Scheikunde samenvatting H14
Basisstof 1
Organisme: bestaat uit een cel of uit miljarden cellen
4 soorten moleculen:
- DNA/RNA
- Eiwitten
- Vetten
- Koolhydraten
Cel functie:
- Het vermogen tot celdeling en het doorgeven van het genetische materialen
- Het vermogen om energie vrij te maken uit verbindingen;
- Het kunnen maken van verbindingen die nodig zijn voor voorbestaan
DNA: desoxyribonucleïnezuur. (mRNA) wordt gemaakt → dit verlaat de celkern en wordt
vervoerd naar ribosomen en RER.
Ribosomen: gebruiken info uit mRNA om eiwitten te vormen
Golgiapparaat: maakt verder de vorming van de eiwitten af, die worden opgeslagen en
gedistribueerd.
Vacuole: worden de eiwitten en ander stoffen opgeslagen.
Mitochondrium: de voedingsstoffen worden afgebroken, energie komt vrij en die wordt
gebruikt en is nodig voor productieproces.
Cytoplasma: de inhoud van een cel, uitzondering van celkern, celmembranen celwand
Membraan: dun vliesje, scheidt celorganellen en cellen van elkaar.
Moleculen die membraan vormen → ze moeten voldoende hydrofoob zijn, zodat membraan
niet oplost in cytoplasma. Ze moeten ook hydrofiel zijn om stabiele laag in het water te
vormen, zodat de cel voor langere tijd kan blijven staan. De moleculen die het membraan
vormen zijn; fosfolipiden. Ze hebben een hydrofiele kopje en hydrofobe staarten.
Celmembraan: is een dunne laag fosfolipiden, waarbij de hydrofobe staarten naar elkaar toe
gericht en de hydrofiele koppen
naar buiten. De fosfolipiden
kunnen langs elkaar bewegen en
de eiwitten in celmembraan
kunnen in het membraan
bewegen.
,Transport over het celmembraan;
In geval van concentratieverschillen van een stof aan weerszijden van celmembraan kan er
diffusie of passief transport plaatsvinden. Dit is nettotransport in de richting van de laagste
concentratie na verloop zal zich een dynamisch evenwicht instellen waarbij beide kanten
gelijk zijn. Kleine ongeladen moleculen, zoals CO2, H2O en C2H6O, kunnen het
celmembraan makkelijk passeren. Overige deeltjes, die grotere moleculen of ionen hebben,
hebben per se transporteiwit nodig.
Transporteiwit is nodig om het getransporteerde moleculen te herkennen en het transport te
kunnen reguleren door te openen en te sluiten.
Als de concentratie aan een kant van het celmembraan hoger moet zijn dan de andere kant, is
actief transport nodig. Dit proces waarbij het deeltje specifiek tegen de
concentratieverschillen in naar de andere zijde van het membraan wordt gepompt. Hierbij is
transporteiwit nodig, waarbij energie moet worden toegevoerd.
Basisstof 2
Koolhydraten Cn(H2O)m. koolhydraten zijn kenmerkend voor het grote aantal OH-groepen
en dat ze in eenheden van ringstructuren voorkomen. In de ringstructuur worden de H-
groepen niet weergegeven. Binas 67F. Onderscheid tussen monosachariden, koolhydraten die
uit een ringstructuur bestaan. Disachariden, koolhydraten die uit twee gekoppelde
ringstructuren bestaan en polysachariden, koolhydraten met lange ketens aan elkaar
gekoppelde ringstructuren.
Bij koppeling van twee ringen reageren twee OH-groepen met elkaar onder afsplitsing met
watermoleculen worden gevormd. Waardoor monosachariden uitstekend oplossen in water.
Monosacharide glucose lost dus goed op in het bloed en kan snel worden vervoerd naar
spieren en organen. Door transporteiwit wordt glucose actief in de cel binnengelaten. Bij
verbranding van glucose in mitochondriën komt energie vrij. Dit proces kan snel verlopen, bij
hoge lichamelijke inspanning is glucose de enige energiebron
Sacharose kan door middel van een hydrolysereactie worden afgebroken tot glucose en
fructose. Het zetmeel wordt door het enzym amylase ten dele afgebroken tot kortere
sachariden en disachariden maltose. In de dikke darm worden de korteren sachariden door
amylase en maltase afgebroken tot monosachariden, die door darmwand naar bloedbaan kan
worden getransporteerd.
Dus zetmeel komt binnen → door amylase tot kortere sacharide en disachariden maltose
afgebroken → in dikke darm door amylase en maltase afgebroken tot monosachariden →
door darmwand naar bloedbaan.
, Koolhydraten worden opgeslagen als glycogeen; een polysacharide dat uitsluitend uit
glucosemonomeren is opgebouwd. Glycogeen bevindt zich in de lever en spieren. Door
middel van hydrolysereactie wordt glycogeen afgebroken tot glucose, waardoor de
opgeslagen energie snel kan worden vrijgemaakt.
Polysachariden hebben bouwstof als functie. Cellulose is een van de meeste voorkomende
polysacharide op de aarde.
Basisstof 3
Vetten; tri-esters van glycerol (propaan-1,2,3-triol) en drie
vetzuren. Dit zijn organische carbonzuren met een
carboxygroep en een koolstofketen van meer dan twee C-
atomen. Deze tri-esters worden in het lichaam door middel van
enzymen afgebroken tot glycerol en vetzuren via
hydrolysereactie, waarbij drie watermoleculen per vetmolecuul
nodig is.
Als een vetzuur een dubbele binding bevat, noem je dit een
enkelvoudig onverzadigd.
Als een vetzuur meerdere dubbele bindingen bevat, noem je dit
een meervoudig onverzadigd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller roseemabdi. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.