Leerdoelen week 1 inleiding in het strafprocesrecht
De bronnen, uitgangspunten, doelen en beginselen van het
strafprocesrecht toelichten;
Het Wetboek van Strafvordering geeft het kader waarbinnen de justitiële afdoening van een
strafzaak moet worden verricht. Dat volgt uit art. 1 van het Wetboek van Strafvordering,
waarin het strafvorderlijk legaliteitsbeginsel is opgenomen. In beginsel is de wet in formele
zin daarom de enige bron van strafvordering. Echter, zijn er in de praktijk ook nog enkele
andere bronnen van strafvordering te onderkennen:
Verdragen (bv. art. 6 EVRM) → doorwerking door art. 93 jo 94 Gw;
Bijzondere wetten (Opiumwet, Wet wapens en munitie);
Richtlijnen, aanwijzingen etc. (verdachte kan beroep doen op regels van Justitie);
Beginselen van een behoorlijke procesorde (bijv. proportionaliteitsbeginsel,
subsidiariteitsbeginsel, vertrouwensbeginsel; gelijkheidsbeginsel, detournement de
pouvoir);
Jurisprudentie (wetsartikelen van aangevuld door de Hoge Raad).
Het strafprocesrecht dient verschillende doelen. Een van de belangrijkste doelen van het
strafprocesrecht is het voorkomen van eigen inrichting. Daarnaast wordt zowel het bewaren
van de rust in de maatschappij als de genoegdoening van het slachtoffer als doelen van het
strafprocesrecht gezien. De belangrijkste zijn echter generale en speciale preventie.
Generale preventie = Houdt in dat het strafprocesrecht een lerende uitwerking heeft
op burgers in het algemeen. Anderen dan de verdachte kunnen van de toepassing
van strafprocesrecht zodanig onder de indruk zijn, dat ze mede hierdoor kunnen
besluiten zich in de toekomst overeenkomstig de wet te gedragen. VOORBEELD:
jongen spuit graffiti en wordt veroordeeld tot een taakstraf om muren schoon te
maken. De veroordeling en straf maken een grote indruk op andere jongeren dat zij
besluiten om niet meer met graffiti bezig te zijn.
Speciale preventie = Houdt in dat het strafprocesrecht een lerende of zelfs
preventieve werking heeft ten aanzien van de persoon van de verdachte. De
verdachte kan door de toepassing van strafprocesrecht zo onder de indruk zijn, dat
de rechterlijke instanties nadien besluiten dat het opleggen van een nadere sanctie
overbodig is. VOORBEELD: jongeren hebben de openbare orde verstoord en
worden opgehaald door de politie om een nacht in de cel door te brengen. Er is nog
geen rechter aan de pas gekomen, het feit dat de verdachten gelijk in de cel
moesten overnachten zorgt ervoor dat de rechter geen straf aan de jongeren oplegt.
De rechter is ervan overtuigd dat de jongeren beter zullen nadenken nu ze nacht in
de cel hebben meegemaakt.
Formeel strafrecht is gericht op het kunnen realiseren van het materieel strafrecht. Het geeft
regels en procedures die kunnen worden ingezet als er sprake/een vermoeden is van een
strafbaar feit. Formeel strafrecht geeft aan politie en justitie bevoegdheden om
,nomafwijkendgedrag aan te pakken. Ook begrenst het formeel strafrecht de
opsporingsbevoegdheden van politie en justitie.
De betekenis van het strafvorderlijk legaliteitsbeginsel en de wijze
waarop dit beginsel zijn neerslag vindt in de wet toelichten;
Met het strafvorderlijk legaliteitsbeginsel (art. 1 Sv) wordt het creëren van lokaal
strafprocesrecht voorkomen. Op die wijze geschieden activiteiten in de sfeer van
opsporing, vervolging, berechting, strafoplegging en tenuitvoerlegging van vonnissen in
heel Nederland volgens dezelfde regels en genieten burgers dus ook overal dezelfde
bescherming. Alleen de formele wetgever mag bepalen hoe het strafprocesrecht
verloopt.
Uitleggen waarom het strafprocesrecht enerzijds een instrumenteel
karakter heeft en anderzijds een element van rechtsbescherming in zich
draagt;
Instrumentele functie → Verschaft instrumenten om te kunnen opsporen. Belang van de
gemeenschap behartigen.
Rechtbeschermende functie → De wet geeft de grenzen aan die tijdens de opsporing
inbreuk op grondrechten mag worden gemaakt. Belang van verdachte behartigen.
Normering van overheidsmacht in opsporingsfase:
- 1 Sv: bij wet voorzien;
- Proces-verbaal: 152-153, 148 lid 3, 149 a, b Sv
- Gezag OvJ: 148 lid 1 en 2 Sv; 12 Politiewet
- 359a Sv: consequenties verzuimen.
, Het belang van artikel 3 Politiewet/ art. 141, 142 Sv voor de opsporing
toelichten en een verband leggen met artikel 1 Wetboek van
Strafvordering;
Art. 3 Politiewet: de politie heeft tot
taak in ondergeschiktheid aan het
bevoegd gezag en in
overeenstemming met de geldende
rechtsregels te zorgen voor de
daadwerkelijke handhaving van de
rechtsorde en het verlenen van hulp
aan hen die deze behoeven. Politie
kan op basis hiervan opsporing
doen.
Art. 141 jo 142 Sv: staan
opsporingsambtenaren die bevoegd
zijn op opsporing te doen.
Art. 1 Sv: legaliteitsbeginsel. Houdt
in dat een persoon alleen gehouden
kan worden aan wetsbepalingen die al bestonden op het moment dat die persoon datgene
doet waarop die wet betrekking heeft. Het voorkomt dat de wetgever met terugwerkende
kracht regels kan opleggen.
Leerdoelen week 2 vooronderzoek (opsporingsonderzoek en onderzoek door
de Rechter-Commissaris
De verschillende fasen in het strafproces en de betekenis van het
vooronderzoek – het opsporingsonderzoek en het onderzoek door de
rechter-commissaris – voor het strafproces als geheel toelichten;
Het opsporingsonderzoek =
Door opsporingsambtenaren
(art. 141 Sv) onder leiding van
OvJ, gericht op achterhalen wat
er precies is gebeurd
(waarheidsvinding).
Bevindingen van
opsporingsambtenaren worden
in een proces-verbaal
vastgelegd (art. 152 Sv). OvJ
neemt vervolgens beslissing
wat er verder met de zaak moet
gebeuren.
Het vooronderzoek, art. 132 Sv = Omvat met name het opsporingsonderzoek (art.
132a Sv) onder leiding van de OvJ, maar ook het onderzoek door RC (bv horen
getuigen). De OvJ neemt strafvorderlijke beslissingen. Bij het doen van opsporing
proberen we vast te stellen of iemand een strafbaar feit kan begaan, begaat of zou
hebben begaan. Indien nodig kan de OVJ vorderen dat het onderzoek door de RC
wordt verricht (art. 181 Sv), ook de verdachte kan dit vorderen. De RC heeft een
toezichthoudende rol in het vooronderzoek. De resultaten van het vooronderzoek
, komen op het onderzoek ter terechtzitting aan de orde, relevant voor
oordeelsvorming rechter maar ook voor de verdediging.
Het onderzoek door de Rechter-commissaris = Een onderzoeksrechter met
bepaalde bevoegdheden. Hij houdt toezicht op het rechtmatig verloop van alle
procedures en kan zelf onderzoekshandelingen (laten) verrichten. De OvJ moet de
RC alle stukken en informatie geven die hij voor zijn nodig heeft.
De OvJ beslist als alle informatie er is, of hij gaat vervolgen (de zaak wordt dan voorgelegd
aan de strafrechter). Zo ja, dan wordt de verdachte gedagvaard om ter terechtzitting te
verschijnen.
Het onderzoek tijdens de terechtzitting → Tijdens de terechtzitting ondervraagt de rechter de
verdachte en eventueel getuigen of deskundigen. De OvJ krijgt de gelegenheid om aan te
tonen dat de verdachte schuldig is.
Na de sluiting van de zitting komt de rechter met zijn uitspraak.
Beraadslaging en uitspraak → De straf of maatregel die door de rechter is opgelegd wordt
onder verantwoording van het OM uitgevoerd.
Uitleggen hoe een opsporingsonderzoek kan starten, daarbinnen
verschillende opsporingsmethoden herkennen en deze toetsen aan
artikel 1 Wetboek van Strafvordering;
Een opsporingsonderzoek wordt in veruit de meeste gevallen ingesteld naar aanleiding van
een redelijk vermoeden dat een strafbaar feit is begaan. Meestal begint een strafzaak bij de
politie. De politie komt op het spoor van een strafbaar feit, of iemand doet aangifte. Er wordt
dan een opsporingsonderzoek gestart, onder leiding van de Officier van Justitie. De politie
gaat op zoek naar de verdachte en verzamelt bewijs, bijvoorbeeld door getuigen te horen.
Alle bevindingen van de politie worden opgeschreven in een proces-verbaal. Dit gaat naar de
OvJ. Hij vertegenwoordigt het OM. De OvJ beoordeelt of alle feiten duidelijk zijn en hoe sterk
het bewijs is. Hij neemt uiteindelijk de beslissing of de verdachte voor de rechter komt.
Soorten opsporingsmethoden:
- Observatie → Het stelselmatig volgen van een persoon of het stelselmatig
waarnemen van diens aanwezigheid of gedrag, bijvoorbeeld met een verborgen
camera (art. 126g Sv);
- Infiltratie → Deelnemen of medewerking verlenen aan een groep van personen
waarbinnen naar redelijkerwijze kan worden vermoed misdrijven worden beraamd of
gepleegd (art. 126h Sv);
- Stelselmatig inwinning van informatie → Stelselmatig informatie inwinnen over
een verdachte zonder dat kenbaar is dat dit door een opsporingsambtenaar wordt
gedaan (art.126i Sv);
- Bevoegdheden in een besloten plaats (inkijken) → Zonder toestemming van de
rechthebbende een besloten plaats, niet zijnde een woning, betreden, dan wel een
technisch hulpmiddel aanwenden teneinde (art. 126k Sv);
- Opnemen vertrouwelijke communicatie met een technisch hulpmiddel (art. 126l
Sv);
- Onderzoek van telecommunicatie → Opnemen met een technisch hulpmiddel van
niet voor publiek bestemde communicatie via de telecommunicatie-infrastructuur of
via een telecommunicatie inrichting die wordt aangewend voor dienstverlening aan
het publiek, bijv. internet of telefoon tappen (art. 126m Sv).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophievoorboom. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.54. You're not tied to anything after your purchase.