Systeem aarde H3:
Par 1:
Klimaat: Het weer over een langere periode over een groot gebied
Weer: Toestand op een bepaald moment over een klein gebied
4 sferen:
- Atmosfeer: Dampkring -> stikstof, zuurstof, CO2 (zorgt ervoor dat ze bij elkaar blijven)
• Vier lagen gescheiden door pauzes:
- Troposfeer ( 100m naar boven gaat er 0,6 graden van de temperatuur)
- Stratosfeer
- Mesosfeer
- Thermosfeer
- Hydrosfeer: water
- Lithosfeer: de aardkorst
- Biosfeer: Planten en dieren
Stralingsbalans:
- Albedo: de weerkaatsing
- Breedteligging-> hoek inval van de zonnestralen en de afstand die de zonnestraal door de
dampkring aflegd
- Land-water-> land warmt snel op en koelt snel af, zee warmt langzaam op en koelt snel af
Water warmt langzamer op doordat
• Zonlicht dieper door dringt
• Warmte beter verdeeld word door beweging
• Kost meer energie
• Verdamping van water kost energie
Par 2:
De temperatuur:
- Warmte op aarde komt van de zon
- Staling komt de atmosfeer in en gaat er weer uit
Temperatuurfactoren:
1 breedteligging bepaalt de hoek van inval
2 breedteligging bepaalt de afstand
3 de lengte van de dag
4 de invloed van de zee
5 de wind
6 de hoogteligging
7 de ligging van gebergte
8 albedo
9 invloed van wolken
10 zeestromen
11 microklimaat
12 het seizoen
, Neerslag:
Vaste vorm -> hagel ijs
Vloeibare vorm-> wolk
Gasvorm-> waterdamp
Water kan van de ene naar de andere vorm overgaan
- Verdampen (kost energie)
- Condenseren (waterdam-> wolk) (als de lucht waterdamp nier meer kan bevatten
Wind: stormende lucht van plaatsen waar te veel is naar plaatsen met een tekort.
Winden die naar elkaar toe gaan heet convergeren
Luchtdruk: druk die de lucht door zijn gewicht op het aardoppervlak drukt.
- hogedruk -> overschot aan lucht
- lage druk -> tekort aan lucht (op evenaar heet het ITCZ -> inter tropische convergentie zone
Schommelt water-land
Lucht koelt af als het stijgt -> stijgingsregen
Koelt de lucht tegen een berg af -> stuwingsregen
Als de luchtlagen botsen-> frontale regen
Op de polen komt minder energie dan op lage breedte
Wat er op de evenaar gebeurt:
- Het is er warm -> lucht zet uit -> lucht stijgt -> koelt af -> condensatie (wolken)-> Aan het
aardoppervlak is een lagedrukgebied
Wat gebeurt er op 30 graden NB en ZB
- Lucht daalt-> word warmer -> wolken verdampen -> hogedrukgebied (lucht daalt doordat
het is afgekoeld en dus zwaarder is en door de bolvorm van de aarde)
De middelste cel: ferrel cel
- Luchtstroming in de ferrelcel is het gevolg van stromingen in de andere twee cellen
Op 60 graden NB en ZB ontmoeten de luchtstromen van de ferre l cel de polar cel -> lucht gaar
omhoog -> lagedrukgebied
Corioliseffect: de wind die beweegt onder de aarde door omdat de aarde draait.
Wet van buys ballot:
- Wind gaat van H naar L
- Op NH een afbuiging naar rechts en op ZH naar links
Tussen 30 graden NB en ZB en de evenaar waaien passaatwinden het hele jaar in de zelfde richting
Tussen 30 en 60 graden NB en Zb waaien de westenwinden
Tussen 90 en 60 graden NB en ZB waaien de poolwinden
Die winden gaan langs elkaar -> golven
Gevolgen
- Op evenaar: stijgende lucht -> veel neerslag -> stijgingsregen
- Op 30 graden: dalende lucht -> warmer -> wolken verdampen -> weinig neerslag
- Op 60 graden: luchtlagen ontmoeten elkaar-> frontale regen
Op de polen is droogte door:
- Koude lucht bevat weinig vocht
- Koude lucht daalt en word warmer dus minder neerslag
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fayhuiszoon. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.