100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting boek Medialandschap $6.88   Add to cart

Summary

Samenvatting boek Medialandschap

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Goede en uitgebreide samenvatting van het boek Medialandschap. Het gaat om de hoofdstukken 1,2,4,5,6 en 7. En een goede samenvatting van de kernartikelen: 'Historisch kader', 'Social media', 'Privacy', 'Medialogica', 'Globalisering', 'PR&Journalistiek',

Preview 3 out of 30  pages

  • No
  • Unknown
  • March 6, 2023
  • 30
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Medialandschap boek

1. Wat zijn de media?
1.1, Verschillen tussen de media
Eigenschappen en soorten media

Ieder medium heeft zijn eigen kenmerken en de combinatie van kenmerken maakt het medium
uniek. Ook heeft elk medium zijn eigen uitwerking op de gebruiker, dus als je het medium wil
inzetten moet je je bewust zijn van de eigenschappen en de uitwerking.

Er zijn verschillende soorten media, vaak ben je je daar niet van bewust. Bijv. Coca-Cola flesje, abri’s,
videogames etc.
Verschillen in de media:

Factoren Voorbeeld
Het publiek dat het medium aanspreekt Groep uiteenlopende mensen, spec. Groep
Soort boodschap die uitgedragen wordt Commercieel, vermaak, kennisoverdracht
Mate van inspanning van de gebruiker Actief, passief

Ander onderscheid in de media maakt Marshall Mcluhan, op basis van de manier waarop gebruikers
met media omgaan. Indeling in 2 groepen:



Koele media Hete media


Hete media zijn bijv. radio of film: Gebruikers hoeven niks te doen om de boodschap die
overgebracht wordt te ontvangen. Dus media waarbij de gebruiker de totaalervaring passief
ondergaat. (Hoorcollege en bios dus ook!)
Koele media zijn bijv. stripboeken of televisie: Je bent er actief mee bezig om de boodschap te
krijgen. (Werkcollege!)

Medium is de boodschap

De inhoud en het effect van een mediaboodschap wordt voor het grootste deel bepaald door de
kenmerken van een medium. Dus de vorm van een medium creëert de ervaring.
Kenmerken van media, 5 factoren van belang:

1. Doelgroep  Doelgroep segmentatie = Je richten op een bepaalde groep mensen als je een
boodschap wil overbrengen.
2. Vorm van de boodschap  Film, stem of foto? Elk medium heeft ander bereik en andere invloed
op de doelgroep
3. Impact  Door jou gewenste impact verschilt per medium, dit heeft te maken met de emotie die
dit oproept bij de doelgroep.
4. Budget  Past binnen budget dat hiervoor is vrijgemaakt. Kosten verschillen per medium.
5. Meetbaarheid  Belangrijk is dat je meet wat het bereik van je reclame is geweest. Makkelijk op
internet (aanklikken), al moeilijker is de televisie (kijkcijfers), nog moeilijker zijn de reclameborden op

,straat. ROI (Return On Investment): Geeft het rendement op de investering die je doet. Dus als je
geld investeert in een reclamespotje op de televisie, is je ROI het bedrag dat je uiteindelijk
terugverdient doordat meer mensen je product kopen.

Crossmediale campagnes

Deze vorm van marketing vertelt de boodschap via meerder kanalen aan de doelgroep. Er worden
meerdere media aangesproken om een boodschap te vertellen, zo wordt de boodschap zo compleet
mogelijk overgebracht op de consument.

Global village

Nu kunnen mensen steeds meer zelf kiezen welke informatie ze willen ontvangen. McLuhan noemt
dit het mondiale dorp, ‘global village’  De wereld wordt door alle nieuwe technologieën eigenlijk
net zo klein als een dorp. Het kost steeds minder tijd om te communiceren met de andere kant van
de wereld dan vroeger. Ook kan je je steeds gemakkelijker verplaatsen (Plaats). Kenmerken mondiaal
dorp:

 Meer keuze waar je naar kijkt
 Zelf bepalen wanneer je kijkt
 Content is vrij beschikbaar
 Afstand, plaats en tijd hebben een andere rol gekregen
Maar ook een mondiaal dorp is begrensd! Niet iedereen heeft toegang etc. En niet alles krijg
je te zien.


1.2, Overgangen in de media
Reproductie

Je leeft in een tijd waarin je producten/content heel makkelijk kunt verspreiden/reproduceren. Het
kost weinig tijd om dit te doen. Veel van deze netwerken zijn gebouwd naar het idee dat de
gebruiker de verspreider is. Dit is een verschil met oudere websites, deze kan je zien als read-only, je
kan niks toevoegen/doen. Onderscheid tussen web 1.0 en web 2.0. Nieuwe websites gaan ervan uit
dat je de gebruikers zelf content maken, verspreiden en delen.
Consumenten en producenten
Prosumer=consumenten van de content, maar ook producenten, samentrekking van consumer en
producer. Bijvoorbeeld YouTube! De verandering van consument naar producent is best positief. De
kennis van alle gebruikers samen noem je ook wel collectieve intelligentie (ook makkelijker krachten
bundelen en samenwerken). Ook nadelen! Andrew Keen: ‘Informatie op het internet is steeds
minder betrouwbaar en de kwaliteit wordt slechter, niet meer duidelijk wie de auteur is door het
vele delen en verlies van privacy.’
Aura van een kunstwerk
Walter Benjamin: Het kunstwerk betekent iets, omdat er maar 1 exemplaar van is, dus uniek en
waardevol. Ook verandert de waarde van een object als je het reproduceert. Het is steeds normaler
om ergens een foto/video van te maken. De aura van een kunstwerk gaan verloren (bijv. De
Nachtwacht!), want je kan het overal vinden/zien. Maar dat is ook weer niet erg, want we kunnen nu
er allemaal van genieten, iedereen kan met reproducties kunst maken.
Remix cultuur
Het maken van kunst met reproducties is onderdeel van de remix cultuur. Lessing: we leven in een
cultuur waar content wordt geremixt (aangepaste versie maken) Maar hoe zit het dan met

, auteursrecht als je bijv. ook filmpjes gaat remixen? 1 vd oplossingen hiervoor is creative commons.
Dit geeft makers de kans om zelf te bepalen op welke manier hun content gebruikt mag worden.
Hierin 6 standaard licenties: Naamsvermelding, …GelijkDelen, -NietCommercieel, -
NietCommercieelGelijkDelen, -GeenAfgeleideWerken, -NietCommercieelGeenAfgeleideWerken.

Digitalisering

Vooral denken aan de overgang van analoog naar digitaal. Dit heeft een aantal veranderingen teweeg
gebracht:

Reproduceren  Ook op grote schaal, makkelijk, gevolgen voor privacy mensen.
Beeldwerking  Door Photoshop, lastig te bepalen of het beeld echt is.
Hoge omloopsnelheid  Bijv. het nieuws.
Democratisering  Mensen kunnen nu gemakkelijker terugpraten door het digitaal worden
van content.
Omgang met media  Sommige groepen blijven achter in de ontwikkelingen waardoor er
een grotere afstand tussen groepen kan ontstaan. Dit leidt tot vergrijzing bij oudere media,
zoals boeken/kranten/radio. Ook opleiding/sekse kan van invloed zijn.

Digitalisering van de media
Duidelijke overgang bij de digitalisering van verschillende media. TelevisieHeeft nu een
digitale variant (factor tijd) , Uitzending gemist, Netflix. Boeken Naast papieren uitgave nu ook
digitale uitgave, online content zijn ook gedigitaliseerde boeken (encyclopedie, google).
RadioOok online te streamen, ook wereldwijd. Kranten Ook online variant, geen deadline
dus sneller, wel weet je online niet waar de informatie vandaan komt. Door dit ook nieuwe
verdienmodellen voor kranten/nieuws; aantal regels lezen, verder? Abonnement. En Blendle; losse
artikelen kopen i.p.v. de hele krant.
Remediatie=Omschrijven met dit concept de gedachte dat een nieuwe medium altijd voorkomt uit
een ouder medium, maar ook dat oudere media zich aanpassen aan nieuwere media. Dus de inhoud
is hetzelfde gebleven, alleen de ‘techniek’ eromheen is veranderd, bijv. film(toneelstuk).

Convergentie

Convergeren is het met elkaar versmelten van verschillende soorten media, ze groeien steeds verder
naar elkaar toe, soms moeilijk om nog een onderscheid te maken. Een medium staat niet meer op
zichzelf, maar media verwijzen continu naar elkaar. (Digitalisering!)



1.3, Distributie van media


Distributievormen
Distributie=het verspreiden van content, het brengen van producten van producent naar consument.
Door digitalisering is dit makkelijker geworden (denk aan de film!)
Distributie van media kan plaatsvinden via versch. kanalen. 2 vormen: Indirecte en directe distributie.

Indirecte  Dus meerder mensen zijn hierbij betrokken. , bijv. een boek. Dit is een lang kanaal. Je
hebt ook een kort kanaal, dan zit er geen groothandel tussen.
Directe  Fabrikant levert direct aan de consument, bijv. het internet. Is ook goedkoper.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller melse00. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

71184 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.88
  • (0)
  Add to cart