Samenvatting biologie H7+ H8.1, 8,2
7.1
Eetgewoonten zijn afhankelijk van: je voorkeur, land waar je woont of waar je vandaan
komt. Eetgewoonten kunnen veranderen.
Iets wat je eet of drinkt is een voedingsmiddel daarin zitten voedingsstoffen. Er zijn 3
groepen voedingsstoffen:
Energierijke stoffen, om te bewegen en om warm te blijven
Bouwstoffen, voor groei en opbouw van je lichaam
Beschermende stoffen, om gezond te blijven
Volkorenbrood bevat voedingsvezels. Vezels zijn geen voedingsstoffen maar zorgen er wel
voor dat je darmspieren actiever zijn. Hierdoor word je eten beter gekneed en verteert het
beter.
Je moet goed gevarieerd eten zodat je van alle voedingsstoffen genoeg binnenkrijgt, de
schijf van vijf helpt daarbij.
Als je een ongezond tussendoortje eet met veel energierijke stoffen verdwijnt je
hongergevoel, je eet dan geen groente en vlees. Kies daarom een gezond tussendoortje.
Voedselbederf komt doordat schimmels en bacteriën op en in het voedsel groeien. Je kan
hier voedselinfectie van krijgen.
1. Schimmels: dunne draden hiermee zuigen ze voedsel op. Op deze draden zitten
bolletjes met sporen, ze knappen open en verspreiden. Uit 1 spore kan een nieuwe
schimmel komen
2. Bacteriën: een cel. Verdeeld door celdeling als er meer dan 10 miljoen bacteriën per
gram voedingsmiddel zijn is het eten bedorven.
Manieren van conserveren:
Verhitten- het gaat dood bij hoge temperaturen
Koelen en vriezen- het groeit langzamer, onder 0 groeit het helemaal niet meer
Stoffen toevoegen- veel zout, suiker, zuur zorgt ervoor dat het niet meer kan groeien.
Er zijn ook speciale conserveermiddelen.
Vacuüm of met speciaal gas verpakken- meeste kunnen niet zonder zuurstof.
Drogen- het groeit niet zonder water.
7.2
Energie haal je uit energierijke stoffen zoals koolhydraten en vetten.
Energie= kilojoule (KJ) 1 KJ = 1000 joule, Kilocalorie (kcal) 1 kcal= 4,2 KJ
Hoeveel energie je nodig hebt hangt af van drie dingen:
1. Activiteit, hoe meer je beweegt hoe meer kilojoules je lichaam gebruikt.
2. Leeftijd, volwassenen hebben meer energie nodig dan kleine kinderen.
3. Geslacht, mannen verbruiken meer energie dan vrouwen.
Om te kijken of je een gezond gewicht hebt kan je de Body Mass Index (BMI) gebruiken.
BMI hoger dan 22= overgewicht
BMI lager dan 16= ondergewicht
Iedereen heeft vetten nodig, ongeveer 80 g per dag.
Vet is een energierijke stof en maakt nieuwe lichaamscellen (cholesterol). Er zit een
vetreserve rond je organen en onder je huid. Het beschermt je organen, en isoleert je tegen
de kou.
, Als je jarenlang te veel vet eet neemt je cholesterolgehalte in je bloed toe. Als cholesterol
zich ophoopt in je vaten worden ze nauwer, het bloed stroomt er niet meer goed doorheen.
Met vernauwde bloedvaten krijg je een te hoge bloeddruk. Als cholesterol zich ophoopt in
de kransslagaders van het hart geeft het nog meer problemen. Dat deel van je hart krijgt
geen voedingsstoffen meer en je krijgt een hartinfarct.
Je hebt ongeveer 250 g koolhydraten per dag nodig.
Door suiker kan je gaatjes in je tanden krijgen. Dat heet tandbederf of cariës. Dit ontstaat
doordat bacteriën van je mond suiker omzetten in een zuur. Dat tast het tandglazuur aan,
daaronder lost het tandbeen op en er ontstaat een gaatje.
Poets 2 keer per dag je tanden met tandpasta waar fluoride inzit.
7.3
Als je groeit maakt je lichaam meer cellen, hiervoor heb je bouwstoffen nodig:
Water
Jongeren tussen 10 en 14 hebben 1,5 liter water per dag nodig.
Eiwitten
Je hebt 65 tot 70 gram eiwitten per dag nodig.
Mineralen
Hier heb je het minst van nodig, je krijgt al genoeg binnen als je gevarieerd eet.
Vetten.
Je hebt ongeveer 70 gram vet per dag nodig.
Als volwassene groei je niet meer dat heeft 3 oorzaken:
1. Cellen sterven af
Je lichaam vervangt afgestorven cellen door nieuwe cellen, Huidcellen leven 14-20
dagen
Je botcellen worden steeds vernieuwd, daarvoor zijn de mineralen calcium en fosfor
nodig.
In je bloed zitten rode bloedcellen. Deze worden eens in de vier maanden vernieuwd.
2. Cellen beschadigen. Bouwstoffen zijn nodig om beschadigingen te herstellen
3. Waterverlies. Cellen bestaan voor het grootste deel uit water, door zweten en
plassen verlies je water.
In je voeding moeten genoeg beschermende stoffen zitten: vitaminen en mineralen.
Vitaminen zorgen ervoor dat je lichaam goed blijft werken.
Mineralen heb je nodig om je cellen te beschermen tegen beschadiging of om je spieren en
zenuwen goed te laten werken.
Hoeveel je hiervan nodig hebt per dag is de ADH (aanbevolen dagelijkse hoeveelheid).
Als te je weinig vitaminen en mineralen eet kan je een gebrekziekte krijgen.
Vooral bij mensen die eenzijdig eten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vvanpoorten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.36. You're not tied to anything after your purchase.