1. Wat is geen opvoedingsdoel?
a. Persoonlijkheidsontwikkeling
b. Socialisatie
c. Zelfstandigheid en autonomie
d. Een kind leren om op eigen benen te staan
2. Van welke ontwikkelingsproblematiek is er sprake als een kind het volgende
vertoond: teruggetrokkenheid, internaliserend probleemgedrag hypergevoeligheid
a. Emotionele problemen
b. Somatische problemen
c. Leerproblemen
d. Psychiatrische problemen
3. Welke zin is niet waar
a. Risicofactoren zijn eigenschappen, gebeurtenissen en omstandigheden die de
ontwikkeling en opvoeding van jeugdigen bedriegen
b. Je kan systematische werken door middel van het balansmodel
c. Een achterstand in de ontwikkeling is alleen verontrustend als die wordt
veroorzaakt door een onderliggend probleem en als dit van negatieve invloed is
op de verdere ontwikkeling
d. Opvoedschap is exclusief voor de ouder
Hoofdstuk 1
4. Waar staat WMO voor
a. Wet maatschappelijke opvoeding
b. Wetenschappelijk meervoudig onderzoek
c. Wet meervoudige ontwikkelingsstoornis
d. Wet maatschappelijke ondersteuning
5. Wat is geen belangrijk uitgangspunt van de wlz
a. Betrokkenheid
b. Zeggenschap
c. Verantwoordelijkheid
d. Inlevingsvermogen
6. Bij het jeugdbeleid en dan de kern van het gemeentelijk jeugdbeleid, wordt er
gesproken over twee overkoepelende uitgangspunten. Een van die twee punten is
het verwezenlijken van een samenhangende zorg structuur. Welke punten worden
daar vervolgens bij genoemd?
a. Van zorg naar activering, geholpen door een goede ondersteuningsstructuur via
sociale wijkteams, centra voor jeugd en gezin en regionale
samenwerkingsverbanden voor jeugdigen die extra steun nodig hebben
b. Gedreven, doelbewust en actief helpen van jongeren
c. Doelgericht, effectief en in samenwerking met zorg en doelgroep
d. Planmatig, een duidelijke aanpak en kijkend naar de doelgroep
, Hoofdstuk 2
7. Waardoor herkend een participatiemaatschappij zich
a. Een meelevende overheid
b. Een geintreseerde overheid
c. Een terugtrekkende overheid
d. Een overheid die vooral achter de schermen actief bezig is
8. Lees de twee stellingen
1. Een pedagogische civil society is een omgeving die een kind stimuleert in de
ontwikkeling maar ook hulp biedt aan de opvoeders
2. Een pedagogische basis is een veilige, plezierige en uitdagende buurt voor
kinderen en jongeren om in op te groeien met inzet van de buurt.
a. 1 en 2 zijn juist
b. 1 en 2 zijn onjuist
c. 1 is juist 2 is onjuist
d. 2 is juist 1 is onjuist
9. Wat moet je doen als je selectief preventief te werk gaat
a. Je moet je richten op een groep mensen die een risico lopen om in dit geval
buiten de samenleving te vallen.
b. Je moet je richten op een groep mensen die andere kunnen helpen om te
voorkomen dat zij buiten de samenleving vallen
c. Je moet je richten op mensen die al uit de samenleving zijn gevallen, en ze helpen
weer in de samenleving te komen
d. Je moet niks doen en andere mensen stimuleren zich zelf te helpen
Hoofdstuk 3
10. Wat is een gevolg van de Wet Harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk
a. Er gingen meer kinderen naar de kinderopvang
b. Er kwamen meer babygroepen binnen kinderopvangorganisaties
c. Er kwamen meer peutergroepen binnen kinderopvangorganisaties
d. Er gingen meer kinderen doorstromen van kinderopvang naar bso
11. De ruimte, het materiaal en kijken en luisteren staan centraal
a. Jean Piaget
b. Maria Montessori
c. Rudolf Steiner
d. Regio Emilia
12. Er zijn 6 interactievaardigheden die bijdragen aan de goede opvang kwaliteit NCKO,
maar wat is geen basale vaardigheid
a. Begeleiden van interacties tussen kinderen
b. Sensitieve responsiviteit
c. Respect voor autonomie
d. Structureren en grenzen stellen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller wendyvegelin. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.98. You're not tied to anything after your purchase.