Uitgangspunt: de civiele rechter is in beginsel lijdelijk.
In principe geldt de autonomie van partijen.
Art. 149 Rv: feiten die niet voldoende door partijen zijn betwist, staan vast.
Rechter kan wel ingrijpen in de procedure: hebben partijen voldaan aan de steplicht en zijn
de feiten bewezen? Ook ambtshalve bevoegdheden: getuigenverhoor, informatie en
inlichtingenplicht (art. 21 jo. 22 Rv).
Art. 149 Rv: de sluis van het geding. Feiten moeten via het geding tot de rechter komen en
niet op een andere manier.
- inlichtingenplicht, art 21 Rv: partijen moeten relevante feiten volledig en naar waarheid
aanvoeren. Advocaat: alleen gunstige feiten voor cliënt naar voren brengen is toegelaten,
maar ondergrens: GOOSEN/GOOSSEN: herroeping beslissing rechter wegens bedrog
bewust bepaalde inlichtingen niet verstrekt.
- informatieplicht, art. 22 Rv: rechter kan partijen bevelen meer informatie te geven.
Partijen kunnen dit weigeren, maar alleen met gewichtige redenen. SCHOOK/VERGEER:
woonruimte of bedrijfsruimte? Rechter neemt zelf een kijkje. HR: beslissing gebaseerd op
feiten die op een andere manier dan via processtukken in het geding tot de rechter
gekomen zijn en dus sprake van schending art. 149 Rv en hoor en wederhoor (art. 19 Rv).
DE SAMENWERKING/GEERLINGS: BAC advies niet aan partijen beslissing op feiten die
niet via de sluis van het geding ging, want de partijen konden het niet inzien. Ook schending
hoor en wederhoor. HOOGEBOOM/VAN SEGGELEN: tekening in KG gebruikt voor beslissing
rechter niet via de sluis van het geding en schending hoor en wederhoor.
Relativering: art. 223 Rv: voorlopige voorziening. Als feiten zijn aangevoerd i.h.k.v. art.
223 Rv dan mag je ze ook gebruiken in de hoofdzaak.
Betwisting van feiten: moet je ook echt concreet betwisten. Rechtsgevolgen die niet ter
vrije bepaling komen vast te staan, kunnen niet door niet-betwisting komen vast te staan
Art. 149 lid 2 Rv: feiten van algemene bekendheid of ervaringsregels hoef je niet te stellen
en niet te bewijzen (notoire feiten). Hier vallen ook processuele feiten onder.
Browsende rechter: DONKERSGOED/JANSEN: rechter gebruikte feiten gevonden op de
website van betrokkene en gebruikte dit voor beslissing schending art. 149 jo. 19 Rv.
Wanneer bewijs: niet vereist: absolute zekerheid. Wel vereist: redelijke mate van
zekerheid. Hoe ingrijpender, hoe meer zekerheid. ‘Beyond reasonable doubt’.
Bewijs leveren doen partijen. Bewijswaardering is aan de rechter.
HC1B en 2A: verdeling van de bewijslast
Deel 1
In Nederland geldt: de vrije bewijsleer, art. 152 lid 2 Rv. Bewijs kan geleverd worden via
alle middelen en de rechter is vrij om het bewijs te waarderen.
Uitzondering: dwingend bewijs.
Eerste vraag: wie moet bewijzen? Tweede vraag: waardering bewijslast.
Bewijslast is belangrijk voor 1: concrete uitkomst zaak, 2: voorspelbaarheid rechterlijke
uitspraken, 3: in het verlengde van 2: controle Hof en HR op de rechterlijke uitspraken.
Theorieën bewijslastverdeling: 1: procesrechtelijke theorie/billijkheidstheorie: wat vind ik –
als rechter – billijk dat deze partij moet bewijzen? Nadeel: lastig om al in vroeg stadium je
proceskansen in te schatten en dat is wel nodig. 2:objectiefrechtelijke theorie geldt in
NL.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller carlies. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.