Werkcollege rechtsgeschiedenis week 1
Kennisvragen extern
1. 533-534: herontdekking 1100
2. Het was oud, achterhaald, niet meer toegankelijk of niet van toepassing
3. Het bestond uit zowel het juristen recht (ius) en het keizerlijke recht(leges). Het
bestond uit een drietal teksten: digesten (complicaties van het oude juristenrecht) ,
instituten (leertekst voor beginnende studenten) en de codex (complicatie van
keizerlijke constituties/beslissingen)
4. Zie boven
5. Codex: keizers, zijn beslissingen van hen. De digesten: juristen/commissies die
interpolaties mochten verrichten. Zij heten de compilatoren
a. Justinianus, liet het samenstellen veranderden van de teksten over aan
commissies en deze commissies bestonden uit compilatoren. Zij brachten
veranderen aan in de tekst uit de middeleeuwen
6. De compilatoren mochten de teksten aan passen, aanvullen of inkorten
7. Corpus is samengesteld uit bestaande boeken die een nieuwe betekenis of
samenhang kregen. Ze zijn niet zoals het BW van algemeen naar specifiek geordend
en hebben geen duidelijk wetboek maar zijn verdeeld in 3 onderdelen. Ook is er geen
samenhang met het recht dat er nu speelt.
Kennis vragen intern
1. Een verbintenis is een rechtsbetrekking tussen twee partijen waarbij over en weer
rechten en plichten ontstaan.
a. Een verbintenis is een rechtsband waardoor wij noodzakelijkerwijs door het
recht van onze staat verplicht zijn om een prestatie te verrichten.
2. Volgens het romeinse recht kan een verbintenis op 4 manieren ontstaan: uit
contract, een delict
3. Welke 4 privaten delicten: in de instituten
a. Stelen 4.1, roven 4.2, zaken beschadigen 4.3 en krenken 4.4
4. Uit het jaar 287 of 286 voor christus uit opdracht van volkstribuun aquilius
5.
a. CAPUT I Onrechtmatig doden van andermans slaaf of tot het vee behorende
viervoetige dier. …
i. Inst. 4.3pr (priemcipium)
b. 2. Het tweede CAPUT wordt niet meer gebruikt en is ook niet in het corpus
iuris te vinden. Er zijn verschillende theorieën over welke schade dit
hoofdstuk gaat: Dit gaat over alle andere schade die aan eigendommen is
toegebracht
c. 3. Alle overige schade in het derde CAPUT van de lex Aquilia in de instituten
i. 4.3.13
6. Schadevergoeding aan de hand van vermogen schade. De schuldige moet dan een
boete betalen ter hoogte van de schade zoveel als de zaak waard is of Zoveel als de
zaak maximaal waard is. Er is geen maximum
a. De hoogste waarde
b. Bij CAPUT I wat er kan gevorderd op grond van de instituten in geval van
CAPUT I een boete kan er gevorderd worden, INST. 4.3pr. daar staat hij
, moet worden veroordeeld de eigenaar zoveel te betalen als die zaak (ea res)
maximaal waard is geweest in het afgelopen jaar.
c. CAPUT III 4.3.14, niet verplicht… maar zovele als de zaak heeft gekocht in
de laatste 30 dagen.
i. Geen maximum
ii. 4.3.13 is de Justiniaanse wet
iii. 4.3.14 is de klassieke wet
7. Leadens: schuldige. Omdat dit er staat
a. Ze kunne hoger zijn dan de werkelijke schade
b. 4.3.9. De hoogste waarde die hij ooit heeft gehad. Dit is een bestraffend
karakter.
i. Omdat er hierdoor een hogere prijs gevorderd kan worden dan wat de
slaaf waard is. omdat hij nu mank is en toen 50 munten waar is en
toen hij nog niet mank was, was hij 500 munten waard. Dan betaald je
die 500 munten
c. Kan niet op erfgenamen verhalen als de dader doodgaat. Alleen de dader
moet bestraft worden! inst. 4.12.1
d. 4.6.19 om te straffen kun je het ook verdubbelende als je zegt dat je het
niet gedaan hebt maar er blijkt dat je het wel gedaan hebt. Dan wordt de
boete verdubbeld. Boete
8. Wat zijn de vereisten om de vordering op grond van de lex Aquilia in te stellen:
i. Schuld: nalatigheid of onzorgvuldigheid
ii. Onrechtmatigheid: in strijdt met de wet
iii. Causaal verband: (corpore suo: met zijn eigen lichaam)door eigen
fysiek handelen
iv. Schade aan een zaak: de zaak moet kapot zijn gegaan
9. Verbranden, breken en verminken 203
- Inst. 4.3.14 (…) Volgens dit Caput is degene die schade heeft toegebracht niet
verplicht om zoveel te betalen als de zaak waard is geweest in het afgelopen jaar,
maar zoveel als de zaak (res) heeft gekost in de dichtstbijzijnde 30 dagen.
a. Letterlijke woorden lex aquilia zonder aanpassingen
- Inst. 4.3.15 Het woord ‘plurimi’ (maximaal) is hier niet toegevoegd, maar Sabinus
meent terecht, dat de berekening (van de boete) moet plaatsvinden alsof het woord
‘plurimi’ ook aan dit deel van de wet is toegevoegd en dat de Romeinse plebejers, die
deze wet op voorstel van de volkstribuun Aquilius hebben aangenomen, het
toereikend vonden, dat het woord in het eerste deel werd gebruikt.
a. Met veranderingen, dit is de Justiniaanse opvatting hierover
Casus vragen:
1. Digest, welk boek en welke paragraaf
2. 533 na christus of 0-300 na christus (origineel)
3. Ulpianus: een jurist, commentaar op het delict houdt in dan deze jurist zijn
commentaar geeft op een casus uit boek 18. Commentaar op adviezen uit klassieke
periode
, 4. 533 na christus
5. Ze zijn voorzien van interpolaties ten opzichte van de oude adviezen uit de klassieke
tijd.
6.
Vierstappenplan analyse tekst:
- Stap 1 (feiten) Wat is er gebeurd en waar gaat het over?
- Stap 2 (rechtsvraag)ofwel; wie wil wat van wie? Welke actie
moet ik instellen/wie is aansprakelijk
o Vaak in een digesten tekst moet je deze stap overslaan en eerst de
oplossing vinden
o Vaak niet expliciet in de tekst te vinden
- Stap 3 (oplossing) wat is de oplossing die de tekst geven
o Aan de hand van de oplossing kun je vaak de rechtsvraag
formuleren
- Stap 4 (beredenering) welke juridische criteria worden in de tekst
toegepast?
o Staat er vaak niet in en kun je dan terzijde laten
D. 9.2.11.pr Ulpianus, commentaar op het edict, boek 18
- Evenzo schrijft Mela: Als mensen met een bal zouden spelen en één van hen zou met
een zeer krachtige trap de bal tegen de hand van een barbier schoppen en zou aldus
door de stoot van het mes de keel worden doorgesneden van de slaaf die de barbier
onder handen had, dan is diegene van hen (d.i. van de balspelers), die schuld heeft,
aansprakelijk volgens de lex Aquilia. Proculus daarentegen (stelt) dat de barbier de
schuld heeft. En dat is zeker zo, als hij op een plaats stond te scheren waar
gewoonlijk gespeeld werd of waar druk verkeer was. Dan valt hem terecht iets aan te
rekenen, hoewel ook deze stelling niet slecht is, dat als iemand zich toevertrouwt aan
een barbier, die zijn scheerstoel op een gevaarlijke plaats heeft neergezet, hij de
gevolgen aan zichzelf te wijten heeft.
Vierstappenplan analyse tekst:
- Stap 1 (feiten) Wat is er gebeurd en waar gaat het over?
o Mensen spelen met een bal en 1 van hen trap heel hard tegen de
bal waardoor het mes van een van hen valt door de stoot en de keel
van de slaaf doorgesneden wordt, die de barbier onderhanden had.
- Stap 2 (rechtsvraag)ofwel; wie wil wat van wie? Welke actie
moet ik instellen/wie is aansprakelijk
o Vaak in een digesten tekst moet je deze stap overslaan en eerst de
oplossing vinden
o Vaak niet expliciet in de tekst te vinden
Wie is er aansprakelijk voor de toegebrachte schade?
- Stap 3 (oplossing) wat is de oplossing die de tekst geven
o Aan de hand van de oplossing kun je vaak de rechtsvraag
formuleren
De partijen: zijn schuldig in de volgende situaties:
De kapper: als de barbier op een plek waar gewoonlijk
gespeeld wordt scheert.
Degene die de bal schopt: als het op een veilige/rustige plek
wordt gescheerd dan is het niet zo dat de kapper/slaaf
schuldig zijn.
De slaaf
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vbb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.08. You're not tied to anything after your purchase.