HC 1 – kwalificatie ao, flexibele arbeidsrelaties
IVA/Queijsen Feiten
Queijssen, woonachtig te Amsterdam, treedt met ingang van 4 november 1974 in dienst als
Is er sprake van een thuisponstypiste bij IVA. Er worden hierbij afspraken gemaakt over de minimale productie
ao? per dag. Vanaf haar indiensttreding werkt Queijssen vrijwel voltijds voor IVA. In februari 1975
Arbeid/gezag/loon verhuist Queijssen naar Hoorn. Dit is voor IVA de reden om aan Queijssen te melden dat ze
onmogelijk haar thuiswerkzaamheden voor IVA kan voortzetten. Queijssen vordert
vervolgens bij de kantonrechter doorbetaling van het loon nu er voor het ontslag geen
toestemming is gevraagd bij de directeur van het GAB en er evenmin sprake was van een
dringende reden. Het aanbod van IVA om op de bedrijfslocatie in Amsterdam te komen
werken is volgens haar onverenigbaar met de inhoud van de tussen de partijen gesloten
arbeidsovereenkomst.
HR: bestaat er een ao tussen IVA en Queijssen?
Arbeid:
HR overweegt dat de rechtbank heeft vastgesteld dat partijen er ten tijde van de
overeenkomst van zijn uitgegaan dat Queijssen voor onbepaalde tijd dagelijks voor IVA zou
werken en dat Queijssen van de alleen voor haar geldende vrijheid om dagelijks te kunnen
stoppen slechts sporadisch en met duidelijke motivatie gebruik mocht maken.
De conclusie van de rechtbank dat Queijssen verplicht was om voor IVA arbeid te verrichten
is volgens de HR niet onbegrijpelijk.
Gezag:
HR overweegt dat de rechtbank heeft vastgesteld dat Queijssen:
- verplicht was tot een minimale hoeveelheid werk per dag.
- Geïnstrueerd diende te worden ove ruitvoering ponswerk
- Door Q te verrichte werk behoorden tot gewone bedrijfsarbeid IVA
Het oordeel van de rechtbank dat door IVA gezag over Queijssen werd uitgeoefend is
juist volgens de HR. Het is dus niet doorslaggevend of wn vrij is zelf het werk in te delen en
werkuren te bepalen. I.c. waren er andere omstandigheden waardoor er alsnog sprake is
van gezagsverhouding.
Loon:
Tot slot is er volgens de HR sprake van loon, nu Queijssen een bepaald bedrag per
geponste kaart ontving.
Conclusie: er bestond tussen Q en IVA een ao.
Groen/Schoevers Feiten
G. - een belastingadviseur - is verbonden aan de C.V. G. Belastingadviseurs en drijft zijn
Ao of overeenkomst onderneming in die rechtsvorm. Hij geeft o.a., op basis van een mondelinge overeenkomst,
van opdracht? parttime les bij Schoevers. De C.V. factureert (incl. BTW) op basis van gewerkte uren.
Schoevers doet geen inhoudingen (premies sociale verzekeringen, loonbelasting e.d.). De
arbeidsvoorwaardenregeling wordt niet op G. toegepast, evenmin ontvangt G.
vakantiebijslag of betaling bij ziekte. Een en ander gebeurt op voorstel van G.
Schoevers beëindigt de overeenkomst. G. stelt zich op het standpunt dat het contract als
arbeidsovereenkomst moet worden aangemerkt.
HR: is er sprake van een ao of overeenkomst van opdracht?
De Rb heeft de vraag of er sprake is van een ao beoordeeld aan de hand van feiten en
omstandigheden van het geval, waarbij zij doorslaggevende betekenis heeft
toegekend aan de vraag of partijen totstandkoming van een ao hebben beoogd.
Terecht tot uitgangspunt dat partijen die ovk sluiten die strekt tot verrichten van werk tegen
betaling, deze ovk op verschillende wijzen kunnen inrichten, en da twat tussen hen heeft te
gelden wordt bepaald door hetgeen hun bij het sluiten van ovk voor ogen stond, mede
in aanmerking genomen de wijze waarop zij feitelijk aan ovk uitvoering hebben
gegeven en aldus daaraan inhoud hebben gegeven. Bij onderzoeken op welke wijze
partijen de ovk hebben ingericht is niet één enkel kenmerk beslissend, maar
verschillende rechtsgevolgen die partijen aan hun verhouding hebben verbonden in
hun onderling verband moeten worden bezien. (ook in geval ovk opdracht, 7:402, is er
bevoegdheid om aanwijzingen te geven, dus dit hoeft niet voldoende te zijn voor ao)
Huize Bethesda Feiten
De gezusters Van der Vlies waren jarenlang tegen kost, inwoning en een gering bedrag
1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ggm. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.73. You're not tied to anything after your purchase.