1,2,4,5,6,7,10 en 11
March 13, 2023
10
2021/2022
Summary
Subjects
anatomie
fysiologie
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hogeschool NTI (NTI)
Voeding en Diëtetiek
Anatomie en fysiologie voor de diëtist (6672)
All documents for this subject (2)
Seller
Follow
johnbol81
Content preview
FYSIOLOGIE EN ANATOMIE
Bastiaanssen jochems en tervoort
Hoofdstuk 1 cellen en weefsels
Fysiologie: leer der verrichtingen, bestudeert de verrichtingen van het menselijk lichaam en de
functies van de verschillende onderdelen
Anatomie: ontleedkunde, deze wetenschap houd zich bezig met het bestuderen va het menselijk
lichaam
Elementaire functies:
o Metabolisme (stofwisseling): het vermogen om bepaalde stoffen om te zetten in andere
stoffen met als doel het verrichten van een of andere vorm van arbeid.
o Katabolisme: uiteenvallen van grote naar kleine moleculen
o Anabolisme: opbouwen van grote moleculen uit kleine moleculen.
o Groei: volume vergroting van het lichaam doordat er in het lichaam zelf nieuwe bouwstenen
worden gevormd
o Voortplanting: hierbij neemt het aantal individuen toe, wat noodzakelijk is voor het
voortbestaan van een soort
o Adaptatie: het vermogen om zich aan te passen aan veranderde levensomstandigheden
o Prikkelbaarheid: het vermogen om te reageren op prikkels vanuit de buitenwereld of vanuit
het menselijk lichaam zelf
o Prikkelverwerking: de inwendige reacties blijven vaak niet beperkt tot een bepaalde plaats
maar kunnen door het gehele lichaam worden doorgegeven en verwerkt.
o Beweging: het lichaam en de lichaamsonderdelen veranderen van vorm en plaats
Onderscheid tussen animale en vegetatieve functies
Animale functies zijn functies die het lichaam in staat stellen te reageren op plotselinge
veranderingen van de omgeving
Prikkelbaarheid
Prikkelverwerking
Beweging
Vegetatieve functies zijn functies die groei, ontwikkeling en het voortbestaan van het individu en de
soort mogelijk maken.
Metabolisme
Uitscheiding
Groei
Voortplanting
De cel: de kleinste levende zelfstandige eenheid waaruit het organisme is opgebouwd. Fundamentele
bouwsteen
Groep cellen met dezelfde vorm en functie heet een weefsel
Orgaan: opgebouwd uit verschillende samenwerkende weefsel waardoor het geheel een bepaalde
functie uitoefent
Orgaanstelsel: een groep samenwerkende organen belast met het uitvoeren van een bepaalde
functie
Organisme een eenheid opgebouwd uit verschillende samenwerkende orgaanstelsels
, Voor de samenhang en samenwerking is transport en regulatie nodig.
Transport geschied via lymfevaten- en bloedvatenstelsel (denk aan zuurstof, voedingstoffen,
afbraakstoffen)
Regulatie geschied door het zenuwstelsel en hormoonstelsel. Ze laten alle organen en orgaanstelsels
op de juiste wijze samenwerken
Zenuwstelsel doet dit op hoge snelheid waar het hormoonstelsel langzamer werkt (moeten via bloed
getransporteerd worden)
Homeostase is het streven van het menselijk lichaam naar het constant houden van het inwendige
milieu van het lichaam, waartoe ook het bloed behoort.
Vochtbalans wil zeggen dat de opgenomen hoeveelheid vocht gelijk moet zijn aan de hoeveelheid
die door urine, verdamping, ademhaling en feces het lichaam verlaat
Vochtbalans is sterk gekoppeld aan de elektrolytenbalans.
Elektrolyten zijn in water opgeloste mineralen die dan wel positieve lading krijgen (kationen) dan wel
ene negatieve lading (anionen). Mineralen waarvan beperkte hoeveelheden nodig hebben noemen
we spoorelementen of micro-elementen.
Functies van elektrolyten:
a) Bouwstof
b) Osmolariteit
c) Bestanddelen van hormonen en enzymen
d) Impulsgeleiding
e) Spiercontractie
Het waterstofion (H+) is het kleinste maar meest agressieve deeltje in bloed. Omdat het schade kan
aanrichten doordat ze met praktisch alle organische verbindingen kunnen reageren is het van belang
de concentratie waterstofionen in het bloed constant te houden.
Zuur: een stof die waterstofionen kan afstaan
Sterk zuur: alle moleculen splitsen als ze oplossen in water
(vb zoutzuur HCl. HCl H+ + Cl-)
Zwak zuur: niet alle moleculen spliten als xe oplossen in water
(vb azijnzuur HAc. HAc < -- > H+ + Ac-)
Base: een stof die waterstofionen opneemt
Sterke base: neemt vrijwel alle waterstofionen worden gebonden (OH - + H+ H2O)
Zwakke base neemt niet alle waterstofionen worden gebonden (PO 4- + H+ < -- > HPO42-)
Een oplossing is zuur als er meer H+ voorkomen dan in zuiver water en is basisch of alkalisch als er
minder voorkomen dan in zuiver water.
Om dit aan te geven is de grootheid pH ingevoerd.
Zuiver water heeft een pH 7,0. Een zuur pH< 7,0 en een base pH> 7,0.
PH van bloed in de slagaders (arterieel bloed) ligt tussen de 7,35 en de 7,45 en is dus ligt alkalisch.
Als de pH lager ligt dan 7,35 zijn er zoveel meer H +ionen in het bloed dat eiwitten beschadigd kunnen
raken. Een dergelijke situatie noemen we acidose
Bij alkalose is de pH groter dan 7,45 en worden er juist H +ionen van de bloedeiwitten afgehaald wat
al snel levensbedreigend is.
Buiten de arteriële bloedbaan kan het wel voorkomen dat de pH buiten de grenzen 7,35-7,45 komt.
Denk aan de maag en maagzuur (zoutzuur) is hier de pH 2,0.
Tijdens de verbrandingsprocessen ontstaan voortdurend zuren (koolzuur, melkzuur).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller johnbol81. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.36. You're not tied to anything after your purchase.