Deze samenvatting is opgebouwd aan de hand van de hoorcolleges. Per hoorcolleges is de stof uit het boek behandeld en de besproken onderwerpen van tijdens de college. Het is een zeer uitgebreid bestand waar veel wordt toegelicht aan de hand van plaatjes. Ook de losse artikelen die gelezen moesten w...
Thanks for the good reviews :)

By: samenvattingenuu123 • 5 year ago
By: lanahoekstra12 • 6 year ago
Translated by Google
You can actually just as well print out the slides from the lectures ...
By: kikivonpiekartz • 6 year ago
By: elinesinke • 6 year ago
Show more reviews
Seller
Follow
aemleenders
Reviews received
Available practice questions
Toegepaste Cognitieve Psychologie 1
Flashcards19 Flashcards
$4.333 sales
Flashcards19 Flashcards
$4.333 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
Wat is het verschil tussen mensen die werkzaam zijn onder ‘human performance’ en mensen die werkzaam zijn onder ‘human factors’?
Answer: Onderzoekers die werkzaam zijn onder ‘human performance’ zijn geïnteresseerd in het karakteriseren van de processen binnen de menselijke component van een systeem. Ze zijn dus alleen geïnteresseerd in het opdelen van het gedrag van mensen in subsystemen. Specialisten in ‘human factors’ zijn betrokken bij het ontwerpen van mens-machine interfaces om zo de verwezenlijking van het doel van een systeem te optimaliseren. Ze zijn dus geïnteresseerd in de interactie tussen de menselijke component en de machine component van een systeem.
2.
Leg de overeenkomsten en verschillen uit tussen de mens en computer in een ‘human- computer system’.
Answer: Beide hebben subsystemen die verantwoordelijk zijn voor input, verwerking en output. De mens krijgt voornamelijk zijn input door het visuele systeem en de computer krijgt input via een keyboard en andere apparaten. Het centrale verwerkingsunit van de computer (machine operaties) is analoog aan de cognitieve capaciteiten van het menselijke brein.
De mens produceert output via fysieke reacties, zoals het drukken op een knopje, terwijl de computer output presenteert op een display scherm.
3.
Benoem de drie contributies die Taylor (1911/1967) maakte aan de verbetering van de productiviteit op de werkvloer.
Answer: Taak analyse. Hiermee werden de componenten van een taak bepaald. Een techniek die valt onder taak analyse is ‘time-and-motion study’.
Pay for performance. Hierbij is de compensatie die een werknemer krijgt afhankelijk van de hoeveelheid delen die hij voltooid heeft.
Personeelsselectie. Hierbij wordt de persoon uitgekozen die het beste bij een taak past.
4.
Het is handig om verschillende soorten menselijke fouten te categoriseren aan de hand van een taxonomie. Beschrijf de taxonomieën van actie, mislukking, verwerking en intentie.
Answer: Actie classificatie: sommige fouten kunnen toegeschreven worden aan een actie of gebrek aan actie van een operator. Hierbij kunnen error of omission en error commision onderscheiden worden.
Mislukking classificatie. Een fout kan leiden tot het falen van een systeem. Hierbij kunnen herstelbare en niet-herstelbare fouten onderscheiden worden. Systeem fouten die door de mens veroorzaakt owrden kunnen ontstaan door fouten in de bediening, ontwerp, montage of installatie/onderhoud.
Verwerkingsclassificatie. Fouten kunnen gelokaliseerd worden binnen het menselijke informatie verwerkingssysteem. Hierin bestaat een onderscheid tussen input, mediatie, output en communicatie fouten.
Intentionele classificatie. Fouten kunnen geclassificeerd worden als slips of vergissingen, naargelang iemand een actie uitvoerde die wel of niet bedoeld was. Lapses kunnen hierbij ook onderscheiden worden.
5.
Waarom is het vermoeiend om tekst op een computerscherm te lezen?
Answer: Tekst afgebeeld op een computerscherm is scherp in het midden maar heeft wazige randen, omdat het licht naar de randen van een afbeelding op het scherm vervaagt. Het oog ontvangt dus scherpe én wazige signalen en dit zorgt ervoor dat de accommodatiestaat van het oog verschuift naar de ‘dark focus’. Wanneer er voor een langere tijd een tekst op een beeldscherm wordt gelezen, moeten de ogen continue werken om de tekst in focus te houden (en dus van de dark focus af te wijken). Dit continue corrigeren van de dark focus kan zeer vermoeiend zijn.
6.
Hoe komt het dat we het bijna nooit merken als een beeld in de blinde vlek van het oog valt?
Answer: Ten eerste zal het gebied van de afbeelding die in de blinde vlek van het ene oog valt, op een ander gebied van de retina van het andere oog vallen die wel receptoren bevat. Ten tweede zorgt het perceptuele systeem ervoor dat missende informatie opgevuld wordt, zodat altijd een continu beeld waargenomen wordt.
7.
Waarom heeft het staafjes systeem een lagere acuity en een hogere sensitiviteit dan het kegeltjes systeem?
Answer: Hoe minder receptoren convergeren tot een zenuwcel hoe hoger de acuity. Veel meer staafjes convergeren met elkaar tot een zenuwcel dan kegeltjes en hierdoor hebben ze een lagere acuity. Hoe meer receptoren convergeren tot een zenuwcel hoe hoger de sensitiviteit. Elke keer als een receptor in aanraking komt met een photon, zal de zenuwcel hierop reageren. Omdat bij de staafjes de receptoren veel meer convergeren, zullen de zenuwcel van het staafjes systeem veel sneller reageren op licht dan het kegeltjes systeem en zijn ze dus sensitiever.
8.
Beschrijf wat de Purkinje shift inhoudt.
Answer: De Purkinje shift ontstaat door een verschil in piek sensitiviteit tussen staafjes en kegeltjes. Staafjes zijn sensitiever voor korte golflengtes en kegeltjes voor lange golflengtes. Het Purkinje effect is duidelijk zichtbaar tijdens de schemering. Overdag lijken rode en gele objecten feller dan groene en blauwe objecten. Echter wanneer het donker wordt en het staafjes systeem overneemt lijken blauwe en groene objecten feller dan rode en gele objecten.
9.
Wat is het verschil tussen brightness en lightness?
Answer: Brightness is het perceptuele attribuut dat geassocieerd wordt met de algemene licht intensiteit. Lichtness refereert naar het perceptuele attribuut dat geassocieerd wordt met reflectie. Lichtness beschrijft hoe donker of licht een object lijkt op een schaal van zwart tot wit.
10.
De waargenomen luidheid van een toon kan beïnvloed worden door zijn frequentie. Beschrijf twee conclusies die je kunt trekken uit equal-loudness contours.
Answer: Twee van de onderstaande mogelijkheden:
Om geluiden even hard te laten klinken, moeten tonen met verschillende frequenties aangepast worden zodat ze verschillende intensiteitniveaus hebben.
Tonen tussen de 3 – 4 kHz zijn het makkelijkst te detecteren. Deze hoeven niet zo’n hoge intensiteit te hebben als andere tonen om net zo luid te klinken.
Tonen met een lage frequentie onder de 200 Hz zijn het moeilijkst te detecteren.
Verschillen in luidheid tussen frequenties verdwijnen wanneer de intensiteit flink verhoogd wordt.
Content preview
T O E G E P A S T E
C O G N I T I E V E
P S Y C H O L O G I E
I
S A M E N V A T T I N G
U N I V E R S I T E I T
U T R E C H T
M K :
2 0 0 3 0 0 0 7 5
Samenvatting
Toegepaste
Cognitieve
Psychologie
I
, LEERDOELEN
o Kennis
van
toepassingsmogelijkheden
van
de
cognitieve
psychologie.
o Vaardigheid
in
het
toepassen
van
een
onderzoeksmethode
op
een
praktische
vraagstelling.
o Overzicht
van
toepassingsgerichte
theorieën,
onderzoeksmethoden
en
technieken).
o De
inhoud
van
het
vakgebied
van
de
toegepaste
cognitieve
psychologie
kennen.
o Vertaalslag
kunnnen
maken
van
theoretische
kennis
naar
mogelijke
toepassingen
in
de
(onderzoeks-‐‑)praktijk.
LITERATUUR
EN
TENTAMENSTOF
PROCTOR,
R.
W.,
&
VAN
ZANDT,
T.
(2008).
HUMAN
FACTORS
IN
SIMPLE
AND
COMPLEX
SYSTEMS.
CHAPTER
1
–
H ISTORICAL
F OUNDATIONS
O F
H UMAN
F ACTORS
CHAPTER
3
–
R ELIABILITY
A ND
H UMAN
E RROR
I N
S YSTEMS
CHAPTER
5
–
V ISUAL
P ERCEPTION
CHAPTER
6
–
P ERCEPTION
O F
O BJECTS
I N
T HE
W ORLD
CHAPTER
7
–
H EARING,
P ROPRIOCEPTION,
A ND
T HE
C HEMICAL
S ENSES.
( ALLEEN
P .
1 65-‐‑183)
CHAPTER
8
–
D ISPLAY
O F
V ISUAL,
A UDITORY,
A ND
T ACTUAL
I NFORMATION.
( ALLEEN
P .
2 17-‐‑220)
CHAPTER
9
–
A TTENTION
A ND
T HE
A SSESMENT
O F
M ENTAL
W ORKLOAD
CHAPTER
1 3
–
R ESPONSE
S ELECTION
A ND
P RINCIPLES
O F
C OMPATIBILITY
CHAPTER
1 7
–
E NVIROMENTAL
E RGONOMICS
MATTHEWS,
G.
(2000).
HUMAN
PERFORMANCE:
COGNITION,
STRESS,
AND
INDIVIDUAL
DIFFERENCES.
CHAPTER
1 2
–
F ATIGUE
A ND
T HE
E NERGETICS
O F
P ERFORMANCE
CHAPTER
1 6
–
A GEING
A ND
H UMAN
P ERFORMANCE
LOSSE
ARTIKELEN
Wagenaar,
W.
A.,
Hudson,
P.
T.,
&
Reason,
J.
T.
(1990).
Cognitive
failures
and
accidents.
Applied
Cognitive
Psychology,
4(4),
273-‐‑294.
Kingma,
H.
Fysica
en
functie
van
het
evenwichtsstelsel.
Samenvatting
Toegepaste
Cognitieve
Psychologie
I
, HOORCOLLEGE
1
-‐‑
INTRODUCTIE
EN
GESCHIEDENIS
CHAPTER
1
–
HISTORICAL
FOUNDATIONS
OF
HUMAN
FACTORS
INTRODUCTIE
De
mogelijkheden
van
een
systeem
hangen
enerzijds
af
van
de
mens,
anderzijds
af
van
de
machine
zelf.
Ieder
systeem
heeft
een
doel,
het
falen
van
een
heel
systeem
komt
voort
uit
het
falen
van
ofwel
de
menselijke
component,
ofwel
die
van
de
machine
maar
de
mens
is
meestal
de
limiterende
factor.
De
problemen
die
hierdoor
ontstaan
worden
problemen
in
human-‐‑computer
interaction
(HCI)
genoemd,
de
fouten
kunnen
worden
toegeschreven
aan
mens
én
machine.
Soms
hangen
vele
hoeveelheden
geld
en
mensen
levens
af
van
de
succesvolle
operatie
van
systemen.
Vragen
die
in
dit
boek
beantwoord
worden
zijn:
1. Hoe
kunnen
fouten
gebeuren
en
welke
stappen
moeten
in
het
design-‐‑
en
evaluatieproces
gemaakt
worden
om
kans
op
fouten
te
verminderen?
2. Hoe
en
waarom
moet
kennis
over
Human
Factors
opgenomen
worden
in
het
design
van
alles
wat
met
mensen
interacteert?
WAT
ZIJN
HUMAN
FACTORS
EN
ERGONOMIE?
‘Human
factors’
gaat
over
de
interactie
tussen
de
mens
en
machine
om
de
communicatie
van
informatie
tussen
de
twee
zo
efficiënt
mogelijk
te
maken.
De
totale
prestatie
van
een
systeem
hangt
af
van
de
operator,
de
machine
en
de
omgeving
waarin
ze
zich
bevinden.
Toegepaste
cognitieve
psychologie
gaat
over
de
interactie
tussen
de
mens
en
haar
omgeving,
een
machine
kan
een
onderdeel
van
zijn
van
deze
omgeving.
De
Europese
term
is
cognitieve
ergonomie,
een
Amerikaanse
term
is
human
factors.
Dit
is
ook
de
term
die
in
het
boek
gebruikt
wordt.
Het
vak
gaat
dus
over
de
studie
van
de
mens
in
relatie
tot
zijn
omgeving.
1. Ondersteuning
in
de
werksituatie
2. Bevorderen
van
de
veiligheid
3. Verbeteren
van
alledaagse
dingen
Human
Factors
interaction
model.
Samenvatting
Toegepaste
Cognitieve
Psychologie
I
, HISTORISCHE
GEBEURTENISSEN
EN
ONTWIKKELINGEN
Er
zijn
drie
verschillende
gebeurtenissen
en/of
ontwikkelingen
in
de
geschiedenis
geweest
die
bepalend
waren
voor
de
ontwikkeling
van
het
vakgebied.
1. Industriële
revolutie
à
‘fitting
the
worker
to
the
job/machine’
2. Tweede
wereldoorlog
à
‘fitting
the
job/machine
to
the
worker’
Het
voornaamste
doel
van
industrialisatie
was
productiviteitsverhoging
op
de
arbeidsvloer.
Arbeidsverdeling
is
een
manier
op
deze
productiviteit
te
kunnen
verhogen.
Dit
heeft
twee
voordelen,
namelijk
dat
het
goedkoop
is
en
dat
het
de
discipline
van
de
werknemer
handhaaft.
Frederick
Winslow
Taylor
(1856-‐‑1915)
was
de
grondlegger
van
het
Scientific
Management,
hij
legde
de
wetenschappelijke
basis
voor
arbeidsverdeling.
Een
vraag
die
hij
zichzelf
stelde
was:
“Hoe
zorg
je
ervoor
dat
arbeiders
efficiënter
werken?”.
Hij
kwam
erachter
dat
men
met
opzet
werkte
onder
hun
maximale
capaciteit
en
noemde
dit
soldiering.
Hiervoor
gaf
hij
drie
verklaringen.
1. Mens
is
van
nature
lui
2. Beloning
niet
gerelateerd
aan
productie
3. Vuistregel
trainingsmethodes
inefficiënt.
Op
de
vraag
van
Taylor
hoe
je
ervoor
zorgt
dat
arbeiders
efficiënter
werken
heeft
hij
drie
antwoorden.
1. Belonen
2. Standaardiseren
van
werk.
3. Selectie
en
training
Op
de
vraag
hoe
je
bepaalt
welke
werkmethode
het
meest
efficiënt
is,
geven
Frank
&
Lillian
Gilbreth
antwoord
door
middel
van
hun
time
and
motion
studies.
Dit
leidde
in
grote
toename
in
productie.
De
productietijd
van
het
chassis
van
ford
daalde
zelfs
van
12,5
uur
naar
1,5
uur.
Principes
van
Scientific
Management
1. Ontwikkeling
van
een
wetenschap
2. Wetenschappelijke
educatie
en
ontwikkeling
van
de
arbeider
3. Wetenschappelijke
selectie
v.d.
arbeider
4. Vriendschappelijke
samenwerking
tussen
management
en
arbeiders
Scientific
management
heeft
voor-‐‑
en
nadelen.
Het
is
positief
voor
het
welzijn
van
de
werknemer,
dat
komt
allemaal
door
wetenschappelijke
analyse.
Ook
wordt
er
aandacht
besteed
aan
de
individuele
taken
van
de
arbeiders.
Daarnaast
betekent
vanaf
nu
een
verhoging
van
productie
niet
meer:
meer
uren,
meer
geld,
meer
materiaal.
Maar
de
productieverhoging
wordt
tot
stand
gebracht
door
slimmer
te
werken.
Echter
heeft
deze
vorm
van
management
ook
nadelen.
De
arbeider
wordt
snel
een
‘stopwatch
slaaf’,
en
de
trots
voor
het
eigen
vak
blijkt
beduidend
minder
te
worden.
Daarnaast
is
efficiëntie
nog
steeds
altijd
in
het
belang
van
de
baas.
Uiteindelijk
kan
geconcludeerd
worden
dat
de
industriële
revolutie
het
vakgebied
van
de
toegepaste
cognitieve
psychologie
heeft
beïnvloed
op
een
manier
waardoor
de
arbeider
wordt
Samenvatting
Toegepaste
Cognitieve
Psychologie
I
, aangepast
aan
het
beroep.
Dit
wordt
“Fitting
the
worker
tot
he
job”
genoemd.
Vanaf
dit
moment
kreeg
management
een
wetenschappelijke
benadering
en
analyse.
OORLOG
ALS
GRONDLEGGER
Oorlogen,
en
met
name
WOII,
hebben
ook
grote
invloed
op
het
vakgebied.
Er
worden
twee
facetten
belicht.
1. Selectie
van
militairen
2. Ongelukken
(met
vliegtuigen)
De
oorsprong
van
de
signaal
detectietheorie
ligt
ook
bij
WOII.
Vragen
die
men
zichzelf
stelde
waren:
Zijn
de
punten
op
de
radar
vijanden?
Wanneer
schiet
je
het
vliegtuig
neer?
Hiermee
ontwikkelde
men
de
besliskunde.
Vanaf
WOII
werden
de
arbeiders
niet
meer
aangepast
aan
het
werk,
maar
werden
de
taken
aangepast
aan
de
werknemer.
“Fitting
the
job
tot
he
worker”
wordt
dit
genoemd.
Er
was
voor
het
eerst
aandacht
voor
‘Human
Factors’.
DIGITALE
REVOLUTIE
De
digitale
revolutie
is
de
volgende
ontwikkeling
die
het
vakgebied
van
toegepaste
cognitieve
psychologie
enorm
heeft
beïnvloed.
MEMEX
werd
ontwikkeld,
dit
is
de
voorloper
van
de
hyperlink.
Douglas
Engelbart
is
een
onderzoeker
die
de
wortels
voor
human-‐‑computer
interaction
heeft
ontwikkeld.
Hij
heeft
onder
andere
de
computermuis
ontwikkeld.
Vervolgens
werd
vanaf
1960
al
door
verschillende
mensen
gewerkt
aan
virtual
reality.
Jaron
Larnier
was
hier
een
van.
De
conclusie
van
de
invloed
van
de
digitale
revolutie
op
het
vakgebied
als
dat
mens-‐‑machine
interactie
vooraan
kwam
te
staan.
TCP
bestaat
tegenwoordig
voor
het
overgrote
deel
uit
mens-‐‑
machine
interactie.
Samenvatting
Toegepaste
Cognitieve
Psychologie
I
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller aemleenders. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.50. You're not tied to anything after your purchase.