.
Dorsten gedurende maximaal 36 uur. Meting van diurese, plasma natrium, osmolaliteit plasma en
urine. Voortgaande diurese, oplopend plasma natrium/osmolaliteit, zonder dat urine osmolaliteit
toeneemt → bevestigt de diagnose.
Op het eind: toediening desmopressine (synthetisch ADH) → onderscheid tussen centraal of
nefrogene oorzaak.
Behandeling
- Uitleg
- Desmopressine (DDAVP) oraal of nasaal
Syndrome of inappropriate ADH secretion (SIADH)
Overmatige ADH-afgifte met als gevolg waterretentie en hyponatriëmie.
Beeld
- Malaise, milde gewichtstoename
- Verwardheid, sufheid, convulsies, coma (hyponatriëmie)
- Meestal secundair aan ander ziektebeeld
Diagnostiek
- Plasma en urine natrium, plasma en urine osmolaliteit
- Uitsluiten andere oorzaken hyponatriëmie (bijnierschorsinsufficiëntie)
Behandeling
- Indien ernstig: start met sterk geconcentreerde NaCL oplossing iv (2,5-3%)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evasimons54. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.11. You're not tied to anything after your purchase.