Dit zijn de opgeloste examenvragen voor het vak virologie. Je hoeft enkel deze vragen te kennen voor het examen. Zeer duidelijk en volledig document. Ik behaalde hier een 16/20 mee!
Het vak werd gegeven door Johan Neyts. Dit document is geschreven in academiejaar ‘22-‘23 en is dus zeer rece...
1. Bespreek de opbouw en classificatie van virussen en illustreer dit telkens met enkele
voorbeelden
Virussen = opgebouwd uit proteïnen, nucleïnenzuren en soms omgeven door een lipidendubbellaag.
Capside eiwit bestaat uit capsomeren
- Icosahedraal altijd 12 pentonen en variabel aantal hexonen; Rotavirus, Papilloma, Parvo
- Helicaal Ebola, Corona
- Complex Pokken
DNA dubbelstrengig/enkelstrengig/partieel dubbelstrengig
- DNA enkelstrengig Parvo
- DNA dubbelstrengig Papilloma
- DNA partieel dubbelstrengig Hepadna
DNA circulair/lineair
- DNA circulair Papilloma
- DNA lineair Parvo
RNA dubbelstrengig/+ enkelstrengig/- enkelstrengig
- RNA dubbelstrengig Reo
- RNA + enkelstrengig RNA virussen die meteen kunnen coderen voor eiwitten (capaciteit
mRNA) Retro, Corona
- RNA – enkelstrengig RNA virussen die niet meteen kunnen coderen voor eiwitten Filo
Classificatie volgens International Committee Taxonomy of Viruses (ICTV)
,2. Bespreek de verschillende mogelijke routes van transmissie van virussen en illustreer
telkens aan de hand van voorbeelden
1. Respiratoire-speeksel
- Via aerosolen en speeksel (druppelinfectie)
- Niet controleerbaar
- Influenza, EBV (Herpes)
2. Feaco-oraal
- Via besmet voedsel/water door niet wassen van handen of riolen die drinkwater besmetten
- Controleerbaar door publieke gezondheidsmetingen
- HAV, Polio
3. Seksueel
- Via seksueel contact
- Moeilijk te controleren, sociale factoren spelen mee
- HIV-1, HIV-2, HPV
4. Vectoren
- Via muggen of teken (bloedcontacten)
- HIV-1, HIV-2, HBV
5. Dierlijk reservoir
- Via dieren (bv. Bijtwonden)
- Rabiës
6. Vector-vertebraat reservoir
- Via opgedroogde uitwerpselen inademen via dieren
7. Prenataal (transplacentaal)
- Via placenta
- Cytomegalovirus, Rubella
8. Perinataal
- Via geïnfecteerd geboortekanaal
- Neonatale herpes (HSV-2)
3. Bespreek a.d.h.v. schetsen het genoom en replicatiecyclus van herpesvirussen
Genoom
- Dubbelstrengig, lineair DNA
- Icosahedraal capside
- Enveloppe
- Spikes
- UL = long unique sequences + US = short unique sequences +
boxen = repetitieve sequenties
- Codeert voor 160 genen
Replicatiecyclus
1. Het virus bindt aan specifieke membraanreceptoren (bv.
Heparansulfaat), waarna de enveloppe fuseert met het
plasmamembraan en het capsidepartikel vrij wordt gesteld in het
cytoplasma.
2. Het virale nucleocapside migreert door het cytoplasma naar een
kernporie, waar het desintegreert en zo het virale genoom laat
binnentreden in de nucleus.
3. Het genoom wordt circulair en er volgt een eerste transcriptie naar
α-mRNA.
4. Het α-mRNA wordt in het cytoplasma getransleerd tot “immediate
early” proteïnen.
5. De “IE” proteïnen treden de nucleus terug binnen en er wordt β-
mRNA gevormd.
6. Translatie van β-mRNA in het cytoplasma tot “early” proteïnen
(waaronder herpes polymerase).
7. De “E” proteïnen treden de kern binnen, waar ze helpen bij
genoom replicatie volgens een “rolling circle” methode en een
finale translatie naar γ-mRNA.
8. γ-mRNA wordt getransleerd in het cytoplasma naar “late”
proteïnen (zoals capsideproteïnen).
9. De “L” proteïnen treden de kern binnen en assembleren samen
het gevormde genoom tot nieuwe viruspartikels.
10. De nieuwe partikels worden door budding vrijgesteld uit de
nucleus.
Immediate early = transcriptiefactoren
Early = polymerasen
Late = structurele eiwitten
, 4. Bespreek latentie en reactivatie van herpesvirussen en illustreer met voorbeelden
Latentie na een eerste infectie van een herpesvirus zal het virus zich retrograad verplaatsen via
sensorische neuronen. Het werkt zich naar de dorsale/craniale ganglia en blijft hiet latent aanwezig.
LAT’s (= latency associate transcripts) zorgen voor het stilleggen van het replicatieproces van het
virus waardoor het latent aanwezig is.
Reactivatie wanneer het immuunsysteem van de gastheer verzwakt, zal het virus reactiveren. Dit
mede doordat de LAT’s dalen. Het gaat anterograad terugkeren naar het mucosaal weefsel waarbij
volgende symptomen merkbaar zijn:
- HSV-1 (labiale) koortsblaasjes
- HSV-2 recurrente genitale herpes (minder ernstig dan eerste infectie)
- VZV zona (= gordelroos) = unilateraal t.h.v. één dermatoom plotse uitbotting van letsels en
blaasjes met nadien kans op postherpetische neuralgie
- HSV-5 (=CMV) kan ook latent aanwezig blijven in T-cellen, macrofagen en speekselklieren. Bij
suppressie van de cellulaire immuniteit kan reactivatie optreden met bv. een heropflakkering
van mononucleosis of “cytomegalic inclusion disease” tot gevolg.
5. Bespreek antivirale therapie voor de behandeling van infecties met herpesvirussen.
Beschrijf het werkingsmechanisme van acyclovir en geef ook de chemische structuur ervan.
Antivirale therapie kan het virus niet in de latente toestand treffen -> definitieve uitroeiing van
herpesvirussen is niet mogelijk.
Acyclovir purine-analoog
- HSV-1 TK (thymidine kinase) zorgt voor de 1e fosforylatie op de vrije OH-groep van acyclovir
Niet geïnfecteerde cellen worden niet aangetast omdat er geen TK aanwezig is.
- GMP-kinase (lichaamseigen enzyme) zorgt voor een 2de fosforylatie
- NDP-kinase zorgt voor een 3de fosforylatie
- In de trifosfaat-toestand wordt het ingebouwd in een groeiende DNA-keten
- Vrije OH-groep ontbreekt -> terminatie DNA-replicatie
- Geen productie van nieuwe virus-partikels
Cidofovir pyrimidine-analoog
Bij langdurige behandeling treedt er resistentie op, door mutaties in HSV-1 TK. De eerste stap kan
niet meer uitgevoerd worden. Cidofovir slaagt de eerste stap over aangezien er al 1 fosfaatgroep is
ingebouwd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller VdsKUL. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $14.37. You're not tied to anything after your purchase.