100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Economie Monetair Beleid $8.62   Add to cart

Summary

Samenvatting Economie Monetair Beleid

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Samenvatting van economie over het onderwerp monetair beleid.

Preview 2 out of 5  pages

  • March 10, 2023
  • 5
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Economie – Economisch beleid
Inverdieneffect/uitverdieneffect
Inverdieneffect = Onderbesteding (werkloosheid)
→ Overheid zal bestedingen verhogen /
belastingen verlagen → effectieve vraag omhoog
→ inkomen gezinnen omhoog → belasting
ontvangsten omhoog.

Uitverdieneffect = overheid bezuinigd → groei
economie omlaag → inkomen gezinnen omlaag →
belasting ontvangsten omlaag.



Bankrun
= Als klanten het vertrouwen in hun bank verliezen kan er een bankrun ontstaan. Er is sprake van een
bankrun als een groot aantal rekeninghouders van een bank tegelijkertijd hun geld op betaal- en
spaarrekeningen opneemt. Op korte termijn kunnen de langlopende bezittingen van de bank niet
verkocht worden om aan de kortlopende verplichtingen te voldoen. Voor de bank ontstaat er een
acuut liquiditeitsprobleem.
o Het depositogarantiestelsel vermindert de kans op bankruns: het geld op rekeningen bij
Nederlandse banken wordt wettelijk beschermd door de Nederlandse Depositogarantie. Als
een bank failliet gaat, krijg je jouw geld terug (tot maximaal € 100.000 per persoon, per
bank).
o Als een bank in problemen komt en er op geen enkele andere manier een redding mogelijk
is, kan een centrale bank helpen als lener-in-laatste-instantie.
o De bank moet over voldoende liquide middelen beschikken om op korte termijn te voldoen
aan opvragingen. Liquide middelen = chartaal geld waar de bank snel over kan beschikken =
kasmiddelen + tegoed bij centrale bank. Liquiditeit = kasmiddelen + tegoed bij centrale bank
korte termijn verplichtingen (rekeningcouranttegoed)

Output gap
Output gap = het verschil tussen de werkelijke productie en de potentiële productie.

Bestedingsevenwicht Y (BBP) = Y*(potentiële BBP)
• Structurele werkloosheid
Laagconjunctuur / onderbesteding: Y < Y* (negatieve output gap)
• Ruime arbeidsmarkt, structurele + conjuncturele werkloosheid
• Rente daalt
• Bezettingsgraad klein
Hoogconjunctuur / overbesteding: Y > Y* (positieve output gap)
• Krappe arbeidsmarkt
• Inflatie
• Rente stijgt
• Bezettingsgraad groot

, De vergelijking van Fischer (monetarist)
legt een verband tussen de geldstroom en de goederenstroom. Je kunt eruit afleiden of een toename
of afname van de hoeveelheid geld die wordt uitgegeven leidt tot een stijging van de productie of
van de prijzen.

M staat voor de hoeveelheid geld M×V=P×T
V staat voor de omloopsnelheid geldstroom↑ ↑goederenstroom
P staat voor het prijsniveau
T staat voor het aantal transacties

Omdat er sprake is van een vergelijking, moeten de twee altijd in balans zijn.

De hoeveelheid geld stijgt (M) → De prijs van appels stijgt (P).
De hoeveelheid goederen stijgt, de geldstroom verandert niet → De productie stijgt (T) en de prijs
daalt (P).
Geld wordt weggestopt en komt niet in de economie terecht → De omloopsnelheid van het geld
daalt (V) → Daling van de prijs (P).




Keynesiaanse kruis
Y = EV (= C + I + O) → evenwicht goederenmarkt S= I + (O-B) → evenwicht vermogensmarkt

I = autonoom O = onafhankelijk van inkomen
C = C0 + c(Y – B) → Consumptiequote (verband tussen inkomen en bestedingen van gezinnen)
• de autonome consumptie (C0)
• consumptie die afhankelijk is van het besteedbare inkomen (Y – B)
• Marginale consumptiequote = deel van elke extra verdiende euro uitgegeven wordt aan
consumptie. c = ∆C
∆Y
Totale bestedingen = C0 + c(Y – B) + Io + O

Keynesiaanse kruis = beschrijft korte termijn evenwicht tussen de bestedingen (EV = C + I + O) en het
inkomen (Y). Inflatie en (reële) rente constant.
1. Y = EV – lijn: evenwichtsvoorwaarde, geeft alle combinaties weer, waarbij inkomen gelijk is
aan bestedingen.
2. EV = C + I + O – lijn (bestedingslijn/EV-lijn): geeft de bestedingen van gezinnen, bedrijven en
overheid weer bij elke hoogte van het inkomen.

Snijpunt: bestedingen = inkomen → bestedingsevenwicht. Evenwicht op de goederenmarkt =
Evenwicht op de kapitaalmarkt

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marielee. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.62. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73314 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.62
  • (0)
  Add to cart